DOQ

Dr. Boon onderzoekt spectaculair gewichtsverlies bij obesitas: ‘Op zoek naar een betere cocktail van agonisten’

Waarom leidt Tirzepatide, een combinatie van twee agonisten die de effecten van darmhormonen nabootsen, bij veel mensen met obesitas tot spectaculair gewichtsverlies? En kan aan deze combinatie wellicht een derde worden toegevoegd om het middel nóg effectiever te maken? Deze vragen wil internist in opleiding dr. Mariëtte Boon beantwoorden met de Veni-beurs die zij vorig jaar ontving.

Zó reageert een mens wanneer na een aanvraagtraject van ruim een jaar het heugelijke nieuws binnenkomt dat NWO een Veni-beurs van 250.000 euro heeft toegekend: “Er ging een stroom van blijdschap door me heen”, zegt internist i.o. dr. Mariëtte Boon. “Ik ben meteen familieleden en vrienden gaan bellen. In november 2020 ontving ik de beurs, maar ik laat deze ingaan per 1 mei dit jaar. Vanaf dat moment ga ik me drie jaar wijden aan onderzoek dat ik heel graag wil verrichten en dat hopelijk leidt tot minder hart- en vaatziekten en diabetes type 2 onder mensen met obesitas.”

Internist i.o. dr. Mariëtte Boon (Foto: LUMC)

Darmhormonen

Boons onderzoeksidee ontstond na een publicatie in de Lancet in 2018. Hieruit bleek dat mensen met obesitas in een half jaar tijd gemiddeld elf kilo gewicht verliezen na een wekelijkse injectie met Tirzepatide. Dit middel combineert twee agonisten van darmhormonen: GLP-1 en GIP.

“Lang niet iedereen met obesitas slaagt erin structureel zijn eetpatroon aan te passen, onder meer omdat de hormoonsystemen verstoord zijn”

Verzadigingsgevoel

De internist i.o. van het LUMC schetst de achtergrond: “Ons land kampt met een epidemie van overgewicht en obesitas. In de Zorgstandaard Obesitas staat dat de gecombineerde leefstijlinterventie (GLI) de eerste stap is in de behandeling van obesitas. Maar dit is zoals bekend een lang en intensief traject; lang niet iedereen slaagt erin structureel zijn gedrag te veranderen en zijn eetpatroon aan te passen. Een van de redenen is dat bij mensen met obesitas de hormoonsystemen verstoord zijn. Het is bijvoorbeeld bekend dat bij een groot deel van hen het verzadigingsgevoel minder efficiënt werkt. Mensen hebben voortdurend een hongerprikkel.”

“Net als GLP-1 beïnvloedt GIP het verzadigingsgevoel, maar GIP heeft bijvoorbeeld ook een sterke werking op wit vet”

Elkaar aanvullende agonisten

“Een volle maag bepaalt maar voor een klein deel of een verzadigingsgevoel optreedt”, benadrukt Boon. “Hormonen spelen een veel grotere rol; onder andere hormonen die worden gemaakt door de darmen. GLP-1 is daar een voorbeeld van. Twintig minuten na het eten horen de cellen in de dunne darm GLP-1 aan te maken, wat vervolgens via een aantal schakels een verzadigingsgevoel bewerkstelligt. Bij mensen met obesitas is de afgifte van GLP-1 vaak lager, zodat dit gevoel later of minder goed op gang komt. Hiervoor bestaat een medicijn. Eenvoudig gezegd: GLP-1 in een spuitje. Dit heeft een positief effect bij tweederde van de mensen met obesitas; gemiddeld verliezen zij vijf tot tien procent van het hun gewicht. Sinds een aantal jaren proberen wereldwijd onderzoeksgroepen en farmaceutische bedrijven een combinatie van agonisten te ontwikkelen die het goed doet bij een nóg grotere groep mensen en die bovendien nóg effectiever is. Tirzepatide is daar een succesvol voorbeeld van. Net als GLP-1 beïnvloedt GIP het verzadigingsgevoel, maar GIP heeft bijvoorbeeld ook een sterke werking op wit vet. Agonisten kunnen elkaar dus aanvullen.”

Nóg betere cocktail

Dát Tirzepatide werkt, is bekend. Maar hóe het werkt, dat is een vraag waarop Boon zich gaat richten. Ze zegt: “Als je het mechanisme kent, weet je ook op welke plekken in het lichaam het middel niet of minder goed aangrijpt. Dan kun je beredeneren hoe je een nóg betere cocktail van agonisten kunt maken.”

Hoe gaat Boon te werk? “Mijn onderzoek is zowel op muizen als mensen gericht. Bij muizen wil ik nagaan welke organen bijdragen aan gewichtsverlies, bijvoorbeeld door te kijken welke organen metabool actiever zijn geworden en veel vetzuren uit het bloed vangen. Eerst krijgen muizen een dieet waarmee ze obesitas ontwikkelen. Daarna maken we vier groepen: muizen die alleen GLP-1 krijgen, die alleen GIP krijgen, die de combinatie van GLP-1 en GIP krijgen of die een placebo krijgen. Daarna spuit ik lipoproteïne-achtige deeltjes in die radioactief gelabelde vetzuren bevatten om uiteindelijk te kunnen volgen waar de vetzuren heengaan. Aan het eind van het experiment worden de muizen geëuthanaseerd. Wij kunnen dan de hoeveelheid radioactiviteit meten in de organen en in combinatie met andere metingen in de organen zien in welke mate de verschillende organen actief zijn geweest bij het verliezen van vetmassa in de muis. Is er bijvoorbeeld veel vetzuur opgenomen en verbrand in het bruine vet? Of waren het vooral de spieren of de lever waar een groot deel van de verbranding plaatsvond?”

