DOQ

Dé eczeem-patiënt bestaat niet

Onderzoekers het UMC Utrecht hebben op basis van biomarkeronderzoek in patiënten met eczeem vier verschillende typen patiënten geïdentificeerd. Deze resultaten laten zien dat eczeem niet één ziekte is maar een aandoening is met een diverse biologische achtergrond. Het onderzoek is deze week gepubliceerd in de Journal of Allergy and Clinical Immunology.

In het serum van 193 volwassenen met een matige tot ernstige vorm van constitutioneel eczeem (en in 30 gezonde controles) werden 147 biomarkers, totaal IgE en 130 allergeen-specifieke IgE’s gemeten. Hieruit bleek dat in het serum van patiënten met eczeem een duidelijke bewijs was voor de aanwezigheid van ontsteking. Op basis van het onderzoek werden er vier specifieke clusters van patiënten geïdentificeerd.

Dermatoloog dr. DirkJan Hijnen, hoofdonderzoeker van de studie: “De vier clusters die wij hebben gevonden bij eczeem-patiënten representeren onderliggende endotypes met unieke biologische kenmerken én geven een inzicht in de pathogenese van de ziekte. Wanneer onze resultaten worden bevestigd in een prospectieve studie, kan deze ontdekking bijdragen aan een behandeling op maat van eczeem.”

Bruikbaar in de kliniek

Eczeem wordt vaak behandeld met basiszalven, lichttherapie en ontstekingsremmers. Een medicamenteuze behandeling op maat van eczeem met de biological dipilumab is in maart 2017 goedgekeurd in de Verenigde Staten en ook in Europa loopt een registratietraject. Het middel werkt goed bij het grootste deel van de eczeem-patiënten, maar bij een kleiner deel heeft het nauwelijks of geen effect. “Het is teleurstellend wanneer een innovatief medicijn bij een deel van de eczeempatiënten niet werkt,“ zegt Bernd Arents van de patiëntenvereniging VMCE. “Daarom is dit onderzoek van groot belang. Bovendien is er mogelijk niet één vorm van eczeem, maar misschien wel vier. Ik vind dat nogal baanbrekend.” Volgens de onderzoekers kan de identificatie van specifieke patiëntengroepen op basis van biomarkers bijdragen aan het beter selecteren van patiënten die goed zullen reageren op dit nieuwe middel. Hierdoor komt een behandeling op maat binnen bereik tegen lagere kosten.

Zo’n 400 duizend eczeem-patiënten

Constitutioneel eczeem (ook atopische dermatitis genoemd) is een veel voorkomende jeukende ontsteking van de huid. De afwijking begint meestal in de eerste levensjaren en verdwijnt vaak weer na de puberteit. Het is een ziekte waarvoor een aangeboren ‘aanleg’ bestaat en die geassocieerd is met astma en hooikoorts. In Nederland hebben volgens het RIVM bijna 400.000 mensen constitutioneel eczeem met een kostenpost voor de gezondheidszorg van € 150 miljoen. Daarmee staat de aandoening op de vierde plaats in de top-10 van chronische aandoeningen. Bij kinderen is het na astma zelfs de belangrijkste chronische aandoening.

Eerste auteur van het artikel, Judith Thijs hoopt op 20 september in Utrecht te promoveren op dit onderzoek.

Publicatie:
Thijs JL, Strickland I, Bruijnzeel-Koomen CAFM, Nierkens S, Giovannone B, Csomor E, Sellman BR, Mustelin T, Sleeman MA, Bruin de-Weller MS, Herath A, Drylewicz J, May RD, Hijnen D. Moving towards endotypes in atopic dermatitis: identification of patient clusters based on serum biomarkers. Journal of Allergy and Clinical Immunology 2017;140:730-737

 

Bron: UMC Utrecht

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Hoe dramaseries artsen kunnen helpen bij morele keuzes

Drie afleveringen van House M.D. of Dexter op een avond kijken, puur voor de ontspanning? Voor zorgprofessionals kan het ook leerzaam zijn. Mediawetenschapper Merel van Ommen onderzocht hoe dramaseries artsen kunnen helpen om beter om te gaan met moreel ingewikkelde situaties.

Onderliggend denkpatroon stuurt voorschrijver bij keuze voor geneesmiddel

Het voorschrijven van geneesmiddelen is een afweging tussen richtlijnen, ervaring en patiëntkenmerken. Indeling in vier voorschrijversprofielen geeft inzicht in de eigen afwegingen. “En het helpt te begrijpen waarom een collega een andere beslissing neemt.”

‘Medicatiebeleid in de laatste levensfase kan beter’

6 op de 10 patiënten in de palliatieve fase krijgt door de huisarts medicatie voorgeschreven die niet langer passend is. Dat blijkt uit een onlangs verschenen factsheet van Nivel en PZNL. “We moeten voorschrijfgewoonten kritisch onder de loep nemen”, zegt Yvonne de Man, senior onderzoeker bij Nivel.

Casus: vrouw met pijnlijke oorschelp

Een 55-jarige vrouw heeft een hoed in haar hand als ze uw spreekkamer binnenkomt. Sinds een maand heeft zij ’s nachts last van pijn aan het linkeroor. Op de oorrand ziet u een nodulus die bij druk zeer pijnlijk is. Wat is uw diagnose?

‘Live well, die well’: rol van vrijwilligers in de laatste levensfase

Vrijwilligers aan het sterfbed in het ziekenhuis maken een groot verschil, stelt Anne Goossensen. Ze luisteren, troosten en verlichten de werkdruk van zorgverleners. “Ze bieden een luisterend oor en zijn aanwezig, zonder haast of medische agenda.”

Waarom melden vrouwen vaker bijwerkingen van medicijnen?

Vrouwen blijken vaker bijwerkingen van medicijnen te melden dan mannen. Onderzoeker Sieta de Vries van het UMC Groningen probeert te achterhalen hoe dit komt. En dat blijkt complexer dan het lijkt.

Gezondheid van mens, dier en natuur horen bij elkaar

Voorheen circuleerden het westnijl- en het usutuvirus alleen in Zuid-Europa. Maar inmiddels komen ze ook voor in Nederlandse vogels en muggen. Viroloog Marion Koopmans ziet daarin een duidelijke les: “De gezondheid van mensen kun je niet los zien van die van dieren en ecosystemen.”

Casus: hoestende man met koorts en dyspneu

Een 31-jarige Poolse man die vanwege de ziekte van Crohn wordt behandeld met infliximab bezoekt de SEH, omdat hij al twee weken hoest en benauwd is. Ook heeft hij koorts. Een antibioticumkuur van de huisarts heeft geen effect gehad. Wat is uw diagnose?

Casus: man met huidafwijking op de rug

Een 69-jarige man komt op uw spreekuur om een verruca seborrhoica in het gelaat te laten controleren. Bij algehele inspectie ziet u ook een huidafwijking op de rug. Wat is uw diagnose?

´Voorkom medicijn­resten, begin bij je eigen voorschrijven´

Minder diclofenac, lagere hormoondoses, terughoudend met azitromycine - zo kunnen zorgverleners volgens een recent rapport van het IVM bijdragen aan schoner water. “Aan de overwegingen die artsen maken bij voorschrijven zou ook duurzaamheid moeten worden toegevoegd.”