DOQ

‘Het ziekenhuis kan ook zonder lachgas’

Een ziekenhuis kan prima zonder lachgas, vindt Niek Sperna Weiland, neuro-anesthesioloog en scientific director van het Centre for Sustainable Healthcare van Amsterdam UMC. “Op de OK is het in veel ziekenhuizen al niet meer beschikbaar. En wegens de grote impact van dit broeikasgas op het milieu moet ook op andere afdelingen over alternatieven worden nagedacht.”

Lachgas is een medicijn dat al sinds de 19e eeuw wordt gebruikt. Het heeft zowel een pijnstillend als een sederend effect. Hoewel beide effecten te zwak zijn om iemand volledig mee in slaap te brengen, werd lachgas vanwege de veiligheid en het lage risico op overdosering toch een populair middel in de zorg.

“Het broeikaseffect van lachgas is 300 keer sterker dan dat van CO₂”

Neuro-anesthesioloog Niek Sperna Weiland

Toepassingen

“Op de operatiekamer wordt het gebruikt in combinatie met andere anesthetica en pijnstillers”, legt Niek Sperna Weiland uit. “Op andere afdelingen, bijvoorbeeld op de SEH, doet lachgas dienst bij kortdurende pijnlijke ingrepen zoals het plaatsen van een infuusnaald bij kinderen of het zetten van botbreuken. In sommige landen wordt lachgas ook veel gebruikt bij bevallingen. Dat is een trend die ook in Nederland in opkomst is. Vrouwen inhaleren hierbij zelf lachgas via een mondstuk, wat zorgt voor enige pijnverlichting.”

Voordelen van lachgas

“Lachgas biedt enkele voordelen ten opzichte van andere anesthetica”, legt Sperna Weiland uit. “Waar middelen zoals propofol, bekend van de overdosis van Michael Jackson, potentieel gevaarlijke bijwerkingen hebben, is lachgas eigenlijk heel veilig. De werking is niet sterk en het is bovendien snel uitgewerkt zodra de toediening stopt. Dit zorgt ervoor dat het niet alleen op de OK, maar ook door andere zorgverleners dan een anesthesioloog mag worden toegediend. Ook verpleegkundigen en verloskundigen mogen lachgas geven bijvoorbeeld.”

Duurzaamheid van lachgas

“Lachgas heeft echter zeker niet alleen maar voordelen”, zegt Sperna Weiland. “Er zijn bijwerkingen zoals misselijkheid en braken, maar misschien wel het belangrijkste nadeel: lachgas is een sterk broeikasgas.”

“Na CO₂ en methaan is dit het derde belangrijkste broeikasgas in onze atmosfeer. Bovendien is het broeikaseffect van lachgas 300 keer sterker dan dat van CO₂ en het blijft tot wel 115 jaar in de atmosfeer aanwezig. Ter vergelijking: andere narcosemiddelen blijven tussen 2 en 20 jaar in de lucht. Daarnaast draagt ook lachgas bij aan de afbraak van de ozonlaag. Allemaal redenen waarom we ons zorgen maken over het milieuaspect van dit medicijn.”

“Als het aan mij ligt kan lachgas op OK’s helemaal weggelaten worden”

Gebruik van lachgas in Nederland verder terugdringen

“Hoewel het gebruik van lachgas vroeger veel hoger was dan nu, denken we dat er nog een grote verbeterslag te maken is in het bewust en op de juiste manier gebruiken van dit middel”, zegt Sperna Weiland. “In de jaren 90 ontstonden er zorgen over mogelijke aangeboren afwijkingen bij kinderen van zorgverleners die werkten met lachgas. En hoewel dit effect nooit bewezen is, is het gebruik van lachgas op operatiekamers hierdoor al sterk afgenomen. In veel ziekenhuizen is het gas al niet meer beschikbaar op de OK. Onderzoek wijst uit dat de uitkomsten voor patiënten hierdoor niet beter, maar ook niet slechter zijn.”

Lachgas buiten de OK

De Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA) zet zich in om richtlijnen te maken om lachgas alleen in noodzakelijke situaties toe te passen en het gebruik ervan ook buiten de OK terug te dringen. “Daarvoor zijn we nu samen met onder andere anesthesiologen, SEH-artsen en verloskundigen aan het kijken hoe het anders kan”, vertelt Sperna Weiland.

“Als het aan mij ligt kan lachgas op OK’s helemaal weggelaten worden. Verschillende ziekenhuizen en de literatuur leveren al het bewijs dat dit veilig kan. Voor de andere afdelingen denk ik persoonlijk dat ook hier andere pijnstilling voorhanden is om kortdurend comfort te geven. Vaak met betere pijnstillende effecten en minder nadelige milieueffecten.”

