DOQ

Biologicals bij ernstige psoriasis ook in praktijk effectief

Sinds de komst van de biologicals ziet de toekomst voor mensen met ernstige psoriasis er een stuk zonniger uit. In de dagelijkse praktijk zijn biologicals weliswaar iets minder effectief dan in de registratiestudies, maar toch in staat bij veel patiënten de ziektelast fors te verminderen. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Marloes van Muijen. Het is nu tijd voor dosisreductie-strategieën.

De afgelopen 20 jaar is de kans op een effectieve behandeling van ernstige psoriasis fors toegenomen. Het identificeren van enkele belangrijke spelers in het immunologisch-pathologisch proces dat ten grondslag ligt aan deze huidaandoening, zoals TNF-α, IL-12, IL-17 en IL-23, leidde tot de ontwikkeling van geneesmiddelen die specifiek aangrijpen op deze spelers: de biologicals. “Tussen 2005 en 2021 is er ongeveer een dozijn biologicals op de markt gekomen”, vertelt Van Muijen. “Patiënten met ernstige psoriasis bij wie alle ‘klassieke’ behandelingen geen of te weinig effect hebben, komen tegenwoordig in aanmerking voor een behandeling met een biological.”

“In de dagelijkse praktijk zijn biologicals weliswaar iets minder effectief dan in de registratiestudies, maar toch in staat bij veel patiënten de ziektelast fors te verminderen”

Aios dermatologie Marloes van Muijen

BioCAPTURE netwerk

Om inzicht te krijgen in de effectiviteit van de (kostbare) biologicals in de dagelijkse praktijk en in de tevredenheid bij patiënten die ermee behandeld worden, is in 2005 vanuit het Radboudumc het BioCAPTURE netwerk opgezet. Dit prospectieve register, waaraan 20 ziekenhuizen in Nederland meedoen, verzamelt gegevens van psoriasispatiënten die behandeld worden met een biological. Dit betreft zowel klinische gegevens als PASI (Psoriasis Area and Severity Index) en BSA (Body Surface Area). Maar ook ervaren bijwerkingen en data over kwaliteit van leven.

Minder dan in de studies

Met bijna 20 jaar aan real world data van meer dan 1000 patiënten, vormt BioCAPTURE natuurlijk een prachtige bron van onderzoek. En dat is wat Van Muijen de afgelopen jaar heeft gedaan. De eerste vraag die zij daarbij wilde beantwoorde was: hoe presteren de verschillende biologicals in de dagelijkse praktijk? “We zagen voor alle biologicals dat ze bij gebruik in de dagelijkse praktijk weliswaar heel effectief zijn, zij het wat minder dan in de registratiestudies. Het percentage patiënten dat een PASI90 haalde, dat wil zeggen 90% vermindering van de ernst en omvang van de psoriasis bij de patiënt, ligt voor alle biologicals in de dagelijkse praktijk lager dan in de studies. Een verklaring daarvoor is dat patiënten in de dagelijkse praktijk vaak ook andere aandoeningen hebben dan psoriasis alleen, waarvoor zij ook vaker andere medicatie gebruiken. We zagen ook dat de ‘nieuwere’ biologicals, gericht tegen IL-17 of IL23, wat effectiever zijn dan de ‘oudere’ biologicals, gericht tegen TNF-α of IL-12/IL-23.”

Zelfde doelen

Kortom, sinds de komst van biologicals ziet de toekomst er voor mensen met ernstig psoriasis een stuk zonniger uit. Maar dat wil niet zeggen dat zij niets meer te wensen hebben, blijkt uit het onderzoek van Van Muijen. “Wij hebben 65 patiënten met ernstige psoriasis met een Patiënt Need Questionaire gevraagd wat zij belangrijk vonden als doel van de behandeling. Het betrof patiënten die door behandeling met een biological meer dan een half jaar stabiele, lage ziekteactiviteit hadden. Hoewel behandeldoelen per persoon erg kunnen verschillen, noemden zij het meest zaken als: geen jeuk hebben en vrij zijn van zichtbare plaques. Maar ook: geen angst hebben dat de ziekte weer zal opflakkeren. Eigenlijk zijn dat dezelfde doelen die mensen met ernstig psoriasis hebben. Dus ondanks de veel lagere ziekteactiviteit blijven de doelen deels hetzelfde. Het is daarom belangrijk dat de behandelaar daarover met de patiënt in gesprek te blijft. Ook als de ziektelast laag is. ”

“Dosisreductie wordt bij stabiele, lage ziektelast wel al toegepast, maar is niet structureel ingebed in richtlijnen”

Dosisreductie

Een laatste onderwerp dat Van Muijen onderzocht is de mogelijkheid tot dosisreductie van biologicals. “Anders dan bij andere soorten medicijnen, is dosisreductie van biologicals bij de behandeling van patiënten met psoriasis geen standaardprocedure. Wel is er bij veel dermatologen en patiënten de wens dit te kunnen doen.” Om meer duidelijkheid te krijgen over dit thema spitte Van Muijen de wetenschappelijke literatuur door. Zij hield enquêtes onder 700 Nederlandse dermatologen (in opleiding) en onder 114 leden van de International Psoriasis Council. “Het beeld dat daaruit naar voren komt, is dat dosisreductie bij stabiele, lage ziektelast wel al wordt toegepast, maar niet structureel is ingebed in richtlijnen. Bij sommige patiënten lukt het om de dosis aanzienlijk te verlagen zonder dat de ziekte weer opflakkert. Dosisreductie gebeurt doorgaans door stap voor stap het interval tussen de toedieningen te verlengen.”

