DOQ

Avelumab verbetert overleving van patiënten met urotheelcelcarcinoom

Het toevoegen van een onderhoudsbehandeling met avelumab (anti-PD-L1) aan de beste ondersteunende zorg resulteerde in een significante overlevingswinst bij patiënten met een urotheelcelcarcinoom die ziekteprogressie hadden met eerstelijns chemotherapie. Deze resultaten van de JAVELIN Bladder 100-trial werden gepresenteerde tijdens het ESMO-congres en verschenen tegelijkertijd in NEJM.  

Platinagebaseerde combinatiechemotherapie is de standaard eerstelijnsbehandeling van gevorderd urotheelcelcarcinoom. Weliswaar respondeert 40-50% van de patiënten op chemotherapie en komt de ziekte bij 75-80% onder controle, maar bij de meeste patiënten ontstaat binnen zo’n negen maanden ziekteprogressie.  

De mediane algehele overleving (OS) is 14-15 maanden met cisplatinegebaseerde regimes en bij patiënten die niet in aanmerking komen voor dat regime, 9-10 maanden met een carboplatinegebaseerde behandeling.  

(bron foto dreamstime.com)

Checkpointremming 

Urotheelcelcarcinoom wordt gekenmerkt door genomische instabiliteit, een hoge PD-L1-expressie en een hoge tumor mutational burden. Deze kenmerken zijn bij verschillende soorten kanker gerelateerd aan een verhoogde respons op immuun-checkpointremmers.  

Door de goedkeuring van anti-PD-L1 en anti-PD-1 antilichamen is het behandellandschap voor patiënten met gevorderd urotheelcelcarcinoom aanzienlijk veranderd. Dat geldt ook voor patiënten die ziekteprogressie hebben na platinagebaseerde chemotherapie, voor patiënten met een PD-L1-positieve tumoren die niet in aanmerking komen voor een eerstelijnsbehandeling met een cisplatinegebaseerd regime en voor patiënten die niet in aanmerking komen voor een platinagebaseerde therapie. 

Nadelige effecten vermeden 

Omdat chemotherapie de afweer stimuleert en immunosuppressieve cellen uitput, zou de onderhoudstherapie met een checkpointremmer na eerstelijns chemotherapie kunnen resulteren in een toegenomen antitumoractiviteit, terwijl mogelijke nadelige effecten, zoals kruisresistentie en cumulatieve toxiciteit, vermeden worden. 

In een kleine, gerandomiseerde, placebogecontroleerde fase II-studie resulteerde de onderhoudsbehandeling met pembrolizumab (anti-PD-1) na chemotherapie in een langere progressievrije overleving (PFS) dan placebo bij patiënten met gevorderd urotheelcelcarcinoom.  

JAVELIN Bladder 100-studie  

In de fase III JAVELIN Bladder 100-studie participeerden 700 patiënten met inoperabele lokaal gevorderd of gemetastaseerd urotheelcelcarcinoom die geen ziekteprogressie hadden onder behandeling van eerstelijns chemotherapie (4-6 cycli gemcitabine plus cisplatine of carboplatine). Zij kregen willekeurig de beste ondersteunende zorg met of zonder een onderhoudsbehandeling met avelumab.  

De toevoeging van de onderhoudsbehandeling met avelumab aan de beste ondersteunende zorg resulteerde in een significante toename van de OS in vergelijking met alleen beste ondersteunende zorg. De OS na één jaar was 71,3% in de avelumab-groep en 58,4% in de controlegroep (mediane OS 21,4 vs. 14,3 maanden; hazard ratio voor overlijden 0,69; p = 0,001). Ook in de PD-L1-positieve subgroep resulteerde avelumab in een significante toename van de OS. De OS na één jaar was 79,1% in de avelumab-groep en 60,4% in de controlegroep (HR 0,56; p < 0,001).  

De incidentie van adverse events (AE’s) door welke oorzaak dan ook was 98,0% in de avelumab-groep en 77,7% in de controlegroep. De incidentie van AE’s van graad ≥ 3 was respectievelijk 47,4 en 25,2%. 

