Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Hoe de hoofd-hart-hormonen-connectie tot ernstige hartklachten leidt
Het was een eyeopener voor cardioloog Janneke Wittekoek: de relatie tussen hormonale stemmingswisselingen, hartklachten en ADHD bij vrouwen. Toen het besef er was, pakte ze meteen door. Inmiddels is de stichting Hoofd-Hart-Hormonen (H3) Netwerk een feit en staan er de nodige activiteiten gepland. “We moeten deze zorg samen van de grond krijgen.”
Hartkloppingen, angina pectoris, slecht slapen en concentratieproblemen. Regelmatig ziet cardioloog Janneke Wittekoek vrouwen in de overgang op het spreekuur met deze klachten. “Vaak zijn ze de wanhoop nabij: soms gaat werken niet meer en voelen ze zich depressief. Dan is alleen de cardiale klachten behandelen symptoombestrijding: je hebt een geïntegreerde aanpak nodig met ook aandacht voor de hormonale balans en de psychiatrische of psychologische problematiek. Daarom hebben we het H3-netwerk opgericht, dat staat voor Hoofd-Hart-Hormonen.”
“Cardiologie, psychiatrie en gynaecologie bleken enorm veel raakvlakken met elkaar te hebben. We zagen dezelfde vrouwen.”
Cardioloog Janneke Wittekoek
Late diagnose
De link legde Wittekoek twee jaar geleden op een congres waar ze was uitgenodigd als spreker om te vertellen hoe ze onbegrepen hartklachten bij vrouwen op de kaart had gezet. “Daar ontmoette ik psychiater Sandra Kooij. Zij vertelde over de relatie tussen ADHD en hormonen. ADHD wordt vaker gemist bij vrouwen. Soms komt de diagnose pas laat: bijvoorbeeld omdat tijdens de overgang het oestrogeen afneemt. Oestrogeen versterkt de functie van dopamine op stemming en cognitie, en bij ADHD is de dopaminespiegel al laag. Neemt het oestrogeen dan af, dan nemen de klachten verder toe. Met name de slapeloosheid die ontstaat, is vaak de druppel voor bijvoorbeeld depressie of cardiale klachten.”
Veel raakvlakken
Voor Wittekoek viel daarmee ineens veel op zijn plek. “Waar Sandra deze vrouwen zag voor de diagnose ADHD, ADD of bipolariteit, zag ik deze vrouwen in mijn spreekkamer vaak voor ‘stressinfarcten’. Dit zijn infarcten die niet ontstaan door de bekende risicofactoren als roken of artherosclerose, maar door verkramping van de bloedvaten door stress. Aanvankelijk dacht ik dat het alleen de stress was, of dat de klachten nu eenmaal bij de overgang hoorden. Maar toen ik verder vroeg, bleek dat deze vrouwen vaak al langer pijn op de borst hadden en dat ze bovengemiddeld vaak al tijdens premenstruele en postnatale perioden gevoelig waren voor hormonale stemmingsklachten. Daarvoor kwamen ze dan bij gynaecoloog Dorenda van Dijken op de poli. Die drie gebieden bleken enorm veel raakvlakken met elkaar te hebben. We zagen dezelfde vrouwen.”
“Er is een sterke relatie tussen vrouwen met ADHD, hormonale stemmingsklachten en cardiale klachten”
Hoge prevalentie
Een kleine studie bevestigde het vermoeden van de cardioloog. “Bij driehonderd opeenvolgende vrouwelijke patiënten in de HeartLife-kliniek deed ik een korte screener die aan de hand van vier vragen een indicatie geeft of iemand ADHD heeft, ontwikkeld door Sandra Kooij. De prevalentie was 35 procent! Een groot deel daarvan kreeg bij verwijzing naar Sandra ook daadwerkelijk de diagnose. Maar toen wisten we zeker dat er een sterke relatie is tussen vrouwen met ADHD, hormonale stemmingsklachten en cardiale klachten. Die hoofd-hart-hormonen-connectie was voor ons drieën de aanleiding om het H3-netwerk op te richten: om kortere lijnen te leggen tussen de zorgprofessionals die deze vrouwen behandelen, om meer bekendheid te geven en kennis op te bouwen.”
“Nu is het tijd om de zorg goed te organiseren zodat deze vrouwen niet meer naar drie verschillende loketten hoeven!”
Eén loket
Het platform is sinds maart in de lucht en al bijna niet meer weg te denken. “We hebben ondertussen meer dan 2.000 professionals in ons netwerk”, vertelt Janneke Wittekoek. “Ook voor ons eerste webinar in april ‘Optimale zorg voor “ingewikkelde” vrouwen’, trok veel belangstelling. De komende tijd gaan we meer interactieve webinars en nascholingen organiseren om expertise op te bouwen. Ook hoop ik dat de eerste regionale netwerken snel van start kunnen gaan. Met in de eerste week duizend aanmeldingen van vrouwen die zich herkenden in de ‘H3-klachten’ kunnen wij als oprichters namelijk niet iedereen zien. We kennen nu de oorzaken, nu is het tijd om de zorg goed te organiseren zodat deze vrouwen niet meer naar drie verschillende loketten hoeven!’