DOQ

Educatie voor ontslag uit ziekenhuis maakt stoma­patiënten veel zelfstandiger

Veel mensen die een stoma krijgen, zijn voor de verzorging daarvan afhankelijk van thuiszorg. De zelfstandigheid van stomapatiënten neemt fors toe als ze voorafgaand aan het ontslag uit het ziekenhuis een educatieve training krijgen, toont chirurg i.o. Tina van Loon aan.

Jaarlijks krijgen in Nederland ongeveer 7000 mensen een (tijdelijk) stoma, onder andere bij een spoedoperatie bij gecompliceerde diverticulitis of een operatie wegens dikkedarmkanker. “Toen ik acht jaar geleden als ANIOS chirurgie in het Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis kwam werken, viel het me op dat er relatief veel mensen met een stoma in het ziekenhuis bleven liggen in afwachting van thuiszorg. Ze waren niet in staat zelf hun stoma te verzorgen. Ook viel het me op dat er veel heropnames waren van mensen met een dunnedarmstoma, met name vanwege uitdroging.”

Links: Stefan Clermonts (paranimf) Midden: promovenda/chirurg i.o. Tina van Loon Rechts: Michelle van Loon (paranimf)

Standaard stoma

Dat moet toch anders kunnen, meende Van Loon, waarna zij zich verder in het onderwerp ging verdiepen. Het leidde uiteindelijk tot het proefschrift waarop zij afgelopen februari aan de Universiteit van Maastricht promoveerde. Hierin roept zij allereerst op kritischer te kijken naar de noodzaak van het aanleggen van een al dan niet tijdelijk stoma. “In Nederland kan een stoma ‘standaard’ worden aangelegd omdat dit nu eenmaal zo is afgesproken in het betreffende ziekenhuis. Bijvoorbeeld een tijdelijk stoma bij mensen bij wie wegens endeldarmkanker een stuk endeldarm wordt verwijderd. Of een stoma bij oudere mensen op grond van het idee dat een eventueel optredend lek in de anastomose, de aanhechting tussen de darmdelen, bij hen zal leiden tot fatale complicaties.”

“Hoge leeftijd vormt geen valide argument om standaard te kiezen voor een stoma”

Kritisch kijken

Uit de retrospectieve analyse die Van Loon uitvoerde op basis van gegevens van patiënten die tussen 2012 en 2019 in het Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis waren geopereerd wegens endeldarmkanker, concludeerde zij echter dat het wel of niet aanleggen van een stoma geen invloed had op de postoperatieve resultaten. “Er was geen verschil in opnameduur, verblijf op de IC, of postoperatieve complicaties. In de analyse van landelijke data van mensen boven de 75 jaar, was de driejaars-overleving van patiënten met een stoma na de darmoperatie juist korter dan zonder stoma.” Op grond hiervan stelt Van Loon dat het zinvol is kritischer te kijken naar het besluit een stoma aan te leggen. “Hoge leeftijd vormt in ieder geval geen valide argument om standaard te kiezen voor een stoma.”

“Het is eigenlijk net zoals iemand die de diagnose diabetes krijgt anders moet gaan leven en eten”

Aanpassing leefstijl

Het tweede onderwerp waarop Van Loon zich in haar onderzoek richtte was het verbeteren van de stomazorg. “Het is belangrijk dat betrokken zorgverleners en patiënten zich bewust zijn van het feit dat een stoma een aanpassing van leefstijl en eetgewoontes vereist. Eigenlijk net zoals iemand die de diagnose diabetes krijgt anders moet gaan leven en eten. Het hebben van een stoma heeft grote gevolgen voor de vochthuishouding en voor de manier waarop je een tekort aan vocht moet tegengaan.”

Vier dagen voorlichting

Zoekend naar manieren om de stomazorg te verbeteren, stuitte Van Loon op de werkwijze van het Beth Israel Deaconess Medical Center in Boston. “Veel patiënten die in dit ziekenhuis worden behandeld komen van ver weg en velen hebben geen toegang tot thuiszorg. Daarom is een protocol ontworpen dat erop gericht is dat de patiënt bij ontslag uit het ziekenhuis goed op de hoogte is van zijn nieuwe situatie, waaronder inzicht in de vochthuishouding, en zelfstandig stomazorg kan uitvoeren.” Op basis van dat protocol ontwierp Van Loon een protocol waarmee patiënten in vier dagen voorlichting krijgen over wat het hebben van een stoma betekent voor hun manier van leven, hoe zij hun stoma moeten verzorgen en hoe zij complicaties als uitdroging kunnen voorkomen.

