DOQ

Over-/onder­diagnostiek voorkomen na hersen­infarct

Niet alle patiënten hoeven na een herseninfarct of TIA een cardiologisch echografisch onderzoek te ondergaan. Toch wordt zo’n onderzoek regelmatig ten onrechte wel of niet aangevraagd of uitgevoerd. Physician assistant Sandra ter Braak (Treant, ziekenhuislocatie Scheper in Emmen) onderzocht hoe je de aanvraag van een dergelijk onderzoek kunt stroomlijnen. Hiermee wil zij over- en onderdiagnostiek zoveel mogelijk voorkomen.

Bij de opname en beoordeling van patiënten met een herseninfarct of TIA zijn meerdere medische disciplines betrokken. “De patiënt komt binnen via de spoedeisende hulp (SEH). Als duidelijk is dat er sprake is van een herseninfarct of TIA wordt de patiënt opgenomen op de afdeling Neurologie. De neuroloog verricht vervolgens nader onderzoek naar de oorzaak van het herseninfarct of de TIA. In de meeste gevallen wordt ook een consult bij de cardioloog aangevraagd.”

“Of een consult bij de cardioloog nodig is en vooral voor welke onderzoeken, hangt af van de oorzaak van het herseninfarct of de TIA”

Physician assistant Sandra ter Braak

Welke onderzoeken?

Of een consult bij de cardioloog nodig is en vooral voor welke onderzoeken, hangt af van de oorzaak van het herseninfarct of de TIA. “Voor vrijwel alle patiënten is een telemetrie (48- of 72-uurs meting van het hartritme) nodig. Dit onderzoek kan eventuele hartritmestoornissen, zoals atriumfibrilleren, opsporen. Daarnaast is het bij bepaalde patiënten belangrijk om nader onderzoek te doen naar een (eventuele) cardiale emboliebron. Bijvoorbeeld bij patiënten met een cryptogene stroke, ischemie in multiple stroomgebieden of een recidief ischemie zonder bekende oorzaak. Dit gebeurt met behulp van een cardiologisch echografisch onderzoek door middel van een transthoracale echocardiografie, met of zonder rechtszijdig contrast of transoesofageale echocardiografie (TTE of TEE).” 

Richtlijn

Voor welke patiënten een cardiologisch echografisch onderzoek is aangewezen, staat beschreven in de richtlijn ‘Herseninfarct en hersenbloeding’. “Treant heeft deze richtlijn vertaald naar een werkafspraak tussen de afdelingen Neurologie en Cardiologie. In praktijk volgden niet alle artsen op de verschillende ziekenhuislocaties* deze werkafspraak even consequent op. Dit leidde tot over- en onderdiagnostiek.” Ter Braak onderzocht of evaluatie en intervisie tussen de vakgroepen Neurologie en Cardiologie ertoe leidt dat de werkafspraak nauwkeuriger wordt opgevolgd en of dit ook leidt tot minder over- en onderdiagnostiek.

* Scheper in Emmen, Bethesda in Hoogeveen en Refaja in Stadskanaal

Nulmeting

“Allereerst deed ik een nulmeting. Deze bestond uit een retrospectief dossieronderzoek onder 125 patiënten. Uit deze nulmeting bleek dat er variatie was in de aanvraag van cardiologische consulten door de SEH. Ook bleek dat de neurologen en cardiologen in een aantal gevallen de aanvraag aanpasten of corrigeerden en in een aantal gevallen ook niet.”
“We bespraken in een intervisiebijeenkomst met de vakgroepen Neurologie en Cardiologie de resultaten van de nulmeting. Naar aanleiding daarvan voerden we een aantal verbeterpunten in. Zo maakte ik een stroomdiagram waarin ik de werkafspraak uitschreef. Ook spraken we af dat de SEH-artsen alleen nog maar telemetrie aanvragen en geen echografie. De neurologen zijn vervolgens verantwoordelijk om de aanvraag richting de cardioloog nader te specificeren op basis van het stroomschema. Tot slot bespraken we dat de intervisie met enige regelmaat moet blijven plaatsvinden. Zo zorgen we dat we de werkafspraak in praktijk blijven opvolgen.”

” Het aantal correcte aangevraagde consultaanvragen steeg van 74,4% naar 92,7%. Het aantal correct uitgevoerde consulten van 73,6% naar 84,4%”

Prospectieve screening

“Het laatste onderdeel van mijn onderzoek bestond uit een prospectieve screening van 96 patiëntendossiers. Hierin keek ik in hoeverre de werkafspraak na de intervisie daadwerkelijk werd nageleefd. Daaruit bleek dat er significant minder over- en onderdiagnostiek was bij de cardiale evaluatie van klinische patiënten met een herseninfarct of TIA. De overdiagnostiek daalde van 13 naar 12% en de onderdiagnostiek van 12 naar 4%. Het aantal correcte aangevraagde consultaanvragen steeg van 74,4% naar 92,7%. Het aantal correct uitgevoerde consulten van 73,6% naar 84,4%.”

