DOQ

Cardioloog i.o. Berger: ‘Meer aandacht nodig voor preventie om atriumfibrilleren te voorkomen’

Ablatie van de zenuwcomplexen op de boezems van het hart heeft geen toegevoegde waarde bij de behandeling van atriumfibrilleren, zo blijkt uit promotieonderzoek. Aangezien boezemfibrilleren een steeds vaker voorkomende klacht is, is preventie dan ook het belangrijkste. “De cardioloog heeft – zeker met het groeiende aantal patiënten – minder tijd om aandacht te besteden aan het onderwerp preventie. Toch is die aandacht wel nodig.”

(bron: Istock)

In zijn promotieonderzoek heeft cardioloog i.o. Wouter Berger vastgesteld dat ablatie van de zenuwcomplexen op de boezems van het hart geen toegevoegde waarde heeft bij de behandeling van atriumfibrilleren. Het heeft geen effect op het voorkomen van de terugkeer van het boezemfibrilleren binnen een jaar na de behandeling. “Het onderzoek was specifiek gericht op patiënten die al langdurig te kampen hebben met atriumfibrilleren of die al eerder een katheterablatie hebben gehad en waarbij de standaardbehandeling met medicatie niet voldoende is”, preciseert hij. “Over de vraag wat dan de beste behandeling is, bestaan wel veel theorieën, maar bestaat geen duidelijkheid. Moet je extra lijnen zetten, complexe elektrogrammen opzoeken of de zenuwcomplexen ableren? Het idee aan de start van het onderzoek was dat dit laatste mogelijk zou helpen, maar de – onverwachte – uitkomst was dat het geen toegevoegde waarde heeft en zelfs tot meer complicaties leidde.”

“Micro-RNA’s zouden interessante biomarkers kunnen zijn. Maar hiervoor is echter meer onderzoek nodig”

Wel of geen baat

Het blijft moeilijk om exact te bepalen welke patiënten toch wel baat kunnen hebben bij een ablatie. “Om daarover meer uitsluitsel te kunnen geven, is het belangrijk om biomarkers te vinden die hierover informatie kunnen geven”, vertelt Berger. “We hebben al onderzoek gedaan naar de fibrosemarker galectine, maar deze bepaling blijkt op baseline geen onderscheid te kunnen maken tussen patiënten die baat hebben bij de behandeling en de patiënten die dit niet hebben. Maar het is een onderwerp waarnaar veel onderzoek wordt gedaan, ook in Amsterdam UMC, locatie AMC. Micro-RNA’s bijvoorbeeld zouden interessante biomarkers kunnen zijn. Meer onderzoek is echter nodig om hierover definitief iets te kunnen zeggen.”

“Het aanpakken van de ongezonde leefstijl, dáár moet dus meer aandacht naar toe, ook van cardiologen”

Uitdagende vergrijzing

Ondertussen is boezemfibrilleren een steeds vaker voorkomende klacht. Het belangrijkste is dan ook preventie, stelt Berger in zijn proefschrift. “Het is een hele uitdaging om al die mensen te gaan behandelen die door de vergrijzing en door de invloed van ongezonde leefstijl op ons af komen”, zegt hij. “We hebben daar onvoldoende capaciteit voor en het is ook niet voor iedereen zinvol. Bij mensen met obesitas kun je wel proberen de linker atria te behandelen, en dat doen we dan ook met ablatie of met medicijnen, maar daarmee pak je het onderliggende probleem niet aan. Rigoureus afvallen sorteert evenveel effect als ablatie en draagt bovendien bij aan de algemene gezondheidstoestand van de patiënt. Dáár moet dus meer aandacht naar toe, ook van de cardiologen. Gelukkig zijn er steeds meer verpleegkundig specialisten die zich met dit onderwerp bezighouden, onderzoek laat ook de toegevoegde waarde van hun inbreng zien. De cardioloog heeft – zeker met het groeiende aantal patiënten – minder tijd om aandacht te besteden aan het onderwerp preventie. Toch is die aandacht wel nodig. Ook waardevol is het Connect-programma van de NVVC, gericht op samenwerking tussen cardioloog en huisarts. Dit loopt, zeker op het gebied van boezemfibrilleren, heel goed. Het is wel iets wat per regio moet worden uitgerold natuurlijk, maar ik hoor er ook nu al veel positieve geluiden over.”

