DOQ

Jonge klaren zonder baan, wat doen we eraan? Drie best practices

Het overschot aan afgestudeerde medisch specialisten neemt toe. Zo heeft bijvoorbeeld bijna twintig procent van de chirurgen zes tot tien jaar na de opleiding nog steeds geen vaste aanstelling. Vaak leidt dit tot omscholen. Moeten ziekenhuizen voorkomen dat deze jonge klaren hun vakgebied definitief vaarwel zeggen? En hoe dan? Ter inspiratie drie best practices.

“Zoveel van mijn studiegenoten die geen baan kunnen krijgen”, verzucht dr. Heleen de Wit. “En na vijf jaar waarnemen en steeds maar weer met je gezin verhuizen, houdt het een keer op. Dan verlaten mensen hun vakgebied.” De internist-endocrinoloog uit het St. Jansdal Ziekenhuis maakt zich zorgen over het overschot aan jonge klaren. “Het valt me op hoe weinig mensen zich hier druk over maken”, zegt ze. “Medisch specialisten die al lang en breed een aanstelling hebben, zeggen vaak: ‘het is niet mijn schuld dat er te veel zijn opgeleid’. Dat klopt. Maar wij zijn wel de enigen die het kunnen oplossen! Bijvoorbeeld door minder uren te gaan werken. Ik roep de jongere generatie op om hier veel meer het gesprek over aan te gaan, ook met de oudere generatie artsen. Want dat geeft nieuwe inzichten, ook bij hen.”

Internist-endocrinoloog dr. Heleen de Wit

“Overschot aan jonge klaren is een gezamenlijk probleem”

Drie best practices

De Wit is van mening dat het overschot een gezamenlijk probleem is, dat ook gezamenlijk opgelost zou moeten worden. Ter inspiratie deelde ze daarom op LinkedIn een drietal best practices hoe haar eigen ziekenhuis hier out-of-the-box mee omgaat.

1. Vacature voor SEH-arts laten vervullen door een internist

Zo vertelt De Wit  dat het St. Jansdal internisten inzet op de SEH, aangezien er een groot tekort is aan SEH-artsen. “De SEH-artsen kregen het zomerrooster niet rond, en zo ontstond het idee om internisten in te zetten. Op LinkedIn kwamen er best veel opmerkingen dat een internist acute zorg niet hetzelfde is als een SEH-arts”, zegt De Wit. “Dat klopt. Dit idee is uit nood geboren en is natuurlijk niet ideaal. Zo kan een internist op de SEH niet zelfstandig nachtdiensten draaien. Maar tijdens de COVID-pandemie hebben er ook internisten op de SEH gestaan, en dat beviel goed.”

Als proef is er nu een aantal internisten op halfjaarcontract voor de SEH aangenomen. “Hopelijk kunnen de internisten een schakel zijn tussen de SEH en de acute zorg. De vakgroep interne geneeskunde –  wij werken in het St. Jansdal in loondienst – mag niet uitbreiden in fte. Binnen de vakgroep SEH was er wel ruimte voor fte-uitbreiding; op deze manier is het toch mogelijk om jonge klare internisten een – tijdelijke – baan te bieden.”

2. Internist-oncoloog inzetten als zaalarts op afdeling oncologie

De tweede best practice betreft een internist-oncoloog die als zaalarts is aangenomen op de afdeling oncologie. Dit is zowel goed voor de kwaliteit van zorg als voor werkdrukverlichting van de vakgroep, zegt De Wit. “En we behouden zo ook een zeer gewaardeerde collega. We hadden al goede ervaringen met een vaste zaalarts, die jarenlang bij ons heeft gewerkt. Hij werkte eerst bij defensie en mocht daardoor vroeg met pensioen, maar wilde dat niet. Zo kwam hij bij ons terecht. Dat was een enorme aanwinst voor ons”, zegt ze, “ook omdat hij bijvoorbeeld heel ervaren was in familiegesprekken voeren.”

Toen de zaalarts bij het St. Jansdal met pensioen ging, viel er een gat, ook al hadden ze aniossen rondlopen. De Wit: “Internist-oncoloog Karlijn had tijdelijk bij ons gewerkt als waarnemer voor zwangerschapsverlof en zei dat ze de functie graag wilde overnemen. Ook al betekende dat een functie en betaling als zaalarts, en niet als internist. Maar haar andere alternatief was; géén baan. In de huidige vakgroep is er nu geen plek voor een internist-oncoloog, maar over enkele jaren wel bij pensionering van een van de oncologen. Met Karlijn hebben we afgesproken dat zij dan internist-oncoloog binnen de vakgroep wordt. Ondertussen kan ze haar promotietraject afronden en zelfstandig werken als zaalarts. Zowel voor haar als voor ons is dit een goede oplossing. We houden haar aan het werk, ze behoudt haar registratie als internist-oncoloog, en over enkele jaren is ze verzekerd van een vaste baan als internist-oncoloog. Daarnaast hoeven de internisten van onze vakgroep volgens de AMS vanaf hun zestigste nog maar 65% van de weekenddiensten te doen. Karlijn kan mogelijk deze diensten opvangen – waarbij ze overigens wel als internist-oncoloog betaald krijgt.”

