DOQ

Inkomen en etniciteit kunnen risico op hart- en vaatziektes vergroten

Nederlanders met lage inkomens hebben tot 1,5 keer hoger risico op een hartaanval of beroerte dan rijkere landgenoten. Bij Surinaamse Hindostanen is dit risico bijna 2 keer hoger. Dat blijkt uit onderzoek van Janet Kist, huisarts-onderzoeker in het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC), en Ronne Mairuhu, internist-vasculair geneeskundige in het HagaZiekenhuis. Inkomen en etniciteit worden in de Nederlandse richtlijnen nog niet meegenomen als risicofactor.

Al jaren vormen hart- en vaatziektes wereldwijd de belangrijkste doodsoorzaak. De ziektes ontstaan onder andere door diabetes, een hoog cholesterol, hypertensie en door roken. Het onderzoek van Kist en Mairuhu werd uitgevoerd samen met de Haagse Health Campus, een samenwerkingsverband van het LUMC, huisartsen en de grootste en belangrijkste zorginstellingen in Den Haag. Uit de resultaten bleek dat een laag inkomen de kans op een hart- en/of vaatziekte verder vergroot. Ook de afkomst van de patiënt speelt een belangrijke rol.

“In de meeste spreekkamers van (huis)artsen wordt geen rekening gehouden met lage inkomens en afkomst van een patiënt”

Huisarts-onderzoeker Janet kist
Janet Kist en Ronne Mairuhu

Genetische factoren

Voor hun studie onderzochten Kist, Mairuhu en collega’s gegevens van 155.000 inwoners tussen de 40 en 70 jaar. Cijfers uit het ziekenhuis en de huisartsenpraktijk werden gekoppeld aan data van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Kist: “Hierdoor werd duidelijk dat hart- en vaatziektes 1,5 keer vaker voorkomen dan het in Nederland gebruikte SCORE2-risicomodel voor cardiovasculaire aandoeningen voorspelt bij patiënten met een laag inkomen. Mogelijke oorzaken hiervoor zijn een ongezonde leefstijl en stress. Een ander opvallend gegeven is dat hart- en vaatziektes 1,9 keer zo vaak voorkomen bij mensen met een Surinaams-Hindostaanse achtergrond. Dit komt onder andere door genetische factoren.”

Geen rekening gehouden

In de meeste spreekkamers van (huis)artsen wordt geen rekening gehouden met lage inkomens en afkomst van een patiënt. Om vast te stellen of iemand een verhoogd risico heeft op hart- en vaartziektes, wordt onder andere gekeken naar de bekende risicofactoren, zoals een hoog cholesterol, hoge bloeddruk en roken. Aan de hand van het risicomodel adviseren artsen hun patiënten of vroegtijdige medicatie nodig is om problemen aan hart en/of vaten te voorkomen.

“Eerdere behandeling van patiënten uit een risicogroep kan helpen een hart- of vaatziekte op korte termijn te voorkomen”

Huisarts-onderzoeker Janet kist

Gezond voedsel is te duur 

In landen als Engeland en Schotland wordt de sociaaleconomische status en etniciteit al 10 tot 15 jaar meegenomen als risicofactor voor hart- en vaatziektes. Wat Kist en Mairuhu betreft gebeurt dat ook in Nederland. De huisarts en internist stellen dat eerdere behandeling van patiënten met een lage sociaaleconomische status of Surinaams-Hindostaanse afkomst met bijvoorbeeld statines kan helpen een hart- of vaatziekte op korte termijn te voorkomen. Kist: “Het risico op beroertes neemt in dat geval tot wel 22% af. Voor hartaanvallen is dit zelfs 33%. Op langere termijn is het effect mogelijk nog groter.”
Nog belangrijker vinden Kist en Mairuhu dat er aandacht is voor maatschappelijke veranderingen en de leefstijl van de patiënt. Kist: “Als je leeft in armoede, is het praktisch onmogelijk om gezond te eten. Daarvoor is gezond voedsel simpelweg te duur. Dit kunnen we in de spreekkamer niet oplossen. Hier ligt een opdracht voor de politiek. Denk aan afschaffing van btw op groentes, een vet- en suikertaks, hogere accijns op rookproducten, maar ook zaken als armoede- en stressbestrijding.”