Berger vervolgt momenteel zijn opleiding in het OLVG in Amsterdam. “Maar ik hoop zeker verder te gaan met onderzoek op dit gebied”, vertelt hij. “Het meest interessant vind ik de combinatie van patiëntenzorg en wetenschappelijk onderzoek.”


De promotie vond begin 2020 plaats. De titel van zijn proefschrift luidt Markers of atrial remodeling and invasive treatment of atrial fibrillation. 

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Boek over veilige sedatie toepassen op de SEH moet angst wegnemen

Vier SEH-artsen schreven een boek over veilige sedatie op de SEH. Het is bedoeld als naslagwerk en cursusmateriaal, vertellen Mischa Veen en Daniëlle van Winden. “Uniek is dat de informatie ook gericht is op het voorkomen van traumatische ervaringen voor patiënten.”

‘Wij willen over twintig jaar ook nog huisarts zijn’

Ties Janssen vertelt over het manifest ‘De huisarts van morgen’, waarmee de Lovah de continuïteit van de huisartsenzorg wil veiligstellen. “Al jaren wordt er nagedacht over vergrijzing en personeelstekorten in de zorg, en nog steeds kabbelt het maar voort.”

Casus: 13-jarig meisje met een bloedende moedervlek

Een 13-jarig meisje komt op het spreekuur omdat ze sinds enkele dagen een bloedende moedervlek heeft. De moedervlek zit er al sinds enkele maanden en is snel gegroeid en ook wat boller geworden. Verder geen klachten zoals pijn of jeuk. Wat is uw diagnose?

‘Ik heb medewerkers meegenomen naar waar ze het best op hun plek zijn’

Op de afdeling waar Jacqueline Loonen leiding geeft staat ‘persoonsgericht’ centraal, zowel in de patiëntenzorg als in de organisatie. “De patiënt en zorgverlener zijn samen verantwoordelijk. Iedereen komt vanuit zijn of haar expertise met voorstellen tot verbetering.”

Casus: vrouw met verkoudheid en oorpijn

Patiënte zit verkouden tegenover u met oorpijn links. De verkoudheid bestaat sinds gisteren maar de oorpijn is vannacht begonnen. De otalgie is pijnlijker dan de pijn die zij heeft ervaren bij de bevalling van haar kinderen. Het gehoor is links mogelijk iets minder dan rechts. Zij heeft geen koorts. Wat is uw diagnose?

Mededingings­toezicht biedt veel ruimte voor samen­werking

In ons zorgstelsel is veel ruimte voor samenwerking en netwerkvorming, vertelt Marco Varkevisser. “Veel zorgaanbieders denken dat heel veel niet mag van de ACM, terwijl die de afgelopen jaren heeft laten zien dat er juist veel ruimte is voor samenwerking.”

‘Vergroot herken­baarheid anti­biotica’

Een betere herkenbaarheid van antibiotica kan leiden tot verstandiger gebruik en zo helpen in de strijd tegen de wereldwijd groeiende antibioticaresistentie. Annelie Monnier en Heiman Wertheim vertellen over het ABACUS-project. “Resistentie kent geen grenzen.”

Medische hypnose: meer controle over je lijf en emoties

Kinderarts en hypnotherapeut Arine Vlieger vertelt over het gebruik van medische hypnose: “Als je de verwachtingen van de patiënt positief kan beïnvloeden dan heeft dat tevens effect op de behandeling. Taal is dan ook de basis van hypnose.”

Casus: vrouw met melaena, een steeds dikker wordende buik en een uitpuilende navel

Een vrouw wordt gepresenteerd op de Spoedeisende Hulp in verband met sinds 1 dag bestaande melaena. Daarnaast klaagt patiënte over een steeds dikker wordende buik, pijn in de rechter bovenbuik en een uitpuilende navel sinds 6 weken. Tevens zijn haar benen iets dikker geworden. Wat is uw diagnose?

In zes stappen afval op de OK reduceren

Roos Bleckman, Lukas Radema en hun collega’s van het OK Green Team bedachten een stappenplan om het afval op de OK de komende jaren met de helft te reduceren. “Het afdekmateriaal op de OK kon met maar liefst 20% gereduceerd kon worden.”


0
Laat een reactie achterx