Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Dr. Verheesen: ‘Als je kijkt naar voedingsonderzoeken, zie je dat onze voeding eigenlijk heel belabberd is’
Reumatoloog dr. Richard Verheesen verwondert zich al jaren over de discrepantie tussen voeding en gezondheid, terwijl die hand in hand gaan. Daarom is volgens hem een holistische kijk op ons voedingspatroon nodig, met voedingssupplementen die meer toegesneden zijn op de wensen van het lichaam. Maar wat volgens hem het verschil maakt is de invloed van artsen. “Wij hebben de verantwoordelijkheid om de overheid te laten weten dat dit de route naar de afgrond is.”
“Bij meer dan 50 procent van de Europese inwoners is volgens het WHO een jodiumtekort”, zegt Richard Verheesen, reumatoloog in het Máxima Medisch Centrum te Eindhoven. “Terwijl we juist dachten dat we dat hadden opgelost door jodium toe te voegen aan zout. Maar omdat het zout- en broodgebruik is veranderd, krijgen we nu te weinig jodium binnen.” Het jodiumtekort is een van de voorbeelden van verschillen tussen voedingsadviezen en de weerbarstige praktijk. “Dit soort zaken die we in het verleden goed hadden geregeld, kunnen we blijkbaar zonder veel verantwoording loslaten.”
“Omdat het zout- en broodgebruik is veranderd, krijgen we nu te weinig jodium binnen”
Weerbaarheid
Dat tekort aan een van de meest basale nutriënten die het lichaam nodig heeft, is slechts het topje van de ijsberg, zegt Verheesen. Terwijl voeding de basis is van een gezond leven. De reumatoloog, die zich sinds tien jaar interesseert voor voeding, gezondheid en leefstijl in relatie tot de geneeskunde, stuit regelmatig op die discrepanties. “Als je kijkt naar voedingsonderzoeken, dan zie je dat onze voeding eigenlijk heel belabberd is. Volgens de consumptiepeilingen van het RIVM zien we dat alle groente- en fruitcampagnes van de overheid de afgelopen twintig jaar een marginaal effect hebben gehad op de volksgezondheid.”
“We nemen niet de acties die nodig zijn om de Nederlandse gezondheid te bevorderen”
Corona en metabool syndroom
Dat uit zich in een verlaagde weerbaarheid, bijvoorbeeld tegen het coronavirus. “In deze tijd zie je hoe slecht het is gesteld met de volksgezondheid: 90 procent van de patiënten op de intensive care heeft metabool syndroom. Dat laat zien dat onze leefstijl en de manier waarop we vandaag de dag leven, slechte gevolgen heeft voor onze gezondheid.” En die weerbaarheid verhogen we in elk geval niet door het bijbouwen van intensive care-units en het opleiden van extra personeel, zegt Verheesen. “Dat is een verkeerde reflex. We nemen niet de acties die nodig zijn om de Nederlandse gezondheid te bevorderen. We bouwen molens, pompen het water weg, maar we bouwen geen dijken.”
“In de reumatologie staren we ons blind op specifieke klachten, maar een gewichtsprobleem negeren we”
Holistische kijk
De coronacrisis en zijn uitwerking is een voorbeeld van hoe lastig voeding en geneeskunde te verenigen zijn, zegt Verheesen. Terwijl ze hand in hand gaan. Hij ziet dat ook in zijn vakgebied. “In de reumatologie staren we ons blind op specifieke klachten, terwijl we ook zien dat een patiënt overgewicht heeft. Toch zeggen we: ‘Het gaat goed met uw reuma, tot de volgende keer’. Maar het gewichtsprobleem negeren we.” Verheesen pleit daarom voor een holistische, meer individuele kijk op voeding. “Voedingsleer heeft een ander perspectief dan de geneeskunde. Bij voeding kijken we naar gemiddeldes op bevolkingsniveau. Terwijl we juist iedereen fit moeten willen hebben met gezonde voeding en leefstijl. Als ik op deze manier patiënten zou behandelen, bestaan veel aandoeningen niet. Die zouden buiten het gemiddelde vallen.”
