Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
De toekomst van MS: meer patiënten, minder klachten
Nieuwe criteria maken het mogelijk multiple sclerose (MS) te diagnosticeren voordat de patiënt ziekteklachten ervaart. Een preventieve behandeling kan dan het ontstaan van (ernstige) klachten voorkomen. “We staan aan het begin van een nieuw tijdperk voor MS”, concludeert neuroloog Eva Strijbis.
Afgelopen september zijn tijdens het ECTRIMS-congres voorstellen gepresenteerd voor een aanpassing van de criteria voor het stellen van de diagnose ‘MS’, de zogeheten McDonald-criteria. “Hierdoor wordt het mogelijk MS in een eerder stadium officieel te diagnosticeren”, vertelt Eva Strijbis, werkzaam bij het Amsterdam UMC. “Zelfs al bij mensen die nog geen fysieke klachten hebben maar bij wie al wel kenmerkende afwijkingen op de MRI zichtbaar zijn. Die afwijkingen zijn dan als ‘bijvangst’ gezien bij mensen bij wie om een heel andere reden een MRI is gemaakt.”

“Bij sommige patiënten kan een vroege start van de behandeling de klachten geheel voorkomen”
Neuroloog Eva Strijbis
Klachten voorkomen
Het eerder kunnen stellen van de diagnose MS is van groot belang, legt Strijbis uit. “Dit maakt het namelijk mogelijk al in een vroeger stadium van de ziekte te starten met een behandeling. En met de huidige medicijnen betekent vroeger starten met behandelen dat het risico op het ontstaan van ernstige neurologische klachten afneemt. Sterker nog, bij sommige patiënten kan een vroege start van de behandeling de klachten geheel voorkomen.” Toepassen van de nieuwe McDonald-criteria, die naar verwachting in de loop van 2025 officieel van kracht zullen worden, zal uiteindelijk leiden tot meer diagnoses MS maar minder (ernstige) klachten, verwacht Strijbis. “Met mensen bij wie zo’n toevalsbevinding is gedaan kun je in gesprek gaan over de voor- en nadelen van een preventieve behandeling.” De voordelen daarbij zijn natuurlijk het voorkómen – of op zijn minst uitstellen – van MS-klachten. De nadelen zijn, naast ongerustheid bij de patiënten, de kans op overbehandeling, de kans op bijwerkingen van de medicatie en de kosten van een vroege behandeling.
“Sinds kort komt het de-escalatie model in zwang: meteen fors inzetten met medicatie en daarna afbouwen”
Van onder- naar overbehandeling
Dit sluit aan bij de kantelende visie op de behandeling van MS. “Tot nu toe ging de discussie vooral over het risico op onderbehandeling van de MS-patiënt. Traditioneel hanteren we in Nederland een escalatieschema: beginnen met lichte medicatie en ophogen als dit niet werkt. Sinds kort komt het de-escalatie model in zwang: meteen fors inzetten met medicatie en daarna zover mogelijk afbouwen. We weten echter dat bij zo’n 10 tot 20% van alle MS-patiënten de klachten ook zonder medicatie relatief beperkt blijven. Bij hen is meteen fors inzetten dus een vorm van overbehandeling. En als we mensen zonder klachten gaan behandelen zou een deel van hen ook zonder behandeling nooit ernstige klachten hebben ontwikkeld. De preventieve behandeling is bij deze mensen dus een vorm van overbehandeling. We doen nu onderzoek om na te gaan hoe groot deze groep is van de mensen die in aanmerking gaan komen voor een preventieve behandeling en of we de groep die baat zal hebben van een preventieve behandeling nog scherper kunnen definiëren. Waarbij overigens nog niet duidelijk is welke medicatie het meest geschikt is voor die preventieve behandeling, ook rekening houdend met de bijwerkingen en kosten ervan.”
“Door de verbeterde behandeling kan de huidige MS-patiënt een ‘gewoner’ leven leiden”
Cognitieve achteruitgang
Een andere, vrij recente ontwikkeling in het MS-veld is de toegenomen aandacht voor de (negatieve) invloed die de aandoening heeft op de cognitie van de patiënt. “Nu we met de huidige vormen van medicatie de achteruitgang van fysieke kenmerken van MS, zoals het steeds moeilijker kunnen lopen, goed kunnen afremmen, komt er meer aandacht voor de cognitieve kant van de ziekte. Ook doordat de patiënten door de verbeterde behandeling een ‘gewoner’ leven leiden dan vroeger. Dat gaat echter ook gepaard met hogere eisen in het dagelijks leven. Nu de MS niet meer zichtbaar is, leggen zowel de maatschappij als de patiënt zelf de lat hoger. En dan gaat de verminderde cognitie meer gewicht in de schaal leggen. MS-patiënten melden bijvoorbeeld dat zij weliswaar hun baan hebben kunnen behouden maar dat ze wel moeite hebben hun collega’s op mentaal gebied bij te kunnen benen. Of dat ze in hun sociale leven eerder tegen grenzen aanlopen dan anderen.”
Nieuw tijdperk
Een pasklare oplossing voor het aanpakken van de cognitieve gevolgen van MS is er (nog) niet, vertelt Strijbis. “Er loopt op dit terrein veel onderzoek, bijvoorbeeld naar de effecten van een gezonde leefstijl, waaronder dieet en beweging, en naar het effect van cognitieve training. Daarnaast is er ook aandacht voor de rol van vermoeidheid en stemmingsproblemen bij de cognitieproblemen. Kortom, MS vereist een integrale aanpak met maatwerk voor iedere patiënt. Overigens hopen we dat de vroegere start van de behandeling niet alleen het ontstaan van de fysieke klachten van MS voorkomt, maar ook deze cognitieve klachten. Wat dat betreft kun je gerust stellen dat we aan het begin staan van een heel nieuw tijdperk voor MS.”