Kwaliteitsverbetering

Ter Braak concludeert dat het ontbreken van een implementatiestrategie leidde tot over- en onderdiagnostiek. “Door evaluatie van de werkafspraken, intervisie en een nieuwe werkwijze vragen we cardiologische consulten nu vaker op de juiste wijze aan, is er minder over- en onderdiagnostiek en is er minder vaak een TTE nodig. Dit heeft geleid tot een kwaliteitsverbetering in de patiëntenzorg. Nu is het zaak om de nieuwe werkwijze regelmatig te evalueren. Zo houden we de kwaliteit vast die we samen hebben bereikt.”

Sandra ter Braak verrichtte haar onderzoek in het kader van haar afstudeeropdracht voor de opleiding tot Physician Assistant Neurologie. Voor haar onderzoek ontving zij de Treant Wetenschapsprijs (Juryprijs).

Referentie: Richtlijn Herseninfarct en hersenbloeding. Publicatiedatum 26-10-2017.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Limburgse apotheek wil chronisch gebruik slaap­medi­catie voorkomen

Apotheker Waan Yasen startte in samenwerking met huisartsen en de gemeente Reuver een project om chronisch gebruik van slaapmedicatie te voorkomen. “We willen patiënten bewust maken van de risico’s. Een alternatief voor medicatie is bijvoorbeeld slaaptherapie.”

‘Zorg dat je digitaal geletterd blijft’

Maartje Schermer deelt enkele ethische vraagstukken die spelen bij technologische ontwikkelingen in de zorg, zoals AI. “Wees er niet bang voor, probeer het uit, en vooral: blijf je er vragen bij stellen. Want één ding is zeker: dit gaat niet meer weg.”

‘Het is belangrijk om de hele mens te zien als arts’

Geïnspireerd door haar eigen leven verkent Machteld Huber inzichten en praktische handvatten over de laatste levensfase onder de titel ‘De laatste 1000 dagen’. “Artsen richten zich vaak puur op het fysieke, terwijl de mens een combinatie is van lichaam en geest.”

Ook medisch specialisten kunnen Bloeizones inzetten

Dyane Stolwijk-Woudstra wil medisch specialisten inspireren om Bloeizones door te zetten naar de tweedelijnszorg. “Het gaat er niet om dat je een probleem signaleert en dat ook meteen moet oplossen, maar maak het bespreekbaar, daar gaat het om!”

Casus: man met hinderlijk nachtplassen

Een 67-jarige man bezoekt uw spreekuur met al langer bestaande hinderlijke klachten van nycturie. De ochtendplas niet meegerekend moet hij er zeker drie keer per nacht uit, maar ook wel vaker. Wat is uw diagnose?

Casus: jongen met klachten na operatie keelamandelen

Op de dienstpost verschijnt de 6-jarige Daan, die afgelopen woensdag is geopereerd aan zijn keelamandelen. Hij wil niet drinken, heeft keelpijn, ruikt naar uit zijn mond, is hangerig en heeft witte plekken achter in de mond. Wat is uw diagnose?

Geneeskunde­­student­en krijgen bijsluiter bij AI

Eerstejaars studenten geneeskunde in Leiden krijgen les in de betekenis van AI en medische technologie. Marcel Haas probeert de studenten te laten nadenken over hun rol als arts in de toekomst. “Hoe kunnen artsen technologie inzetten in het contact met patiënten?”

‘Ergo­therapie is het meest bewaarde geheim in de gezond­heids­zorg’

De meerwaarde van ergotherapie in de eerste lijn is bij veel artsen onbekend, terwijl het vak hen juist helpt om zorg dicht bij huis te kunnen bieden, vertelt Lucelle van de Ven. “De paramedische zorg in de eerste lijn moet groeien, dus ook de ergotherapie.”

Winst in levensjaren met persoonlijke aanpak bijwerk­ingen immuun­therapie

De onderzoeksgroep van Karijn Suijkerbuijk ontdekte dat prednison het effect van immuuntherapie bij kanker onderdrukt. Prednison is vaak nodig voor de bijwerkingen, maar zou persoonlijker ingezet moeten worden. “Mijns inziens moet de richtlijn worden aangepast.”

‘Wil je het komende jaar zwanger worden?’

De vraag ‘Wil je het komend jaar zwanger worden?’ zou veel vaker gesteld moeten worden door álle hulpverleners, stelt Annemarie Mulders. “Gezond zwanger worden begint bij bewustwording en kennis over het belang van de periode vóór de zwangerschap.”


0
Laat een reactie achterx