Weerbaarheid verhogen
Kunnen we daarmee de weerbaarheid van de bevolking verhogen? “We weten allemaal dat een gezonde leefstijl effect heeft”, zegt Verheesen. “Als je je houdt aan dagelijks 250 gram groenten en 200 gram fruit, niet rookt en drinkt, en zo weinig mogelijk bewerkt voedsel eet, dan kom je al een heel eind. Je hoeft geen dokter te zijn om dat advies te geven.” De grootste kracht van voeding is het voorkomen van problemen, zegt Verheesen. “Door vitamine C kun je scheurbuik en tandverlies voorkomen. Maar als iemand al tanden mist door een gebrek aan vitamine C, groeien die nooit meer terug.”
“Als je de werkzaamheid van vitamine D wil aantonen om reuma te voorkomen, ben je al gauw tien tot twintig jaar bezig om het verschil tussen twee populaties aan te tonen”
Oorzakelijk verband
Toch is die denkwijze lastig te implementeren in de geneeskunde, zegt Verheesen. De effecten van een andere voeding laten zich lastig meten. Zo zijn er in de reumatologie nog geen studies waaruit een oorzakelijk verband blijkt tussen reuma en voeding. “We weten dat de meeste geneesmiddelen werken binnen een paar dagen tot weken”, zegt Verheesen. “Bij voeding ligt dat anders. Als je de werkzaamheid van vitamine D wil aantonen om reuma te voorkomen, ben je al gauw tien tot twintig jaar bezig om het verschil tussen twee populaties aan te tonen.” Bovendien zijn veel reumatologische studies associatiestudies, zegt Verheesen. “Je ziet dat mensen met een hoog vitamine D een lagere kans hebben op het krijgen van reuma. Maar komt dat door vitamine D, of komt het doordat mensen met een hoog vitamine D vaker buiten komen, en beweging bescherming biedt?”
Gevarieerd supplement
Wat een arts volgens Verheesen kan doen, is vooral de patiënt helpen met voeding en leefstijl. Maar als dat niet lukt, kan suppletie zorgen voor voldoende inname van voedingsstoffen. “Idealiter geef je die supplementen dan zoals je je voeding eet: gevarieerd”, zegt Verheesen. Daar zit een denkwijze achter; ons lichaam is gewend aan continue prikkels door wisselende bouwstenen aan te bieden. Door elke dag dezelfde dosering te geven, zegt Verheesen, dwing je het lichaam een bepaalde richting op, terwijl het juist in een variabele balans moet blijven. Hij ontwikkelde daarom zelf een voedingssupplement dat aan die eis voldoet. Het bestaat uit zeven soorten gekleurde pillen in een maandverpakking. “Het is heel simpel: je schudt een pil uit de verpakking, en degene die op je hand valt neem je in. Daarmee heb je continu variatie in je inname.”
“Idealiter neem je supplementen zoals je je voeding eet: gevarieerd”
Verleiden
Toch is er meer nodig dan een goed gesprek in de spreekkamer en een afdoende voedingssupplement. “Miljoenen Nederlanders met een laag besteedbaar inkomen maken dagelijks ongezonde keuzes”, zegt Verheesen. “Als ze kunnen kiezen tussen een pizza voor 1 euro of een doosje aardbeien voor 3 euro, dan kiezen ze de pizza. Met een minimumloon kan je niet twee keer per week vis eten.” De overheid moet volgens hem daarom een rol spelen in het aanreiken van gezondere alternatieven. “Zij moeten mensen meer verleiden tot het maken van de juiste keus en gelijke toegankelijkheid van gezonde voeding voor iedereen. Daar krijgen we op de lange termijn een sterkere maatschappij van.”
“Met een minimumloon kan je niet twee keer per week vis eten”
Meer invloed uitoefenen
Maar waar collega’s volgens Verheesen echt het verschil kunnen maken, is met hun overwicht als arts. “Als het om gezondheid gaat, zien we dokters nog steeds als degenen die de meeste invloed kunnen uitoefenen. Ik denk dat wij die kracht beter kunnen benutten.” Verheesen is van mening dat artsen zich harder moeten laten horen in het discours over de ongezonde leefstijl die veel mensen hebben. “We hebben de verantwoordelijkheid om de overheid te laten weten dat dit de route naar de afgrond is. Geen molens meer, maar weer meer dijken bouwen.”