DOQ

Dr. Silvis: ‘Kans op cerebrale veneuze trombose groter in kraamperiode’

Kraamvrouwen hebben een grotere kans op het ontwikkelen van cerebrale veneuze trombose (CVT) dan zwangere vrouwen. Dat is een van de conclusies van het proefschrift van Suzanne Silvis, die recent promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam. Neurologen zouden volgens Silvis bij zwangere vrouwen met (geïsoleerde) hoofdpijn hetzelfde beleid moeten voeren als bij niet-zwangere vrouwen met dezelfde klachten, mits er geen verdenking van CVT is.  

Cerebrale veneuze trombose (CVT) is een zeldzame vorm van trombose (het ontstaan van bloedpropjes) in de vaten van de hersenen, die voornamelijk voorkomt bij jongvolwassenen, vooral vrouwen tussen de 30 en 40 jaar. De symptomen van CVT hangen samen met de beperkte afvoer van liquor en bloed uit de hersenen. Zo’n 90 procent van de patiënten meldt daardoor hoofdpijn, en bijna de helft maakt acuut symptomatische epileptische insulten door. Hoewel 80 procent herstelt zonder lichamelijke restverschijnselen, blijft CVT een ernstige aandoening: 5 tot 10 procent van de patiënten sterft door de aandoening. 

neuroloog dr. Suzanne Silvis

Vruchtbaarheid 

Wetenschappers van het Amsterdam UMC, geleid door dr. Jonathan Coutinho, deden onderzoek naar de risicofactoren voor CVT. Een van hen is neuroloog dr. Suzanne Silvis. “We weten dat CVT driemaal zo vaak voorkomt bij vrouwen dan mannen, en dat na de vruchtbare periode de ziekte bij beide geslachten ongeveer even vaak voorkomt.” De belangrijkste risicofactoren hebben dan ook te maken met de vruchtbaarheid: het slikken van anticonceptie, zwangerschap en de kraamperiode.  

“We zagen tijdens de kraamperiode een meer dan tien keer verhoogd risico, in de eerste zes weken was dat risico zelfs 18 keer verhoogd” 

Verhoogd risico 

Silvis en collega’s deden onderzoek naar die risicofactoren en vonden een verhoogd risico op CVT tijdens de kraamperiode. “Hoofdpijn komt veel voor in de zwangerschap. Dit kan een symptoom zijn van CVT. Bovendien wordt zwangerschap gezien als een risicofactor voor het ontwikkelen van CVT op basis van eerder onderzoek. Daarom namen we aan dat zwangere vrouwen een hoger risico hebben op CVT.” Maar dat bleek niet zo te zijn. “Toen we verder gingen kijken, zagen we alleen bij kraamvrouwen een verhoogd risico”, zegt Silvis. Dat leidde tot een conclusie: niet de zwangerschap, maar de kraamperiode leidt tot het verhoogde risico op CVT. “We zagen tijdens die periode een meer dan tien keer verhoogd risico, in de eerste zes weken was dat risico zelfs 18 keer verhoogd.”  

Meer onderzoek  

Hoe het komt dat pas tijdens de kraamperiode de kans op CVT sterk verhoogd is, is nog niet bekend. “In de literatuur werd altijd aangenomen dat het risico op CVT tijdens de zwangerschap en de kraamperiode verhoogd was”, zegt Silvis. “Maar op basis van deze ene studie moeten we ons achter de oren krabben.” Toch is één studie geen definitief bewijs, relativeert de neuroloog haar bevindingen. “Om meer te weten te komen over de oorzaak van dat verhoogde risico moeten we meer onderzoek doen. Maar zeker is dat we in grote CVT-cohortstudies ook zien dat het aantal zwangeren met CVT lager is dan het aantal kraamvrouwen met CVT.” 

“Bij vrouwen in de kraamperiode met hoofdpijn moet laagdrempelig beeldvormend onderzoek beschikbaar zijn” 

Afwachtend beleid 

Het verhoogde risico op CVT tijdens de kraamperiode is een reden om aanbevelingen te doen voor aanvullend klinisch onderzoek, zegt ze. “Er zijn veel vrouwen die hoofdpijn ervaren tijdens de zwangerschap, maar we weten dat hun kans op CVT niet veel groter is dan niet-zwangeren van dezelfde leeftijd. Bij vrouwen in de kraamperiode met hoofdpijn moet laagdrempelig beeldvormend onderzoek beschikbaar zijn.” Zonder een duidelijke aanleiding voor een CT-scan of een MRI past tijdens de zwangerschap een afwachtend beleid beter, stelt de neuroloog. Bovendien is het verrichten van een CT-scan of MRI tijdens de zwangerschap niet zonder risico. “Zwangerschap beschermt niet tegen CVT, maar bij alleen hoofdpijnklachten is een afwachtend beleid verdedigbaar.” 

“Zoek naar omringend bewijs, andere risicofactoren, en schat in of aanvullend onderzoek geïndiceerd is” 

Alertheid 

Silvis’ boodschap aan collega-neurologen is eenvoudig: “Behandel zwangere vrouwen als elke andere vrouw als het om CVT gaat, en richt je zorgen op de kraamperiode.” De aandoening blijft zeldzaam, vult ze aan, maar komt wel degelijk voor in de neurologische praktijk en kan ernstige gevolgen hebben. “Blijf dus alert bij jonge vrouwen met hoofdpijn, vooral als ze net een kind hebben gekregen. Zoek naar omringend bewijs, andere risicofactoren, en maak dan een inschatting of aanvullend onderzoek geïndiceerd is.” 


Referentie: Risk factors, clinical manifestations and outcome in cerebral venous thrombosis, S.M. Silvis, https://dare.uva.nl/search?identifier=0c60f6b0-7144-461f-9331-c88c9654d960 

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Tussen de spreekkamer en het schetsboek: arts met beeld als tweede taal

Aios dermatologie Loes Vos maakt naast haar werk medische illustraties. Voor collega’s, patiënten én landelijke campagnes vertaalt ze complexe informatie naar helder beeld. “Ik teken bijna bij elk consult wel iets uit.”

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”