“Een verband leggen tussen gezondheid, inkomen en etniciteit ligt gevoelig, daar zijn de onderzoekers zich bewust van”

Huisarts-onderzoeker Janet kist

Gezondheid, inkomen en etniciteit

Een verband leggen tussen gezondheid, inkomen en etniciteit ligt gevoelig, daar zijn de onderzoekers zich bewust van. Kist: “Maar om patiënten goed te helpen moet je er wel oog voor hebben. Je laat iets liggen als je het risico niet benoemt.”
Andere etniciteiten bleven buiten beschouwing in het onderzoek omdat de aantallen te klein waren om conclusies uit te trekken. Jammer, vindt Kist, omdat in de praktijk te zien is dat ook bij andere populaties, zoals Polen en Antillianen, hart- en vaatziektes vaker voorkomen, hoewel dat waarschijnlijk eerder met sociaaleconomische status dan met genen te maken heeft.

Referentie: https://www.thelancet.com/journals/eclinm/article/PIIS2589-5370(23)00039-1/fulltex

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Videoconsult vs. fysiek consult: waar zitten de verschillen?

Broer en zus Martijn Stommel en Wyke Stommel onderzochten de verschillen tussen video- en fysieke consulten. Dit kan helpen bij goede implementatie van videoconsulten. “Patiënten moeten soms lang reizen. Dat is belastend, het kost tijd en meestal moet iemand mee.”

Zeven Routes naar een veerkrachtig zorgsysteem

Ons zorgstelsel kan duurzamer en menselijker terwijl ook kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid geborgd zijn, meent Steven de Waal in zijn boek. “De zorginstelling verandert in een platform: minder managers en meer horizontaal management tussen zorgprofessionals.”

Wat als… jouw onderzoek plotseling is geasso­cieerd met de tabaks­industrie?

De farmaceut die het promotieonderzoek van Wytse van den Bosch financierde, werd plotseling overgenomen door een tabaksmultinational. Wat doe je dan als onderzoeker? “Door deze indirecte affiliatie ben je plotseling niet meer welkom op wetenschappelijke congressen.”

Meer rolmodel­len nodig in het medisch onderwijs

“De gezondheidszorg moet een afspiegeling zijn van de samenleving, dat is nu niet zo”, vindt Rashmi Kusurkar, hoogleraar inclusie en motivatie in medisch onderwijs. Er is behoefte aan meer inclusiviteit en diversiteit binnen het medisch onderwijs.

Zo deal je met de onzin van influencers in je spreekkamer

Patiënten vertrouwen influencers soms meer dan hun eigen arts. Jolanda van Boven en Annemie Galimont vertellen over hun ervaringen hiermee in de spreekkamer en hoe hiermee om te gaan. “Wees als arts alert dat je de patiënt goed voorlicht over de mogelijke gevolgen.”

‘Kunst kan de zorg transformeren’

Om de problemen van het overbelaste zorgsysteem het hoofd te bieden, moet kunst een structurele plaats krijgen, pleit Tineke Abma. “We willen duurzame programma’s van bewezen interventies vergoed door de zorgverzekeraar.”

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”

‘‘Minder eten en meer bewegen’ is echt een misvatting’

Mensen met obesitas hebben vaak te maken met negatieve vooroordelen, ook in de zorg. Daardoor vermindert de kwaliteit van zorg, legt Paige Crompvoets uit. “Uit mijn onderzoek bleek dat mensen met obesitas soms belachelijk gemaakt worden door hun zorgverleners.”


Lees ook: ‘Lage sociaal­eco­nomische status is een indicator voor diabetes type 2’

Naar dit artikel »