“Niet-gasvormige alternatieven zijn niet alleen milieuvriendelijker, ze werken vaak ook beter”

Alternatieven voor lachgas

“Voor bevallingen zijn er bijvoorbeeld alternatieven zoals de ruggenprik. Die is niet alleen een stuk effectiever als het gaat om pijnstilling en milieubelastend”, legt Sperna Weiland uit. “Onderzoek toont ook aan dat een ruggenprik minder bijwerkingen geeft dan lachgas. Remifentanil-pompjes bieden ook een veilige vorm van pijnstilling, met minder bijwerkingen en lagere CO2-uitstoot.”
“Het gebruik van lachgas bij korte, pijnlijke ingrepen op de spoedeisende hulp, met name bij kinderen, moet wat mij betreft zorgvuldig worden geëvalueerd. Er is namelijk maar zwak bewijs dat lachgas daadwerkelijk bijdraagt aan het comfort van kinderen, mede doordat het kapje tegen de mond als ongemakkelijk wordt ervaren.”

Campagne en Onderzoek

“Binnenkort komt de NVA met een campagne om het gebruik van gasvormige anesthetica op de OK terug te dringen”, vertelt Sperna Weiland. “In plaats daarvan zou meer gebruik gemaakt moeten worden van middelen via het infuus. Uit een onderzoek blijkt namelijk dat het stoppen van het gebruik van gasvormige middelen qua kosten niets uitmaakt, maar wel aanzienlijke milieuwinst oplevert.”

Referenties:
1. Kampman, J.M., Plasmans, K.Y.Q., et al. Influence of nitrous oxide added to general anaesthesia on postoperative mortality and morbidity: a systematic review and meta-analysis. British Journal of Anaesthesia, 11 maart 2024.
2. Pearson, F., Sheridan, N. & Pierce, J.M.T., Estimate of the total carbon footprint and component carbon sources of different modes of labour analgesia. Anaesthesia, 2022, 77: 486-488.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

‘Zorg dat de digitale weg niet de enige ingang naar de maatschap­pij wordt’

Steeds vaker gaat zorg via de digitale weg. Nicole Goedhart onderzoekt de toegankelijkheid van de (online) samenleving en geeft tips hoe de zorgverlener de zorg toegankelijk voor iedereen houdt. “Een afstand tot de online wereld kan gezondheidsverschillen vergroten.”

Protocol brengt veelbelovende ‘orphan drugs’ sneller bij patiënt

Behandelaren en zorgverzekeraars slaan de handen ineen om geneesmiddelen tegen zeldzame ziekten sneller beschikbaar te krijgen, vertelt Niels Reijnhout. “Met het ODAP krijgen patiënten zo snel mogelijk na goedkeuring door het EMA al toegang tot het middel.”

Reanimatie bespreken? Alleen als het past

Artsen vragen op de spoedeisende hulp vaak routinematig naar reanimatievoorkeuren, maar volgens Yvo Smulders is het tijd om deze standaardpraktijk eens kritisch te bekijken. “Het is helemaal niet vanzelfsprekend dat je die vraag zomaar stelt bij een routine-opname.”

Casus: man met klachten na penisvergroting

Een 38-jarige patiënt is net een week terug uit Turkije, waar hij in een kliniek een penisvergroting heeft ondergaan. Hij kan u niet precies vertellen wat er gebeurd is en klaagt vooral over pijn, roodheid en zwelling van de penis. Wat is uw diagnose?

‘Bevolkings­onderzoek sluit onvoldoende aan bij mensen met verstande­lijke beperking’

Mensen met een verstandelijke beperking nemen veel minder vaak deel aan bevolkingsonderzoeken naar kanker dan de algemene bevolking, vertelt Amina Banda. Ook krijgen zij minder vaak vervolgonderzoek. “Deze groep kan allerlei barrières voor deelname ervaren.”

Vertragen, verdragen en verbinden in moeilijke gesprekken

In de palliatieve zorg spelen niet alleen emoties bij de patiënt een rol, maar ook bij de zorgverlener. Machteld Muller legt uit hoe zelfinzicht helpt bij verbinding met je patiënt. “Herkennen van je eigen ‘rode knoppen’ helpt om uit vervelende dynamieken te blijven.”

Hoe je medische misinformatie als zorgverlener kunt aanpakken

Waarom geloven mensen dat zonnebrandcrème gevaarlijk is, of wantrouwen ze bewezen interventies zoals vaccins? Tom van Bommel vertelt over de mechanismen achter zulke overtuigingen. “Technieken waarmee misinformatie zich verspreidt, kunnen óók ten goede worden ingezet.”

Casus: patiënte met dyspnoe naar de EHH

Een oudere obese vrouw presenteert zich op de Eerste Hart Hulp vanwege dyspnoe. Die begon twee weken geleden en was aanvankelijk inspanningsgebonden, nu ook bij platliggen. Ze plast nog maar kleine beetjes sinds drie dagen. Wat is uw diagnose?

Casus: patiënt met progressieve inspanningsdyspneu

Een patiënt presenteert zich met progressieve inspanningsdyspneu. Voorheen was hij in staat om zonder klachten te tennissen, nu ervaart hij kortademigheid bij stevig doorwandelen. Er is geen sprake van hoesten, sputumproductie of koorts. Wat is uw diagnose?

Uitgebreid bloedonderzoek met één simpele vingerprik

Capillaire bloedafname via een vingerprik blijkt bij meer dan 30 standaardbepalingen een goed alternatief voor venapunctie, concludeerde Martijn Doeleman. “Patiënten kunnen zelf de vingerprik doen. Gewoon thuis, wanneer het hen uitkomt.”