Langere overleving 

Deze fase III-trial toonde aan dat patiënten met gevorderd urotheelcelcarcinoom die geen ziekteprogressie hadden met eerstelijns platina-gebaseerde chemotherapie, een significant langere OS hadden met onderhoudsbehandeling met avelumab dan met alleen de beste ondersteunende zorg. Deze bevinding gold zowel voor de totale studiepopulatie als voor de PD-L1-positieve subgroep. 


Powles T, Park SH, Voog E, et al. Avelumab Maintenance Therapy for Advanced or Metastatic Urothelial Carcinoma. New Engl J Med. 2020, September 18, DOI: 10.1056/NEJMoa2002788. 

https://www.nejm.org/doi/full/10.1056/NEJMoa2002788?query=featured_home

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Minder administratie, beter contact

AI kan artsen ondersteunen door administratieve lasten te verlichten, ziet Juliën Rezek. Transcriptietools maken automatisch verslagen, waardoor artsen meer tijd hebben voor patiënten. “Hierdoor kunnen artsen dieper ingaan op klachten, wat resulteert in betere zorg.”

‘Laten we allemaal één stapje in elkaars domein zetten’

Zorgverleners hebben nog onvoldoende oog voor het verband tussen mentale klachten, hormonale klachten en hart- en vaatziekten bij vrouwen, aldus Sandra Kooij. Meer samenwerking tussen verschillende disciplines is nodig. “Kijk bij elkaar mee. Geef elkaar advies.”

Casus: oudere patiënte met reukproblemen

Op het spreekuur komt een 70-jarige vrouw in verband met problemen met ruiken. De problemen zijn enkele jaren eerder gestart. Initieel met minder goed ruiken (hyposmie), sinds een half jaar worden geuren steeds vaker als vies ervaren (kakosmie). Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten in de bovenbuik

Een man heeft in toenemende mate klachten van pijn in de bovenbuik. De pijn is zeurend en soms stekend en zit middenin de buik. Wat is uw diagnose?

‘Ik kan niet wachten op de eerste geprinte lasagne’

Ineke Obbema werkt met 3D-geprinte maaltijden voor mensen met slikproblemen bij het Máxima MC. De herkenbare vormen en verbeterde smaak bieden een opvallend alternatief voor traditionele gemalen voeding. “Je kunt meteen proeven dat er een chef-kok achter zit.”

Van tropenarts naar huisarts op Texel

Josine Blanksma werkte jarenlang als tropenarts voor Artsen zonder Grenzen en is een paar jaar geleden een nieuw avontuur aangegaan: ze werkt nu als huisarts op Texel. “Mijn nieuwe carrièrepad is heus niet minder uitdagend te noemen.”

Klimaatimpact onderzoeken voor een heel zorgpad

Lisanne Kouwenberg doet onderzoek naar de milieu-impact van zorgpaden. Dat kan aangrijpingspunten opleveren voor het verlagen van de klimaatimpact. “De meeste studies kijken naar één behandeling. Maar daar zit een heel traject omheen dat er ook aan bijdraagt.”

Help patiënten te stoppen met roken: ‘Minder zenden en meer interacteren’

Marieke Helmus combineert kunst en innovatie om het gesprek over stoppen met roken te starten. Met tools zoals een ‘Chat met je sigaret’-chatbot en humoristische ansichtkaarten helpt ze moeilijk bereikbare groepen om na te denken over hun rookgedrag.

Is er een dokter aan boord?

Wat doe je als er in een vliegtuig om een arts wordt gevraagd? Huisarts en luchtvaartgeneeskundige Peter Nijhof legt uit hoe medische noodgevallen in de lucht worden aangepakt, van de rol van artsen en cabinepersoneel tot het gebruik van medische kits en noodlandingen.

‘Stress verdient centrale plek in het consult’

Chronische stress, vaak gekoppeld aan sociale problemen, kan gezondheidsklachten veroorzaken. Feia Hemke pleit voor meer aandacht hiervoor in de spreekkamer en ontwikkelde tools om dit bespreekbaar te maken. “Hierdoor voorkom je onnodige medicalisering.”