“Er is binnen de beroepsgroep duidelijk behoefte aan consensus over dosisreductie”

Behoefte aan consensus

Wat uit de enquêtes ook naar voren kwam, is dat de dosisreductie – bij gebrek aan duidelijke richtlijnen – nu meestal een kwestie van trial and error is. “Iedere behandelaar hanteert nu haar of zijn eigen systeem. De één start bijvoorbeeld als de ziekte bij de patiënt een jaar lang stabiel is en er lage ziekteactiviteit is bij behandeling met de biological. De ander start als de patiënt een half jaar stabiel is. Er is binnen de beroepsgroep duidelijk behoefte aan consensus over dit onderwerp. In Nederland is deze inmiddels tot stand gekomen en wordt deze in de volgende herziening van de richtlijn meegenomen. Daarnaast is er meer wetenschappelijk onderzoek nodig naar de optimale manier van dosisreductie en naar de succespercentages daarbij.”

Referentie: Het promotieonderzoek van Marloes van Muijen.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Help patiënten te stoppen met roken: ‘Minder zenden en meer interacteren’

Marieke Helmus combineert kunst en innovatie om het gesprek over stoppen met roken te starten. Met tools zoals een ‘Chat met je sigaret’-chatbot en humoristische ansichtkaarten helpt ze moeilijk bereikbare groepen om na te denken over hun rookgedrag.

Is er een dokter aan boord?

Wat doe je als er in een vliegtuig om een arts wordt gevraagd? Huisarts en luchtvaartgeneeskundige Peter Nijhof legt uit hoe medische noodgevallen in de lucht worden aangepakt, van de rol van artsen en cabinepersoneel tot het gebruik van medische kits en noodlandingen.

‘Stress verdient centrale plek in het consult’

Chronische stress, vaak gekoppeld aan sociale problemen, kan gezondheidsklachten veroorzaken. Feia Hemke pleit voor meer aandacht hiervoor in de spreekkamer en ontwikkelde tools om dit bespreekbaar te maken. “Hierdoor voorkom je onnodige medicalisering.”

Casus: man met een afwijking aan de eikel

Een 63-jarige man heeft sinds enige maanden een rode plek op de eikel, die ontstaan lijkt na een besnijdenis vanwege te nauwe voorhuid. De roodheid met wat witte plekjes zit niet echt op de plek van de wond en breidt zich ook wat uit. Wat is uw diagnose?

Gezondheidsschade door anabole steroïden: ‘Dit is geen hype die overwaait’

Het recreatief gebruik van anabole steroïden neemt toe, met grote gezondheidsrisico’s als gevolg, waarschuwt Pim de Ronde. Hij pleit voor betere voorlichting en onderzoekt interventies om het gebruik te verminderen en de schade te beperken.

Menselijkheid in de zorg: de spreek­kamer als tuin vol mogelijk­heden

Gynaecoloog, schrijver en theatermaker Mieke Kerkhof vertelt over het belang van kleine gebaren, het zien van de mens achter de patiënt en hoe haar creatieve kant haar werkplezier voedt. “Mijn generatie werkte keihard, soms ten koste van alles.”

‘Achter een gezondheidsklacht kan een negatieve ervaring uit het verleden schuilgaan’

Seksueel misbruik kan via chronische stress leiden tot gezondheidsklachten, vertelt Janneke van ’t Hooft. Ze pleit voor meer bewustzijn bij zorgverleners om deze klachten beter te herkennen en behandelen. “Een ‘tweesporenbeleid’ kan helpend zijn.”

‘Ik ben een beetje klaar met de vraag hoe veilig AI is’

Daan Geijs onderzoekt hoe AI kan helpen bij het beoordelen van huidkanker en zo veel routinematig werk uit handen kan nemen. Hij ziet AI als cruciaal om de zorg efficiënter te maken. “Nederland heeft het in zich om koploper te zijn bij AI-toepassingen in de zorg.”

Van overleven naar regie: werkplezier terugvinden als arts

Angelique van Dam, voormalig huisarts, begeleidt zorgprofessionals naar meer werkplezier en regie in hun leven. “Iedere arts kan bewust kiezen om in leiderschap te stappen, los van functie of positie.”

Casus: man met laesie ter hoogte van de borst

Een 47-jarige man komt met een laesie ter hoogte van de linkerborst die al aanwezig is sinds de geboorte. Hij heeft geen voorgeschiedenis van huidkanker en heeft een huidtype 3. Wat is uw diagnose?


0
Laat een reactie achterx