DOQ

Geen antibiotica nodig vanwege risico op bacteriële superinfectie bij COVID-19

Minder dan een kwart van de patiënten met SARS-CoV-2-pneumonie die mechanisch beademd moeten worden, heeft ten tijde van de intubatie een bacteriële superinfectie. Bij 44% van de patiënten ontstond een bacteriële beademing-gerelateerde pneumonie. Die kon niet nauwkeurig vastgesteld worden zonder een microbiologische analyse van de BAL-vloeistof. Deze resultaten van de NU COVID-studie verschenen in het blue journal.

Het is onduidelijk wat de invloed is van een bacteriële superinfectie op de uitkomsten van een SARS-CoV-2-gerelateerde pneumonie. Autopsiestudies van patiënten met pneumonie die waren veroorzaakt door andere virale pathogenen, onder andere influenza, wijzen erop dat door een bacteriële pneumonie het overlijdensrisico aanzienlijk toeneemt.

Bacteriële superinfectie bij COVID-19

In autopsiestudies van patiënten met ernstige SARS-CoV-2-pneumonie was bij minstens 32% sprake geweest van een bacteriële superinfectie. Daarentegen rapporteerden klinische studies naar immunosuppressieve therapieën voor de behandeling van SARS-CoV-2-pneumonie niet de percentages aan de beademing gerelateerde pneumonieën (ventilator-associated pneumonias, VAP’s) of ze rapporteren onverwacht lage percentages.
Zo werd in de recente REMAP-CAP-studie naar de anti-IL-6-receptorantilichamen tocilizumab en sarilumab slechts één geval van een secundaire bacteriële infectie vastgesteld bij 803 patiënten (0,1%), ook al had 29,4% een invasieve mechanische beademing nodig. Het hoogste percentage ernstige infecties in andere studies naar de IL-6-receptorantagonisten was 25,9%.

Empirisch antibiotica

De tekenen, symptomen en laboratoriumafwijkingen bij patiënten met een SARS-CoV-2- pneumonie zijn identiek aan die van bacteriële community-acquired pneumonie (CAP). Daarom krijgen de meeste patiënten met ernstige SARS-CoV-2-pneumonie een empirische behandeling met antibiotica, om onderbehandeling van bacteriële superinfecties te voorkomen. Dit advies staat in de huidige internationale richtlijnen, hoewel hiervoor weinig bewijs is.

Single-center studie uit Chicago

In deze observationele single-center studie uit Chicago zijn de prevalentie en etiologie van bacteriële superinfectie ten tijde van de initiële intubatie en deze parameters van de daaropvolgende bacteriële VAP vastgesteld bij patiënten met ernstige SARS-CoV-2-pneumonie.
Van alle 179 patiënten met SARS-CoV-2-pneumonie die mechanische beademing nodig hadden, werd via een broncho-alveolaire lavage (BAL) vloeistofmonsters afgenomen. De 386 verkregen BAL-monsters werden geanalyseerd met behulp van kwantitatieve kweken en een multiplex PCR-panel.
Bij 21% van de patiënten werd binnen 48 uur na de intubatie een bacteriële superinfectie vastgesteld. 72 patiënten (44,4%) ontwikkelden minstens één VAP-episode, wat neerkomt op een incidentie van 45,2 VAP-episodes per 1000 beademingsdagen. 15 (20,8%) initiële VAP’s werden veroorzaakt door moeilijk te behandelen pathogenen. De klinische criteria maakten geen onderscheid tussen patiënten met of zonder een bacteriële superinfectie. Van alle mechanisch beademde patiënten met SARS-CoV-2-pneumonie ontwikkelde 44% een VAP.
Het daadwerkelijke antibioticagebruik werd vergeleken met de door de richtlijn aanbevolen behandeling. De op de BAL gebaseerde behandeling ging gepaard met een significante afname van het antibioticagebruik in vergelijking met de aanbevelingen uit de richtlijnen.

Conclusies en implicaties

Van de patiënten met SARS-CoV-2-pneumonie blijkt ten tijde van de intubatie 21% een bacteriële superinfectie te hebben. In deze studie werd het starten van antibiotica gebaseerd op een nauwkeurige diagnose van deze bacteriële superinfectie. Dit beleid resulteerde in een significant kleiner aantal antibioticavoorschriften in vergelijking met de richtlijnadviezen.

Referentie: Pickens CO, Gao CA, Cuttica MJ, et al. Investigators. Bacterial Superinfection Pneumonia in Patients Mechanically Ventilated for COVID-19 Pneumonia. Am J Respir Crit Care Med. 2021;204:921-932. , https://www.atsjournals.org/doi/full/10.1164/rccm.202106-1354OC

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: vrouw met hevige diarree en kortademigheid

Een vrouw klaagt over hevige diarree en kortademigheid. Daarnaast voelt zij zich zwak en is zij 10 kg afgevallen in de laatste 3 maanden. Wat is uw diagnose?

Videoconsult vs. fysiek consult: waar zitten de verschillen?

Broer en zus Martijn Stommel en Wyke Stommel onderzochten de verschillen tussen video- en fysieke consulten. Dit kan helpen bij goede implementatie van videoconsulten. “Patiënten moeten soms lang reizen. Dat is belastend, het kost tijd en meestal moet iemand mee.”

Zeven Routes naar een veerkrachtig zorgsysteem

Ons zorgstelsel kan duurzamer en menselijker terwijl ook kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid geborgd zijn, meent Steven de Waal in zijn boek. “De zorginstelling verandert in een platform: minder managers en meer horizontaal management tussen zorgprofessionals.”

Wat als… jouw onderzoek plotseling is geasso­cieerd met de tabaks­industrie?

De farmaceut die het promotieonderzoek van Wytse van den Bosch financierde, werd plotseling overgenomen door een tabaksmultinational. Wat doe je dan als onderzoeker? “Door deze indirecte affiliatie ben je plotseling niet meer welkom op wetenschappelijke congressen.”

Meer rolmodel­len nodig in het medisch onderwijs

“De gezondheidszorg moet een afspiegeling zijn van de samenleving, dat is nu niet zo”, vindt Rashmi Kusurkar, hoogleraar inclusie en motivatie in medisch onderwijs. Er is behoefte aan meer inclusiviteit en diversiteit binnen het medisch onderwijs.

Zo deal je met de onzin van influencers in je spreekkamer

Patiënten vertrouwen influencers soms meer dan hun eigen arts. Jolanda van Boven en Annemie Galimont vertellen over hun ervaringen hiermee in de spreekkamer en hoe hiermee om te gaan. “Wees als arts alert dat je de patiënt goed voorlicht over de mogelijke gevolgen.”

‘Kunst kan de zorg transformeren’

Om de problemen van het overbelaste zorgsysteem het hoofd te bieden, moet kunst een structurele plaats krijgen, pleit Tineke Abma. “We willen duurzame programma’s van bewezen interventies vergoed door de zorgverzekeraar.”

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”


0
Laat een reactie achterx