Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Het duizelt menig oudere
De prevalentie van duizeligheid neemt toe met het klimmen der jaren. Bij veel ouderen is duizeligheid een belangrijke oorzaak van (onge)vallen. Het is daarom belangrijk bij ouderen actief te vragen naar het optreden van duizeligheid. Vooral ook omdat er in veel gevallen een goede behandeling voor handen is.
Het is waarschijnlijk niemand ontgaan, sinds half augustus telt Nederland officieel meer dan 18 miljoen inwoners. Sinds het vorige ijkpunt, 17 miljoen in 2016, is de Nederlandse bevolking niet alleen in omvang toegenomen maar ook ouder geworden. Het aantal 65-plussers is gestegen van 3,09 miljoen in 2016 naar 3,68 miljoen nu, oftewel van 18,1% naar 20,4% van de gehele bevolking. Dat betekent ook een stijging van het aantal mensen met ‘ouderdomskwalen’.
Ook duizeligheid is een kwaal waarvan de prevalentie toeneemt bij het stijgen der jaren. “Van alle 65-plussers ervaart 30% enige vorm van duizeligheid, dit percentage neemt toe tot 50% bij 85-plussers”, stelt KNO-arts Tjasse Bruintjes, bijzonder hoogleraar KNO-heelkunde aan de Universiteit Leiden. “Duizeligheid is dan ook een veel voorkomende reden om te verwijzen naar de afdeling neurologie of KNO. Daarnaast bezoekt ongeveer 10% van de ouderen minimaal eenmaal per jaar de huisarts in verband met duizeligheid. Hoeveel ouderen met duizeligheid niet naar een dokter stappen is uiteraard niet bekend.”
“Duizeligheid kan leiden tot een ernstige aantasting van de kwaliteit van leven. Zelfs zonder vallen”
KNO-arts Tjasse Bruintjes
Aantasting kwaliteit van leven
Wel is bekend dat duizeligheid bij ouderen een belangrijke oorzaak is van (onge)vallen. Met alle persoonlijke leed en hoge medische kosten van dien. “Ook de duizeligheid zelf wordt door veel ouderen als vervelend ervaren”, weet Bruintjes die ook werkzaam is in het Gelre Ziekenhuis waar hij begin van deze eeuw het Apeldoorns Duizeligheidscentrum opzette. “Uit diverse studies is gebleken dat duizeligheid kan leiden tot een ernstige aantasting van de kwaliteit van leven. Zelfs zonder vallen. Als je duizelig bent, heb je geen controle over je lijf. Dat is niet prettig.” Het goede nieuws is dat bij een aanzienlijk deel van de ouderen een oorzaak van de duizeligheid gevonden kan worden en dat die oorzaak ook nog eens in veel gevallen behandelbaar is. De recent bijgewerkte multidisciplinaire richtlijn ‘Duizeligheid bij ouderen’ richt zich op de diagnostiek en behandeling van de drie meest voorkomende oorzaken van duizeligheid bij ouderen.
“De meest voorkomende oorzaak van duizeligheid bij ouderen is BPPD”
Calciumkristallen
Bruintjes: “De meest voorkomende oorzaak van duizeligheid bij ouderen is benigne paroxysmale positieduizeligheid, kortweg BPPD. BPPD ontstaat doordat calciumkristallen in een deel van het binnenoor zijn losgeraakt en in de halfcirkelvormige kanalen zijn terechtgekomen. Dat leidt tot duizeligheid bij het bewegen van het hoofd. Bij het ouder worden stijgt de kans op het losraken van de calciumkristallen en dus de kans op BPPD. Volgens schattingen heeft ruim een kwart van alle ouderen met duizeligheid BPPD.” Het mooie daarbij is dat BPPD heel goed en vrij eenvoudig is te behandelen met een zogeheten repositiemanoeuvre. “Door het lichaam in bepaalde posities te draaien komen de kristallen weer op de juiste plaats terecht. Het succespercentage van deze behandeling is 90%. Wel kan later opnieuw BPPD ontstaan maar dat is dan opnieuw en op dezelfde manier goed te behandelen.”
Gemakkelijk te diagnosticeren
Twee andere veelvoorkomende – en behandelbare – oorzaken van duizeligheid bij ouderen zijn respectievelijk orthostatische hypotensie en presbyvestibulopathie. Bij het laatstgenoemde, ook wel ouderdomsevenwichtsuitval geheten, functioneert het evenwichtsorgaan minder goed. Dat leidt tot balansproblemen en duizeligheid. “We kunnen deze aandoening tegenwoordig vrij gemakkelijk diagnosticeren door te testen of het oog op een bepaald punt blijft fixeren terwijl het hoofd wordt gedraaid, de head impulse test.
Het is weliswaar nog niet mogelijk de functie van het evenwichtsorgaan te herstellen maar met balans- en spieroefeningen is de balans wel te verbeteren en daarmee de kans op duizeligheid en vallen te verkleinen.” Orthostatische hypotensie, duizeligheid bij het opstaan of lang stilstaan, kan onder andere optreden bij gebruikers van antihypertensiva. “Ook dit is gemakkelijk te diagnosticeren. De behandeling bestaat uit leefregels, zoals voorzichtig opstaan en voldoende drinken, en het kritisch evalueren en waar mogelijk aanpassen van de medicatie en/of tijdstip van medicatie-inname.”
“In veel gevallen is de duizeligheid goed te behandelen of op zijn minst te verminderen”
Herziene richtlijn
Het is belangrijk in de praktijk meer en actief aandacht te besteden aan duizeligheid bij ouderen, vindt Bruintjes. “Het idee overheerst nog, zowel bij de ouderen zelf als bij veel zorgverleners, dat duizeligheid op oudere leeftijd ‘erbij hoort’. De herziene richtlijn heeft mede ten doel zorgverleners, ook die buiten de neurologie en KNO, erop te wijzen dat duizeligheid weliswaar veel voorkomt bij ouderen maar er niet bij hoeft te horen. In veel gevallen is de duizeligheid goed te behandelen of op zijn minst te verminderen.
De richtlijn spoort zorgverleners daarom aan bij ouderen duizeligheid actief uit te vragen en met gerichte diagnostiek op zoek te gaan naar een mogelijke oorzaak. Ook als de ouderen niet zelf aangeven last te hebben van duizeligheid. In een onderzoek in Apeldoorn diagnosticeerden we BPPD bij een op de vijf mensen die voor een consult bij de valpoli kwamen. Een deel van hen had zelf duizeligheid niet als mogelijke oorzaak genoemd.”