DOQ

Dr. Van Aken: ‘Beeldbellen is een prettige toevoeging aan het palet van consultmogelijkheden’

De coronatijd heeft niet alleen kommer en kwel gebracht. Zo bleek de crisis voor menige zorgprofessional of -organisatie hét moment te zijn om nu eens vaart te zetten achter beeldbellen. De polikliniek interne geneeskunde van het HagaZiekenhuis bijvoorbeeld heeft goede ervaringen opgedaan. “Als servicegerichte instelling kunnen wij onze patiënten nu een extra type consult aanbieden”, zegt internist-endocrinoloog Maarten van Aken.

Wel een persoonlijk en nuttig gesprek met de arts, maar geen reis naar het ziekenhuis. Patiënten van de polikliniek interne geneeskunde die daarvoor geschikt worden geacht, krijgen sinds het voorjaar van het secretariaat in het HagaZiekenhuis de uitnodiging te beeldbellen met hun dokter. Vinden zij dat zelf ook een goed idee? Dan ontvangen ze per sms een activatiecode om de door het bedrijf BeterDichtbij ontwikkelde app voor beeldbellen te downloaden. Vervolgens krijgen zij op het afgesproken moment hun arts te zien op het beeldscherm van bijvoorbeeld hun smartphone of iPad.

Internist-endocrinoloog Maarten van Aken

De coronacrisis heeft beeldbellen in een stroomversnelling gebracht.”

Stroomversnelling

“Binnen onze polikliniek lag dit idee al een tijd op de plank”, zegt Maarten van Aken. “Het was een langgekoesterde wens. De coronacrisis heeft beeldbellen in een stroomversnelling gebracht.”

Logisch ook: in een tijd van social distancing en ‘niet onnodig de deur uitgaan’, is beeldconsult een uitgelezen methode om patiënten tóch te blijven zien. Van Aken: “Een aantal van onze internisten communiceert nu niet alleen tijdens fysieke consulten of aan de telefoon met patiënten, maar doet dit ook in de vorm van beeldbellen. Stel, je hebt een patiënt al één of meerdere keren ontmoet in het ziekenhuis. Dan is het vaak niet nodig dat hij voor een controleafspraak terugkomt. Onderzoeksuitslagen of het ziektebeloop kun je dikwijls ook bespreken tijdens een beeldconsult.”

De keuze is altijd geheel aan de patiënt: als die een fysiek consult wenst, voorzien wij daarin.”

Sterker, Van Aken stelt soms ook voor dat ‘nieuwe patiënten’ met hem beeldbellen. Hij legt uit: “Patiënten worden naar ons verwezen via ZorgDomein. In het HagaZiekenhuis triëren we de verwijzingen; dat deden we al voor de coronacrisis. Op basis van patiëntkarakteristieken kun je concluderen dat een beeldconsult als eerste afspraak verantwoord is. Leidend daarbij zijn de aard van de vraag en de inschatting of daarvoor geen lichamelijk onderzoek nodig is. Vervolgens verzoek ik ons secretariaat de mogelijkheid tot beeldbellen voor te leggen aan de patiënt. De keuze is altijd geheel aan de patiënt: als die een fysiek consult wenst, voorzien wij daarin.”

Goed en prettig

In het HagaZiekenhuis is beeldbellen tijdens de coronapiek van start gegaan als pilot. Die is inmiddels afgerond. Van Aken: “Onze ICT-afdeling is nu met Beter Dichtbij in gesprek over een contract van langere duur, want de betrokken artsen zijn tevreden. Wij vinden beeldbellen een goede en prettige aanvulling op ons aanbod. Het zou daarvan structureel deel moeten uitmaken.”

“Er is een patiënt die zegt: ‘Het voelt alsof de arts even in je woonkamer is’”

Arts in woonkamer

Wat is het oordeel van patiënten? De internist-endocrinoloog: “We hebben nog geen patiëntevaluatie gedaan, maar horen positieve geluiden. Er is bijvoorbeeld een patiënt die zegt: ‘Het voelt alsof de arts even in je woonkamer is’. Maar in de komende periode, waarin we willen overgaan van enthousiaste projectfase naar vast onderdeel van de dagelijkse praktijk, zullen nog verbeteringen nodig zijn. Zo vertelden sommige patiënten dat ze het toch een beetje onwennig en zelfs onprettig vinden dat de arts ook hun woonkamer krijgt te zien. Dat kan aanleiding zijn om te bekijken of een neutrale achtergrond kan worden gecreëerd. Verder zou de app nóg meer waarde kunnen krijgen als beeldbellen met meerdere zorgverleners tegelijkertijd mogelijk werd gemaakt; bijvoorbeeld een patiënt, huisarts en specialist.”

