DOQ

Hoe gezondheids­vaardig is de reuma­patiënt?

Ongeveer één op de drie Nederlanders heeft beperkte gezondheidsvaardigheden in meer of mindere mate. Maar het is voor zorgverleners binnen de reumatologie best lastig in te schatten of de patiënt die voor hen zit, beperkt gezondheidsvaardig is. Zo blijkt uit onderzoek van promovendus Mark Bakker.

Onderzoek laat zien dat mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden een grotere kans hebben op slechtere gezondheidsuitkomsten. Vaak hangt dit samen met de veel onderzochte sociaaleconomische gezondheidsverschillen. “Maar waar we de achtergrond van een patiënt niet kunnen veranderen, kunnen we wel proberen om onze zorgverlening aan te passen”, zegt Mark Bakker (Maastricht UMC+ en het Care and Public Health Research Institute (CAPHRI) van de Universiteit Maastricht). Om de negatieve effecten van beperkte gezondheidsvaardigheden van patiënten te minimaliseren, doen Bakker en collega’s onderzoek naar de rol van gezondheidsvaardigheden in de reumatologische praktijk en proberen zij de reumatologische zorg af te stemmen op de gezondheidsvaardigheden van patiënten.

“Een belangrijke vraag is: in hoeverre zijn zorgverleners eigenlijk in staat de gezondheidsvaardigheden van hun patiënten in te schatten?”

Promovendus Mark Bakker

Gezondheidsvaardigheden inschatten

Bakker: “Met gezondheidsvaardigheden bedoelen we in de breedste zin de persoonlijke eigenschappen en ondersteuning vanuit de omgeving die je nodig hebt om met gezondheidsinformatie om te kunnen gaan en gezondheidsbeslissingen te nemen. Zowel in het dagelijks leven als in zorgsituaties. We weten dat ongeveer één op de drie Nederlanders beperkte gezondheidsvaardigheden heeft. Wanneer je als reumatoloog een patiënt met beperkte gezondheidsvaardigheden voor je hebt, kun je daar rekening mee houden. Je kan bijvoorbeeld besluiten om deze patiënt door te verwijzen naar de reumaverpleegkundige voor extra tijd en ondersteuning. Maar dat valt of staat met hoe goed je in staat bent de gezondheidsvaardigheden van een patiënt in te schatten.” Een belangrijke vraag is dus: in hoeverre zijn zorgverleners eigenlijk in staat de gezondheidsvaardigheden van hun patiënten in te schatten?

“Over alle domeinen van de HLQ was bij een kwart van de patiënten sprake van een afwijkende inschatting door de reumazorgverlener”

HLQ-scores vergeleken

Om deze vraag te beantwoorden voerden Bakker en collega’s een studie uit in drie ziekenhuizen: het Medisch Spectrum Twente in Enschede, het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam en het Maastricht UMC+. “We namen bij bijna 900 reumapatiënten de gezondheidsvaardighedenvragenlijst (de Health Literacy Questionnaire, HLQ) af.” Deze vragenlijst brengt de gezondheidsvaardigheden van patiënten in kaart op negen verschillende domeinen. “Tegelijkertijd hebben we voor iedere patiënt die aan dit onderzoek meedeed aan de zorgverlener gevraagd of deze voor elk van de domeinen wilde inschatten wat het niveau van de betreffende patiënt was. Vervolgens hebben we de HLQ-domeinscores van patiënten vergeleken met de inschatting van de zorgverleners.”

Lager opleidingsniveau

“Over alle domeinen van de HLQ was bij ongeveer een kwart van de patiënten sprake van een afwijkende inschatting door de zorgverlener”, zegt Bakker. “Dat is best een hoog aantal, al is het ook goed om te zien dat de inschatting van de zorgverlener in driekwart van de gevallen wel ongeveer overeenkomt met de HLQ zoals ingevuld door de patiënt.” Bakker en collega’s hebben tevens onderzocht of sociaaleconomische factoren nog een rol spelen bij deze bevindingen. “We zagen dat zorgverleners patiënten met een niet-Westerse migratieachtergrond of met een lager opleidingsniveau vaker lager inschatten dan de vragenlijst van de patiënt aangaf.”

Sociale steun?

Van de negen verschillende domeinen van de HLQ bleek het voor zorgverleners het moeilijkst in te schatten of patiënten sociale steun ontvingen voor gezondheid. “Bij bijna één op de vijf patiënten gaven zorgverleners aan dat ze niet goed wisten of patiënten thuis bijvoorbeeld met iemand over hun gezondheid konden praten. Of iemand hen kon helpen met gezondheidsinformatie of dat iemand mee kon naar afspraken.” Daarnaast zag Bakker dat het kritisch kunnen omgaan met informatie het vaakst hoger werd ingeschat door de zorgverleners en dat actieve betrokkenheid bij zorgverleners juist lager werd ingeschat.

“We kunnen de gezondheidsvaardigheden van patiënten niet blind inschatten op basis van onze intuïtie”

Waarschuwing

De resultaten van dit onderzoek zijn volgens Bakker vooral een waarschuwing. “We kunnen de gezondheidsvaardigheden van patiënten eigenlijk niet blind inschatten op basis van onze intuïtie.” Het belangrijkste is volgens hem dat reumatologen zich daar bewust van zijn. Zijn advies is dan ook om geen aannames te doen, maar de gezondheidsvaardigheden van patiënten te meten en erover met patiënten in gesprek te gaan. Hij noemt hierbij de Conversational Health Literacy Assessment Tool (CHAT) als een mogelijkheid. “Dit is een Engelse tool met open vragen die toegepast kunnen worden in het gesprek met patiënten, waarmee de behoeftes van patiënten met betrekking tot gezondheidsvaardigheden geïdentificeerd kunnen worden.”