“Een andere vraag die Boon wil beantwoorden, is of Tirzepatide leidt tot reductie van atherosclerose en tot minder hart- en vaatziekten”

Volgen via een PET-scan

Leidt Tirzepatide tot een reductie van atherosclerose en, in het verlengde daarvan, minder hart- en vaatziekten? Dat is de andere belangrijke vraag die Boon wil beantwoorden. “We kunnen dit onderzoeken in een speciaal muismodel, de zogenaamde APOE*3-Leiden.CETP muis. Bij mensen doen we dit ook, maar dan kortstondig en vereenvoudigd. Omdat je vetzuren niet zo goed radioactief kunt labelen bij mensen, gaan we hier suikers labelen en die volgen via een PET-scan.”

Nieuwe aangrijpingspunten voor nóg betere en specifiekere behandeling, dat is Boons streven. “We weten bijvoorbeeld dat de combinatie van GLP-1 en GIP vrij weinig effect heeft op het cholesterol in het bloed. Op dat cholesterol zouden we ook graag willen kunnen inspelen.”

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

‘Zorg dat je digitaal geletterd blijft’

Maartje Schermer deelt enkele ethische vraagstukken die spelen bij technologische ontwikkelingen in de zorg, zoals AI. “Wees er niet bang voor, probeer het uit, en vooral: blijf je er vragen bij stellen. Want één ding is zeker: dit gaat niet meer weg.”

‘Het is belangrijk om de hele mens te zien als arts’

Geïnspireerd door haar eigen leven verkent Machteld Huber inzichten en praktische handvatten over de laatste levensfase onder de titel ‘De laatste 1000 dagen’. “Artsen richten zich vaak puur op het fysieke, terwijl de mens een combinatie is van lichaam en geest.”

Ook medisch specialisten kunnen Bloeizones inzetten

Dyane Stolwijk-Woudstra wil medisch specialisten inspireren om Bloeizones door te zetten naar de tweedelijnszorg. “Het gaat er niet om dat je een probleem signaleert en dat ook meteen moet oplossen, maar maak het bespreekbaar, daar gaat het om!”

Casus: man met hinderlijk nachtplassen

Een 67-jarige man bezoekt uw spreekuur met al langer bestaande hinderlijke klachten van nycturie. De ochtendplas niet meegerekend moet hij er zeker drie keer per nacht uit, maar ook wel vaker. Wat is uw diagnose?

Casus: jongen met klachten na operatie keelamandelen

Op de dienstpost verschijnt de 6-jarige Daan, die afgelopen woensdag is geopereerd aan zijn keelamandelen. Hij wil niet drinken, heeft keelpijn, ruikt naar uit zijn mond, is hangerig en heeft witte plekken achter in de mond. Wat is uw diagnose?

Geneeskunde­­student­en krijgen bijsluiter bij AI

Eerstejaars studenten geneeskunde in Leiden krijgen les in de betekenis van AI en medische technologie. Marcel Haas probeert de studenten te laten nadenken over hun rol als arts in de toekomst. “Hoe kunnen artsen technologie inzetten in het contact met patiënten?”

‘Ergo­therapie is het meest bewaarde geheim in de gezond­heids­zorg’

De meerwaarde van ergotherapie in de eerste lijn is bij veel artsen onbekend, terwijl het vak hen juist helpt om zorg dicht bij huis te kunnen bieden, vertelt Lucelle van de Ven. “De paramedische zorg in de eerste lijn moet groeien, dus ook de ergotherapie.”

Winst in levensjaren met persoonlijke aanpak bijwerk­ingen immuun­therapie

De onderzoeksgroep van Karijn Suijkerbuijk ontdekte dat prednison het effect van immuuntherapie bij kanker onderdrukt. Prednison is vaak nodig voor de bijwerkingen, maar zou persoonlijker ingezet moeten worden. “Mijns inziens moet de richtlijn worden aangepast.”

‘Wil je het komende jaar zwanger worden?’

De vraag ‘Wil je het komend jaar zwanger worden?’ zou veel vaker gesteld moeten worden door álle hulpverleners, stelt Annemarie Mulders. “Gezond zwanger worden begint bij bewustwording en kennis over het belang van de periode vóór de zwangerschap.”

Casus: vrouw met kleine rode puntjes in de huid

Een vrouw komt met kleine rode puntjes in de huid van vooral de benen. De klachten zijn ontstaan na een keelinfectie, circa 2 weken geleden. Een week geleden heeft zij zich minimaal gestoten en had zij daarna een groot hematoom op het bovenbeen. Wat is uw diagnose?


0
Laat een reactie achterx