Andere bekwaamheid

Corona heeft digitalisering in de zorg een impuls gegeven, of het nu gaat om zelfzorg, telefonisch triëren of beeldbellen. Toch lopen lang niet alle artsen warm voor laatstgenoemd fenomeen. Waarom niet? Van Aken: “Het is iets nieuws, iets waarvoor we niet zijn opgeleid, iets wat gewenning en een andere bekwaamheid vergt. Er zijn ook technische hobbels. Een ziekenhuis moet de gewenste digitale infrastructuur hebben: van een goed draadloos netwerk tot computers met camera’s. Dat klinkt misschien simpel, maar het is een gegeven dat een implementatie in de hele organisatie best lastig is. Neem bijvoorbeeld ons secretariaat. Dat kreeg er een nieuwe modaliteit bij: behalve fysieke en telefonische consulten moesten ook beeldconsulten worden ingepland. En denk ook aan begeleiding en voorlichting van patiënten. Sommige mensen vinden het bijvoorbeeld moeilijk een app te installeren. Je zult dus een goede helpdesk moeten hebben.”

Zie beeldbellen als een nieuwe toevoeging en denk niet dat we voortaan alleen maar achter ons scherm zitten te communiceren met patiënten.

Verschil per vakgebied

Desondanks adviseert Van Aken artsen geen koudwatervrees te hebben. “Sinds de coronatijd ervaren we allemaal hoe gemakkelijk en aangenaam het is om via beeld met elkaar te communiceren, zoals bij de digitale vergaderingen met Zoom. Laat je dus niet afschrikken door de – technische – hobbels die er in eerste instantie lijken te zijn bij beeldbellen. Die zijn niet onoverkoombaar. Zie beeldbellen als een nieuwe toevoeging en denk niet dat we voortaan alleen maar achter ons scherm zitten te communiceren met patiënten.

Per vakgebied zullen de rol en plaats van beeldbellen verschillen. Het is interessant om te zien hoe je het een plaats kunt geven in jouw specifieke praktijk.”

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”

‘‘Minder eten en meer bewegen’ is echt een misvatting’

Mensen met obesitas hebben vaak te maken met negatieve vooroordelen, ook in de zorg. Daardoor vermindert de kwaliteit van zorg, legt Paige Crompvoets uit. “Uit mijn onderzoek bleek dat mensen met obesitas soms belachelijk gemaakt worden door hun zorgverleners.”

Whispp biedt oplossing voor mensen met stem- en spraak­problemen

Joris Castermans ontwikkelde Whispp, een app die met behulp van AI fluister- en aangedane spraak kan omzetten in een heldere en natuurlijke stem. “Wie nog audio- of video-opnames heeft van de gezonde stem, kan met Whispp de eigen stem van vroeger creëren.”

Artsen voor Kinderen helpt kinderen met een chronische ziekte of beperking

Michel Weijerman van Stichting Artsen voor Kinderen vertelt over hun projecten voor betere zorg en welzijn voor kinderen met een chronische aandoening. “Zo’n 200 zorgprofessionals zijn op vrijwillige basis bij onze poli betrokken. Binnen 48 uur krijg je antwoord.”

Casus: patiënte met dagelijkse neusbloedingen

Een patiënte is de dagelijkse neusbloedingen rechts helemaal zat. Door het dichtknijpen van de neus gedurende 10 minuten stopt de bloeding wel steeds. Wat is uw diagnose?

‘Wees alert op opioïd­misbruik bij patiënten op SEH’

Opioïdgebruik komt bij SEH-patiënten vaker voor dan gemiddeld. Meer bewustzijn over misbruik van deze medicatie is nodig, aldus Joris Holkenborg. “Maar vergeleken met de VS doen we het in Nederland, mede dankzij apothekers en huisartsen, best wel goed.”

Voorkom een burn-out

Huisarts Nico Verhoef onderzocht waarom steeds meer artsen een burn-out krijgen, hoe dit te voorkomen, én geeft tips hoe je het werk leuk houdt voor jezelf. “Een middag per week maakte ik vrij voor kleine chirurgische ingrepen, omdat ik dat heel leuk vind om te doen.”

De zorgverlener als verwonderaar

Steeds meer resultaten wijzen uit dat een goed contact tussen de zorgverlener, het kind en de ouders, veel leed kan voorkomen. Piet Leroy zet zich in voor pijn- en traumavrije zorg bij kinderen. “Ik spreek nooit over lastige ouders, wel over kwetsbare ouders.”


0
Laat een reactie achterx