Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Bezuinigen op onderzoek maakt de zorg juist duurder
Afgelopen september benadrukte professor en chirurgisch oncoloog Bas Groot Koerkamp (Erasmus MC) in zijn oratie het belang van gerandomiseerde klinische studies. Nederlandse onderzoekers zijn bijzonder goed in het uitvoeren van gerandomiseerde studies, en moeten dat vooral volop blijven doen. Maar gevaarlijke bezuinigingen van het nieuwe kabinet liggen op de loer. “Wetenschap is geen luxe hobby, maar een investering in de toekomst.”
“Gerandomiseerde studies zijn de enige manier om écht te weten of een behandeling beter is dan de standaardzorg”, vertelt Bas Groot Koerkamp. “Deelnemende patiënten worden in gerandomiseerde studies op een willekeurige manier toegewezen aan de groep waarin patiënten de standaardbehandeling krijgen óf aan de groep waarin patiënten een experimentele behandeling ondergaan. Omdat het toeval bepaalt wie welke behandeling krijgt, ontstaat een eerlijke vergelijking tussen de oude en nieuwe behandeling.”

“Er bestaan veel onderzoeksvragen die de farmaceutische industrie niet interesseren”
Professor en chirurgisch oncoloog Bas Groot Koerkamp
Essentieel
Gerandomiseerde studies zijn essentieel voor de vooruitgang van de geneeskunde, vindt Groot Koerkamp. “De geneeskunde is gericht op logica: door ons begrip van de fysiologie beredeneren we waarom een geneesmiddel moet werken. In de praktijk blijkt echter dat veel behandelingen die zouden moeten werken, dat niet doen. De meeste nieuwe behandelingen hebben geen extreem groot positief effect op de uitkomsten van de patiënt. De overleving gaat meestal hoogstens met 5 tot 10 procentpunten omhoog. Om die relatief kleine verbeteringen door nieuwe behandelingen aan te tonen, is het noodzakelijk om een grote gerandomiseerde studie uit te voeren.”
Financiering en belangen
Klinische studies worden ofwel geïnitieerd en gefinancierd door farmaceutische bedrijven, of door de onderzoekers zelf. “Farmaceutische bedrijven willen graag zo veel mogelijk geld verdienen. Dat doen ze door nieuwe medicijnen te ontwikkelen die zo lang mogelijk aan zo veel mogelijk patiënten gegeven worden. Wanneer farmaceutische bedrijven een klinische studie opzetten, is de studieopzet daarop gericht. In de geneeskunde bestaan echter ook veel onderzoeksvragen die de farmaceutische industrie niet interesseren, omdat ze geen financieel belang hebben bij het antwoord. Denk aan een onderzoek waarin gekeken wordt of een systemische behandeling van 3 maanden net zo effectief is als een behandeltraject van 6 maanden. Dat scheelt de maatschappij kosten en scheelt de patiënt toxiciteit, maar levert de farmaceut minder geld op. Farmaceuten zullen die studie dus nooit doen.”
“Wetenschap is geen luxe hobby, het is een investering in de toekomst”
Criteria
In investigator initiated studies staan de gezondheid van de patiënt en de kosteneffectiviteit voorop, aldus Groot Koerkamp. “In door onderzoekers opgezette studies wordt onderzocht of behandelingen echt de moeite waard zijn voor een patiënt. Dat zien we ook terug in de inclusie- en exclusiecriteria van de onderzoeken. In studies die door de farmaceutische industrie worden uitgevoerd worden de fitste patiënten geïncludeerd, omdat zij waarschijnlijk minder toxiciteit ervaren en sowieso langer leven. Als onderzoekers een studie opzetten, proberen ze alle patiënten deel te laten nemen die ze in de toekomst die behandeling zouden aanbieden. De inclusie- en exclusiecriteria van een studie moeten eigenlijk overeenkomen met die in de toekomstige richtlijn.”
Kortzichtige bezuinigingen
Het kabinet heeft aangekondigd te willen bezuinigen op wetenschappelijk onderzoek. Ook gerandomiseerde studies zullen hierdoor geraakt worden, verwacht Groot Koerkamp. “Als de bezuinigingen op het onderzoek doorgaan, zullen de academische ziekenhuizen minder geld beschikbaar krijgen voor het doen van klinische onderzoeken. De overheid wil zo snel mogelijk geld in de portemonnee van de burgers krijgen. Maar wetenschap is geen luxe hobby, het is een investering in de toekomst.”
De kans bestaat dat de zorg op de lange termijn juist duurder wordt door deze bezuinigingen. “Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft twee manieren om de zorg te verbeteren. Ze kunnen geld uitgeven aan de zorg van vandaag, bijvoorbeeld door te investeren in verpleeghuizen, huisartsen of de ziekenhuiszorg. In principe wordt de patiënt beter van elke euro die daaraan wordt uitgegeven. Anderzijds kan VWS geld steken in de wetenschap. Daar worden toekomstige patiënten beter van. Politici en bestuurders worden helaas voornamelijk afgerekend op korttermijnuitkomsten, waardoor het makkelijker is om te bezuinigen op wetenschapsprojecten die pas over 10 of 20 jaar hun vruchten afwerpen.”
“Uiteindelijk wordt de zorg hier heel veel duurder van”
Invloed op richtlijnen
Bovendien blijft de farmaceutische industrie wel doorgaan met het sponsoren van klinische onderzoeken. “De richtlijnen die artsen gebruiken zijn gebaseerd op wetenschappelijk bewijs. Het beste bewijs komt uit gerandomiseerde studies. Als die studies door de aangekondigde bezuinigingen alleen nog maar door farmaceuten kunnen worden uitgevoerd, zullen er waarschijnlijk meer dure behandelingen in de richtlijnen worden opgenomen. Terwijl die mogelijk helemaal niet zo goed werken als wordt voorgespiegeld. Uiteindelijk wordt de zorg daar heel veel duurder van.”