3. Parttime werken

De derde best practice gaat over parttime werken. “Eigenlijk vind ik dat nauwelijks een best practice te noemen. Maar het gebeurt nog veel te weinig, daarom noem ik het toch. Ik pleit ervoor dat bijvoorbeeld een vacature voor 1,2 fte internist wordt verdeeld over twee keer 0,6 fte. Dat zou al enorm helpen in het overschot aan jonge klaren. ”
Voor medisch specialisten is parttime werken of minder werken nog best een taboe, constateert De Wit. “Dat zag ik ook aan de reacties op LinkedIn toen ik hierover vertelde. Argumenten als ‘dan blijf je minder bekwaam, of ‘parttimers zijn minder goed bereikbaar’, zijn niet meer van deze tijd. Natuurlijk is het belangrijk om korte lijnen te hebben: dus dat je op een vrije dag telefonisch bereikbaar bent. Ik denk dat we er collega’s mee zouden helpen als we allemaal een paar uur inleveren. Daar komt bij: ik ‘moet’ nog dertig jaar tot mijn pensioen en naar verwachting hebben we over een aantal jaar juist weer een tekort aan collega’s.”

“De parttimers vormen samen koppels, dat maakt de overdracht makkelijker, en zij doen ook samen de supervisie”

Meer visies en expertise

Binnen de vakgroep van De Wit werkt het uitstekend. “Zeven van mijn achttien collega’s werken drie dagen of minder, zowel mannen als vrouwen. Voordeel van meer parttimers is dat we veel meer expertise binnen de vakgroep aan boord hebben. Interne geneeskunde kent immers veel deelspecialismen. Een ander voordeel is dat je minder vaak weekenddiensten hoeft te draaien omdat je het over meer mensen verdeelt. En ook vakanties zijn met meer parttimers makkelijker op te vangen.”

De aios zijn er eveneens enthousiast over. De parttimers vormen samen koppels, dat maakt de overdracht makkelijker, en zij doen ook samen de supervisie. De Wit: “Voor aios betekent dat aan het begin van de week de visie van de ene internist en het tweede deel van de week de visie van de andere internist. Daar leren ze meer van, geven ze aan.”

“Het is echt nog een generatieding dat je als medisch specialist 55 uur per week zou moeten werken”

Normale werkweek graag

Uit peilingen blijkt al jaren dat zeker een op de vijf medisch specialisten minder wil werken. “Het is echt nog een generatieding dat je als medisch specialist 55 uur per week zou moeten werken. Bijna alsof je een watje bent wanneer je dat niet wilt. Terwijl dat in de rest van het bedrijfsleven allang niet meer zo is. En veel jongere medisch specialisten geven aan dat ze graag een normale werkweek willen, en gewoon pauze willen kunnen houden. Een vriendin van me is omgeschoold tot bedrijfsarts en verzuchtte dat ze daar tenminste normale werkweken maakt. Ik pleit ervoor dat dat ook onder medisch specialisten gewoon wordt.”

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: vrouw met hevige diarree en kortademigheid

Een vrouw klaagt over hevige diarree en kortademigheid. Daarnaast voelt zij zich zwak en is zij 10 kg afgevallen in de laatste 3 maanden. Wat is uw diagnose?

Videoconsult vs. fysiek consult: waar zitten de verschillen?

Broer en zus Martijn Stommel en Wyke Stommel onderzochten de verschillen tussen video- en fysieke consulten. Dit kan helpen bij goede implementatie van videoconsulten. “Patiënten moeten soms lang reizen. Dat is belastend, het kost tijd en meestal moet iemand mee.”

Zeven Routes naar een veerkrachtig zorgsysteem

Ons zorgstelsel kan duurzamer en menselijker terwijl ook kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid geborgd zijn, meent Steven de Waal in zijn boek. “De zorginstelling verandert in een platform: minder managers en meer horizontaal management tussen zorgprofessionals.”

Wat als… jouw onderzoek plotseling is geasso­cieerd met de tabaks­industrie?

De farmaceut die het promotieonderzoek van Wytse van den Bosch financierde, werd plotseling overgenomen door een tabaksmultinational. Wat doe je dan als onderzoeker? “Door deze indirecte affiliatie ben je plotseling niet meer welkom op wetenschappelijke congressen.”

Meer rolmodel­len nodig in het medisch onderwijs

“De gezondheidszorg moet een afspiegeling zijn van de samenleving, dat is nu niet zo”, vindt Rashmi Kusurkar, hoogleraar inclusie en motivatie in medisch onderwijs. Er is behoefte aan meer inclusiviteit en diversiteit binnen het medisch onderwijs.

Zo deal je met de onzin van influencers in je spreekkamer

Patiënten vertrouwen influencers soms meer dan hun eigen arts. Jolanda van Boven en Annemie Galimont vertellen over hun ervaringen hiermee in de spreekkamer en hoe hiermee om te gaan. “Wees als arts alert dat je de patiënt goed voorlicht over de mogelijke gevolgen.”

‘Kunst kan de zorg transformeren’

Om de problemen van het overbelaste zorgsysteem het hoofd te bieden, moet kunst een structurele plaats krijgen, pleit Tineke Abma. “We willen duurzame programma’s van bewezen interventies vergoed door de zorgverzekeraar.”

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”


0
Laat een reactie achterx