DOQ

50% van keizersnedes te voorkomen met continue begeleiding bevalling

Halvering van het aantal keizersneden en minder gebruik van pijnstilling: dat is het resultaat van continue begeleiding van bevallingen door kraamverzorgenden. Een belangrijke bevinding uit het onderzoek van gynaecoloog Liesbeth Scheepers van het Maastricht UMC+. Maar hoe haalbaar is deze interventie in de praktijk?

Uit internationale studies bleek al dat continue begeleiding positieve effecten kan hebben. “In Nederland was hier echter nog geen grote studie naar gedaan”, vertelt gynaecoloog Liesbeth Scheepers. “Ondanks dat ook in ons land intussen aanbevelingen zijn gedaan voor continue begeleiding. Als we dus vinden dat dit een betere vorm van zorg is, dan moeten we dat in Nederland faciliteren.” Zij en haar team onderzochten daarom, met een subsidie van ZonMw,  meer dan duizend bevallingen in Limburg, in samenwerking met kraamzorgcentra, ziekenhuizen in de regio en zorgverzekeraars VGZ en CZ. De kraamverzorgenden in de studie kregen van de Academie Verloskunde Maastricht-Zuyd Hogeschool een aanvullende training om de continue begeleiding goed te kunnen uitvoeren.

Emotionele begeleiding

“De vroege inzet van begeleiding leverde bovendien een kostenbesparing op van € 180,- per bevalling”

Gynaecoloog Liesbeth Scheepers

Meer spontane bevallingen

In het onderzoek werden vrouwen die continue begeleiding kregen, vergeleken met vrouwen die dit niet ontvingen. Scheepers:  “De resultaten laten zien dat in de groep met continue begeleiding veertig procent minder ruggenprikken, veertig procent minder aanvullende pijnstilling en vijftig procent minder keizersneden nodig waren. Daarnaast vonden er tien procent meer spontane bevallingen plaats en lagen vrouwen minder lang in het ziekenhuis. De vroege inzet van begeleiding leverde bovendien een kostenbesparing op van € 180,- per bevalling.” De effecten waren in de eerste- en de tweede lijn gelijk.

“CTG-bewaking zonder reden geeft een verhoogd risico op een keizersnede, een epiduraal geeft een verhoogd risico op een vacuümbevalling”

Interventies leiden tot vervolginterventies

Niet geheel verrassend, stelt Scheepers. “Het is al lang bekend dat angst en stress een negatief effect op de weeënactiviteit heeft. Net zoals de kraamverzorgende kersverse ouders een gevoel van vertrouwen geeft na de geboorte van het kind, geeft ze dat dus kennelijk ook tijdens de bevalling. Het gaat niet om het sneller signaleren van problemen; dat leidt immers niet tot minder interventies”, zegt ze. “We weten dat de cascade van starten met interventies vaak leidt tot vervolginterventies. CTG-bewaking zonder reden geeft bijvoorbeeld een verhoogd risico op een keizersnede, een epiduraal geeft een verhoogd risico op een vacuümbevalling.”

“Continue begeleiding door kraamverzorgenden is een doelmatige interventie”

Verrijking van het vak

Het probleem zat volgens Scheepers dan ook niet in de kennis, maar in de implementatie van de continue begeleiding. “Dat lukt binnen de verloskunde niet met de huidige personele bezetting. Vandaar dat we gekeken hebben of het betrekken van de beroepsgroep van kraamverzorgenden met name kosteneffectief is. Dat blijkt het geval: continue begeleiding door kraamverzorgenden is een doelmatige interventie. Ook bleek uit het onderzoek dat de deelnemende kraamverzorgenden de continue begeleiding als een verrijking van hun vak zien; een mooie bijkomstigheid voor het beroepsprofiel en het aantrekken van nieuwe kraamverzorgenden.”

“Het is vooral ingewikkeld omdat zorgverzekeraars de kosten voor de continue begeleiding moeten vergoeden, terwijl de baten bij de ziekenhuizen liggen.

Barrières

Verder onderzoek is nodig om te kijken of deze interventie nodig is voor alle vrouwen of voor specifieke groepen. “We hebben intussen ook een stakeholdersbijeenkomst gehad waarbij VWS, ZonMw, CPZ, beroepsverenigingen van gynaecologen/verloskundigen en kraamzorgcentra en patiëntenvertegenwoordigers aanwezig waren om te praten over implementatie en te verwachten moeilijkheden”, vertelt Scheepers. “Het is vooral ingewikkeld omdat zorgverzekeraars de kosten voor de continue begeleiding moeten vergoeden, terwijl de baten bij de ziekenhuizen liggen. Dat zou betekenen dat alle Verloskundige Samenwerkings Verbanden (VSV’s) zelf onderhandelingen moeten voeren, wat een grote barrière is. Daarbij komt dat er inmiddels ook in de kraamzorg een personeelstekort is. Ik verwacht dus helaas niet dat continue begeleiding op korte termijn te realiseren is in ons zorgstelsel.”

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”

‘‘Minder eten en meer bewegen’ is echt een misvatting’

Mensen met obesitas hebben vaak te maken met negatieve vooroordelen, ook in de zorg. Daardoor vermindert de kwaliteit van zorg, legt Paige Crompvoets uit. “Uit mijn onderzoek bleek dat mensen met obesitas soms belachelijk gemaakt worden door hun zorgverleners.”

Whispp biedt oplossing voor mensen met stem- en spraak­problemen

Joris Castermans ontwikkelde Whispp, een app die met behulp van AI fluister- en aangedane spraak kan omzetten in een heldere en natuurlijke stem. “Wie nog audio- of video-opnames heeft van de gezonde stem, kan met Whispp de eigen stem van vroeger creëren.”

Artsen voor Kinderen helpt kinderen met een chronische ziekte of beperking

Michel Weijerman van Stichting Artsen voor Kinderen vertelt over hun projecten voor betere zorg en welzijn voor kinderen met een chronische aandoening. “Zo’n 200 zorgprofessionals zijn op vrijwillige basis bij onze poli betrokken. Binnen 48 uur krijg je antwoord.”

Casus: patiënte met dagelijkse neusbloedingen

Een patiënte is de dagelijkse neusbloedingen rechts helemaal zat. Door het dichtknijpen van de neus gedurende 10 minuten stopt de bloeding wel steeds. Wat is uw diagnose?

‘Wees alert op opioïd­misbruik bij patiënten op SEH’

Opioïdgebruik komt bij SEH-patiënten vaker voor dan gemiddeld. Meer bewustzijn over misbruik van deze medicatie is nodig, aldus Joris Holkenborg. “Maar vergeleken met de VS doen we het in Nederland, mede dankzij apothekers en huisartsen, best wel goed.”

Voorkom een burn-out

Huisarts Nico Verhoef onderzocht waarom steeds meer artsen een burn-out krijgen, hoe dit te voorkomen, én geeft tips hoe je het werk leuk houdt voor jezelf. “Een middag per week maakte ik vrij voor kleine chirurgische ingrepen, omdat ik dat heel leuk vind om te doen.”

De zorgverlener als verwonderaar

Steeds meer resultaten wijzen uit dat een goed contact tussen de zorgverlener, het kind en de ouders, veel leed kan voorkomen. Piet Leroy zet zich in voor pijn- en traumavrije zorg bij kinderen. “Ik spreek nooit over lastige ouders, wel over kwetsbare ouders.”


0
Laat een reactie achterx