Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Een goed gesprek over de laatste levensfase loont
Gesprekken over wat bewoners in verzorgings- en verpleeghuizen nog willen of nodig hebben in hun laatste levensfase dragen bij aan kortere ziekenhuisopnames, zo blijkt uit een analyse van deze opnames. Ook leiden deze gesprekken tot een hogere kwaliteit van leven in de laatste levensfase, geven direct betrokken verpleegkundigen aan. Postdoc Anne Wichmann van het Radboudumc onderzocht waar deze gesprekken tussen patiënten en zorgverleners toe leidden.
Palliatieve zorg is zorg gericht op het verbeteren van de kwaliteit van leven van patiënten en hun naasten, die geconfronteerd worden met uitdagingen die samenhangen met een levensbedreigende ziekte, of dat nu fysiek, psychologisch, sociaal of spiritueel is. Het aantal bewoners in instellingen voor langdurige zorg dat hier behoefte aan heeft, stijgt in de westerse wereld. Dit brengt hogere kosten voor palliatieve zorg met zich mee, én roept de vraag op welke vormen van palliatieve zorg werken. Een van de mogelijke vormen (interventies) is PACE (Palliative Care for Older People), opgezet door de Europese Unie.

Onderzoeker Anne Wichmann bekeek de kosteneffectiviteit van dit eenjarige zorgprogramma. PACE is gericht op het integreren van palliatieve zorg in de dagelijkse werkzaamheden in verpleeg- en verzorgingstehuizen. 78 instellingen uit zeven Europese landen deden mee, waarvan de helft de interventie kreeg en de andere helft de controlegroep was. Zorgpersoneel werd getraind om met bewoners gesprekken te voeren over hun wensen en behoeften in hun laatste levensfase: advance care planning.
Kortere tijd in het ziekenhuis
Een opvallende uitkomst van de studie van Wichmann betreft de tijd dat mensen in het ziekenhuis lagen, in het geval ze daar in de laatste maand van hun leven terechtkwamen. Het bleek dat de mensen die door gesprekken met getrainde zorgverleners goed voorbereid waren op hun laatste levensfase gemiddeld drie dagen korter in het ziekenhuis lagen dan mensen met wie deze gesprekken niet gevoerd waren. Gevolg van het invoeren van deze vorm van palliatieve zorg is een significante kostendaling door kortere ziekenhuisopnamen.
Hogere kwaliteit van leven
Bovendien blijft de kwaliteit van leven minimaal behouden, zo bleek uit een publicatie in BMC Medicine in september. Deze studie laat zien dat de kwaliteit van leven van de mensen met wie gesprekken gevoerd waren, als beter werd beoordeeld door directe zorgverleners. Dit werd duidelijk aan de hand van de Quality of Dying in Long Term Care-vragenlijst, waarbij aandacht is voor de onderwerpen preparatory tasks (het vastleggen van wensen et cetera), personhood (de waardigheid van de patiënt) en closure (afsluiten van het leven).
Wichmann: “Dat was vermoedelijk omdat de gesprekken met deze mensen al gevoerd waren in het verpleeghuis. Ze hadden, vaak samen met hun naasten, gesproken met getrainde zorgverleners over hoe zij hun laatste levensfase voor zich zagen, wat voor hen belangrijk was. Uit de vragenlijst, die werd ingevuld door de meest betrokken verpleegkundige, komt naar voren dat mensen hun leven zo op een goede manier hebben kunnen afsluiten. Ze waren erop voorbereid.”
Wichmann is als gezondheidswetenschapper en medisch ethicus verbonden aan IQ Healthcare.