DOQ

Afwijkende pancreasmorfologie reversibel door remissie van T2DM

Bij patiënten met type 2 diabetes mellitus (T2DM) is sprake van een afwijkende pancreasmorfologie, maar deze normaliseert tijdens een door gewichtsverlies geïnduceerde remissie, waarbij twee jaar lang de postprandiale insulinesecretie is hersteld. Dit toont voor het eerst dat deze afwijkingen reversibel zijn.

Bij patiënten met T2DM is het pancreasvolume ongeveer 30% lager dan normaal en heeft de pancreas een onregelmatig vorm. Het is niet bekend of T2DM zich sneller ontwikkelt bij mensen die ten tijde van hun geboorte een kleinere pancreas hebben of dat een verminderde grootte van dit orgaan secundair is aan het ziekteproces.
Insuline is een krachtig groeihormoon. Het pancreasparenchym wordt normaal gesproken blootgesteld aan een hoge postprandiale insulineconcentratie. Verlies van deze pieken in insulinesecretie bij T2DM zou kunnen leiden tot een involutie van de pancreas.

(Foto: Pixabay)

DiRECT

Als de afwijkingen in de pancreasmorfologie veroorzaakt worden door het ziekteproces zelf, dan zou gedurende een remissie van T2DM de pancreasmorfologie moeten normaliseren.
In deze post-hocanalyse van 90 volwassen deelnemers aan de open-label Diabetes Remission Clinical Trial (DiRECT) is vastgesteld of tijdens een twee jaar durende remissie veranderingen in het volume en de vorm van de pancreas optraden.
Ze werden willekeurig toegewezen aan een interventie voor gewichtscontrole of het reguliere diabetesbeleid. De deelnemers aan de interventiegroep werden gecategoriseerd als responders, als het HbA1c < 6,5% en de nuchtere bloedglucoseconcentratie < 7,0 mmol/l was en ze geen glucoseverlagende medicijnen gebruikten.
Er werden aanvullende vergelijkingen gemaakt tussen T2DM-patienten die alleen reguliere diabetesbeleid kregen (controlegroep) en een controlegroep van 25 mensen zonder diabetes, die gematcht waren op basis van leeftijd, geslacht en gewicht na het afvallen.

Herstel van pancreasmorfologie

Op baseline was het gemiddelde pancreasvolume 61,7 cm3 bij alle deelnemers met T2DM en 79,8 cm3 in de controlegroep zonder diabetes (p < 0,0001). Na 24 maanden was het pancreasvolume toegenomen met gemiddeld 9,4 cm3 bij de responders en met 6,4 cm3 bij non-responders (p = 0,0008).
De pancreasgrenzen waren op baseline meer onregelmatig bij deelnemers met T2DM dan in de controlegroep zonder diabetes (fractale dimensie 1,138 versus 1,097; p < 0,0001) en waren na 24 maanden alleen bij de responders genormaliseerd (1,099). Het intrapancreatische vet daalde met 1,02% bij de 32 responders en met 0,51% bij de 13 non-responders (p = 0,23).

Morfologie kan normaliseren

In het diabetesonderzoek lag tot nu toe de focus op de eilandjesfunctie. Er was weinig aandacht voor de hele pancreas, voornamelijk door een gebrek aan geschikte technieken voor in vivo onderzoek van dit orgaan vanwege zijn ontoegankelijke positie.
Voor zover bekend is in deze studie voor de eerste keer aangetoond dat van de pancreas bij T2DM-patienten de grove morfologie kan normaliseren. De toename van het pancreasvolume ging gepaard met een herstel van de bètacelfunctie, een afname van het intrapancreatische vetgehalte en veranderingen van de circulerende groeifactoren.

Paradigmashift

Deze studie, die verscheen in The Lancet Diabetes & Endocrinology, ondersteunt een paradigmashift in onze kennis over het ziektebeloop van T2DM. Bij patiënten met manifeste T2DM is weliswaar vastgesteld dat na gewichtsverlies een langdurige terugkeer naar niet-diabetische bloedglucoseregulatie kan optreden, maar dit wordt nog niet universeel aanvaard. Het gelijktijdige morfologische en functionele herstel van de pancreas, zoals is gevonden in deze studie, biedt een solide basis voor dit concept.