“We zorgen er ook voor dat iedere patiënt, zeker een nieuwe patiënt, gezien wordt door de reumaverpleegkundige”

In gesprek gaan

Bakker en collega’s kijken ondertussen ook naar oplossingen om in de praktijk om te gaan met beperkte gezondheidsvaardigheden van patiënten. “Denk hierbij aan het gebruik van keuzehulpen en audiovisuele materialen. Maar we zorgen er bijvoorbeeld ook voor dat iedere patiënt, en zeker een nieuwe patiënt, gezien wordt door de reumaverpleegkundige.” Het bespreken van casussen over beperkte gezondheidsvaardigheden met collega’s, bijvoorbeeld tijdens congressen of in een soort sociaal multidisciplinair overleg, is volgens Bakker ook heel waardevol. “Dus: in gesprek gaan met patiënten en in gesprek gaan met elkaar. Zo kunnen we volgens mij veel winst behalen op het gebied van gezondheidsvaardigheden bij patiënten.”

Van dit onderzoek is ook een videosamenvatting beschikbaar:

Referentie:

Bakker MM, et al. Exploring discordance between Health Literacy Questionnaire scores of people with RMDs and assessment by treating health professionals. Rheumatology (Oxford) 2022;keac248. doi: 10.1093/rheumatology/keac248.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Hoe dramaseries artsen kunnen helpen bij morele keuzes

Drie afleveringen van House M.D. of Dexter op een avond kijken, puur voor de ontspanning? Voor zorgprofessionals kan het ook leerzaam zijn. Mediawetenschapper Merel van Ommen onderzocht hoe dramaseries artsen kunnen helpen om beter om te gaan met moreel ingewikkelde situaties.

Onderliggend denkpatroon stuurt voorschrijver bij keuze voor geneesmiddel

Het voorschrijven van geneesmiddelen is een afweging tussen richtlijnen, ervaring en patiëntkenmerken. Indeling in vier voorschrijversprofielen geeft inzicht in de eigen afwegingen. “En het helpt te begrijpen waarom een collega een andere beslissing neemt.”

‘Medicatiebeleid in de laatste levensfase kan beter’

6 op de 10 patiënten in de palliatieve fase krijgt door de huisarts medicatie voorgeschreven die niet langer passend is. Dat blijkt uit een onlangs verschenen factsheet van Nivel en PZNL. “We moeten voorschrijfgewoonten kritisch onder de loep nemen”, zegt Yvonne de Man, senior onderzoeker bij Nivel.

Casus: vrouw met pijnlijke oorschelp

Een 55-jarige vrouw heeft een hoed in haar hand als ze uw spreekkamer binnenkomt. Sinds een maand heeft zij ’s nachts last van pijn aan het linkeroor. Op de oorrand ziet u een nodulus die bij druk zeer pijnlijk is. Wat is uw diagnose?

‘Live well, die well’: rol van vrijwilligers in de laatste levensfase

Vrijwilligers aan het sterfbed in het ziekenhuis maken een groot verschil, stelt Anne Goossensen. Ze luisteren, troosten en verlichten de werkdruk van zorgverleners. “Ze bieden een luisterend oor en zijn aanwezig, zonder haast of medische agenda.”

Waarom melden vrouwen vaker bijwerkingen van medicijnen?

Vrouwen blijken vaker bijwerkingen van medicijnen te melden dan mannen. Onderzoeker Sieta de Vries van het UMC Groningen probeert te achterhalen hoe dit komt. En dat blijkt complexer dan het lijkt.

Gezondheid van mens, dier en natuur horen bij elkaar

Voorheen circuleerden het westnijl- en het usutuvirus alleen in Zuid-Europa. Maar inmiddels komen ze ook voor in Nederlandse vogels en muggen. Viroloog Marion Koopmans ziet daarin een duidelijke les: “De gezondheid van mensen kun je niet los zien van die van dieren en ecosystemen.”

Casus: hoestende man met koorts en dyspneu

Een 31-jarige Poolse man die vanwege de ziekte van Crohn wordt behandeld met infliximab bezoekt de SEH, omdat hij al twee weken hoest en benauwd is. Ook heeft hij koorts. Een antibioticumkuur van de huisarts heeft geen effect gehad. Wat is uw diagnose?

Casus: man met huidafwijking op de rug

Een 69-jarige man komt op uw spreekuur om een verruca seborrhoica in het gelaat te laten controleren. Bij algehele inspectie ziet u ook een huidafwijking op de rug. Wat is uw diagnose?

´Voorkom medicijn­resten, begin bij je eigen voorschrijven´

Minder diclofenac, lagere hormoondoses, terughoudend met azitromycine - zo kunnen zorgverleners volgens een recent rapport van het IVM bijdragen aan schoner water. “Aan de overwegingen die artsen maken bij voorschrijven zou ook duurzaamheid moeten worden toegevoegd.”