“Het percentage patiënten dat dagelijkse thuiszorg nodig had daalde van 80 naar 50 procent”

Succesvol protocol

Toepassing van het protocol bleek succesvol. “Had voorheen 5 procent van onze patiënten bij ontslag geen thuiszorg nodig, nu was dat 27 procent. En de rest kon toe met minder thuiszorg dan in het verleden het geval was: het percentage patiënten dat dagelijkse thuiszorg nodig had daalde van 80 naar 50 procent. Bovendien hadden we bijna geen heropnames meer van patiënten wegens uitdroging. De patiënt herkent de symptomen nu op tijd en weet wat hij of zij dan moet doen.
In het Eindhovense Catharina Ziekenhuis, dat het protocol heeft overgenomen maar waar de patiënten door andere type darmoperaties gemiddeld iets langer in het ziekenhuis verblijven, kon zelfs bijna 70 procent van de patiënten zonder thuiszorg. Het ziekenhuis kreeg hier in 2019 de Zinnige Zorg Award voor.”

Tijd investeren

Het invoeren van deze nieuwe werkwijze gaat natuurlijk niet van de ene op de andere dag, weet Van Loon. “We hebben eerst veel tijd moeten investeren in het voorlichten en instrueren van de zorgverleners die de patiënten gaan voorlichten. De verpleegkundigen moeten er aan wennen dat de patiënt moet leren het zelf te doen. Dat kost aanvankelijk natuurlijk meer tijd dan wanneer de verpleegkundige de zorg uitvoert. De winst zit ‘m in de zelfstandigheid van de patiënten als zij weer thuis zijn, oftewel de veel lagere behoefte aan thuiszorg. Verzekeraar VGZ heeft berekend dat dit protocol – als het landelijk zou worden toegepast – jaarlijks ruim 12 miljoen euro aan zorgkosten kan besparen.”

Referentie: Proefschrift Tina van Loon

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”

‘‘Minder eten en meer bewegen’ is echt een misvatting’

Mensen met obesitas hebben vaak te maken met negatieve vooroordelen, ook in de zorg. Daardoor vermindert de kwaliteit van zorg, legt Paige Crompvoets uit. “Uit mijn onderzoek bleek dat mensen met obesitas soms belachelijk gemaakt worden door hun zorgverleners.”

Whispp biedt oplossing voor mensen met stem- en spraak­problemen

Joris Castermans ontwikkelde Whispp, een app die met behulp van AI fluister- en aangedane spraak kan omzetten in een heldere en natuurlijke stem. “Wie nog audio- of video-opnames heeft van de gezonde stem, kan met Whispp de eigen stem van vroeger creëren.”

Artsen voor Kinderen helpt kinderen met een chronische ziekte of beperking

Michel Weijerman van Stichting Artsen voor Kinderen vertelt over hun projecten voor betere zorg en welzijn voor kinderen met een chronische aandoening. “Zo’n 200 zorgprofessionals zijn op vrijwillige basis bij onze poli betrokken. Binnen 48 uur krijg je antwoord.”

Casus: patiënte met dagelijkse neusbloedingen

Een patiënte is de dagelijkse neusbloedingen rechts helemaal zat. Door het dichtknijpen van de neus gedurende 10 minuten stopt de bloeding wel steeds. Wat is uw diagnose?

‘Wees alert op opioïd­misbruik bij patiënten op SEH’

Opioïdgebruik komt bij SEH-patiënten vaker voor dan gemiddeld. Meer bewustzijn over misbruik van deze medicatie is nodig, aldus Joris Holkenborg. “Maar vergeleken met de VS doen we het in Nederland, mede dankzij apothekers en huisartsen, best wel goed.”

Voorkom een burn-out

Huisarts Nico Verhoef onderzocht waarom steeds meer artsen een burn-out krijgen, hoe dit te voorkomen, én geeft tips hoe je het werk leuk houdt voor jezelf. “Een middag per week maakte ik vrij voor kleine chirurgische ingrepen, omdat ik dat heel leuk vind om te doen.”

De zorgverlener als verwonderaar

Steeds meer resultaten wijzen uit dat een goed contact tussen de zorgverlener, het kind en de ouders, veel leed kan voorkomen. Piet Leroy zet zich in voor pijn- en traumavrije zorg bij kinderen. “Ik spreek nooit over lastige ouders, wel over kwetsbare ouders.”


0
Laat een reactie achterx