Referentie: Al-Mrabeh A, Hollingsworth KG, Shaw JAM, et al. 2-year remission of type 2 diabetes and pancreas morphology: a post-hoc analysis of the DiRECT open-label, cluster-randomised trial. Lancet Diabetes Endocrinol. 2020;S2213-8587(20)30303-X. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33031736/ , https://www.thelancet.com/journals/landia/article/PIIS2213-8587(20)30303-X/fulltext

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënt met progressieve inspanningsdyspneu

Een patiënt presenteert zich met progressieve inspanningsdyspneu. Voorheen was hij in staat om zonder klachten te tennissen, nu ervaart hij kortademigheid bij stevig doorwandelen. Er is geen sprake van hoesten, sputumproductie of koorts. Wat is uw diagnose?

Uitgebreid bloedonderzoek met één simpele vingerprik

Capillaire bloedafname via een vingerprik blijkt bij meer dan 30 standaardbepalingen een goed alternatief voor venapunctie, concludeerde Martijn Doeleman. “Patiënten kunnen zelf de vingerprik doen. Gewoon thuis, wanneer het hen uitkomt.”

Cultuur­sensitieve zorg in de praktijk: lessen van Mammarosa

Taal- en cultuurverschillen kunnen de communicatie met zorgverleners flink bemoeilijken. Stichting Mammarosa biedt hierin uitkomst. Samia Kasmi vertelt hoe belangrijk cultuursensitieve communicatie is, en hoe artsen hierin het verschil kunnen maken.

‘Er is een trend naar meer visuele informatie’

“Voor patiënten blijkt de juiste toedieningsroute van een geneesmiddel niet altijd vanzelfsprekend te zijn”, vertellen Yara Mangindaan en Nike Everaarts-de Gruyter. Zij hielpen medicijnpictogrammen te ontwikkelen die ondersteunen bij goed gebruik van geneesmiddelen.

Werkbereidheid bij een crisis niet vanzelf­sprekend

Ziekenhuizen kunnen tijdens een crisis niet blind vertrouwen op hun personeel, concluderen Dennis Barten en Lindsy Engels. Werkbereidheid hangt sterk af van verschillende factoren. “Het is belangrijk om te ontdekken wat nodig is om voor te bereiden op crisissituaties.”

Casus: man met dysfonie­klachten

Een 42-jarige man komt op uw spreekuur met dysfonieklachten, twee maanden geleden ontstaan in een periode van veel hoesten. Aan het einde van de dag worden de klachten erger en het is lastig om een lang gesprek te voeren. Wat is uw diagnose?

Integrale geneeskunde in Nederland: tijd voor de volgende stap

Het spreekuur Integrative Medicine van Ines von Rosenstiel is erg populair en ook in andere ziekenhuizen groeit de belangstelling voor een dergelijk spreekuur. Hoe zorgen we ervoor dat IM een structureel onderdeel wordt van de reguliere zorg in Nederland?

Mindfulness in de zorg: allesbehalve zweverig

“Zorg goed voor jezelf. Er is er maar één van.” Dat zei een patiënt ooit tegen longarts Miep van der Drift. Ze weet als geen ander: mindfulness is niet alleen voor patiënten, maar ook voor zorgverleners. Ze geeft tips voor kleine veranderingen met een grote impact.

Medicatie vaak te lang voortgezet na ontslag uit ziekenhuis

Veel patiënten gebruiken in ziekenhuizen voorgeschreven opiaten, benzodiazepines en antipsychotica nog langdurig na ontslag, aldus Judith de Ruijter. “We geven artsen de tip om, als ze bij ontslag nieuwe medicatie voorschrijven, al meteen na te denken over stoppen.”

‘Impliciete sturing kan samen beslissen verstoren’

Het proces van samen beslissen kan worden verstoord door onbewuste aansturing op een bepaalde behandeling, aldus Anneleen Timmer en Suzanne Festen. “Misschien gaan veel behandelaars er onbewust vanuit dat de patiënt alles op alles wil zetten om de ziekte te bestrijden.”