DOQ

Huisarts drs. Achterberg: ‘Gebruik van energiedrank soms aanwijzing voor probleemgedrag’

Nuttig je regelmatig een energiedrankje? Die eenvoudige vraag kan de huisarts soms op het spoor brengen van risicogedrag en problemen bij 13- tot 18-jarigen. Alcohol- en drugsgebruik of mishandeling bijvoorbeeld. Huisarts drs. Pim Achterberg houdt er voortaan rekening mee.

“Ik was er even behoorlijk ondersteboven van.” Dat zegt huisarts drs. Pim Achterberg over een tabel uit een begin juli verschenen rapport van het RIVM. Die leert bijvoorbeeld dat van de jongeren die per dag gemiddeld meer dan twee blikjes energiedrank nemen, 18 procent ooit harddrugs heeft gebruikt en 28 procent in de laatste vier weken hasj of wiet heeft gerookt. Bij leeftijdsgenoten die nooit of niet wekelijks energiedrank nuttigen, zijn de percentages fors lager: 0,3 en 1.

huisarts-Pim Achterberg-energiedrankEnergiedrank

“Vaak kun je op basis van gevoel en ervaring aardig inschatten welke jongeren vermoedelijk eerder risicogedrag zullen vertonen of met problemen te maken krijgen”, vertelt de huisarts uit Nieuwegein. “Denk aan tieners die overdag bij de ingang van de supermarkt staan met een zak chips en energiedrankjes. Maar de extreme correlatie die uit het onderzoek naar voren kwam, had ik niet verwacht.”

Vaker geweld ouders

Nog meer bevindingen uit het rapport ‘Gebruik en risico’s van energiedranken bij kinderen en jongeren in Nederland’? 13- tot 18-jarigen die dagelijks gemiddeld meer dan twee blikjes drinken, roken vaker (49% tegenover 2% bij de andere groep), zijn meer geestelijk mishandeld (16% tegenover 11%), lichamelijk mishandeld (12% tegenover 3%) en ondervinden vaker problemen vanwege verslaving van de ouders (10% tegenover 1%) en geweld tussen de ouders (8% tegenover 0,3%).

Belangrijk signaal

“Gebruik van energiedrankjes kan dus een belangrijk signaal zijn voor velerlei zaken”, zegt Achterberg. “Huisartsen zijn bijvoorbeeld traditiegetrouw alert op blauwe plekken. Die kunnen duiden op kindermishandeling. Nu kennen we ook de waarde van het thema ‘energiedrankjes’ in de anamnese, omdat die een verhoogde risicofactor vormen voor lichamelijke mishandeling.”

Vraag met weinig spanning

Achterberg vindt het soms lastig bij jongeren om botweg het onderwerp ‘drugs’ aan te snijden. Dankzij zijn kennis over energiedrankjes als risicofactor kan hij het thema voortaan voorzichtiger inkleden. “Bij een vermoeden van druggebruik zal ik voortaan dikwijls eerst ingaan op energiedrankjes. ‘Neem je regelmatig energiedrank?’ is een kleine vraag die weinig spanning geeft. Bij een positief antwoord kun je met kleine stapjes naar de eigenlijke kwestie toewerken. Denk aan een tussenvraag als: ‘Heb je vrienden die drugs gebruiken?’. Zo bouw je een gesprek op dat kan uitmonden in het aanbod hulp te bieden.”

Vermoeidheidsklachten

De gemiddelde 13- tot 18-jarige meldt zich niet zo vaak op het spreekuur van de huisarts als de doorsnee 65-plusser. “Inderdaad, veel jongeren die vaak een energiedrankje nemen, zien we niet”, erkent Achterberg. “Toch kunnen huisartsen en POH’s ggz soms hun voordeel doen met de nieuwe kennis. Heb je een tiener vóór je met vermoeidheidsklachten of psychische problemen? Een vraag naar het gebruik van energiedrankjes leidt misschien tot de conclusie dat de jongere veel blowt, verslaafde ouders heeft of lichamelijk wordt mishandeld.”

Basis-ggz

Verwacht Achterberg dat nu vaker verwijzing van huisarts naar basis-ggz volgt? “Dat denk ik niet. Daarvoor heb je een medische indicatie nodig, en daaronder kun je informatie over gebruik van energiedrankjes niet scharen. Maar het lijkt me wel nuttig dat in de basis-ggz ook de vraag over energiedrankjes wordt gesteld, bijvoorbeeld aan jongeren met somberheidsklachten.”

 

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”

Casus: vrouw met veranderd defecatiepatroon

Een vrouw wordt naar de polikliniek gestuurd in verband met een veranderd defecatiepatroon. Ze heeft wat frequenter dan gebruikelijk ontlasting. Er zijn wat vage buikklachten in de zin van rommelingen en krampen. Ze gebruikt geen medicatie. Wat is uw diagnose?