Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Leg lokale afspraken over sedatie goed vast
De Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA) heeft afgelopen jaar een oude richtlijn vernieuwd, waarin onder andere de verantwoordelijkheden van sedatiespecialisten en anesthesiologen duidelijk zijn vastgelegd. Anesthesioloog Kim Bijleveld van het Catharina Ziekenhuis begeleidde eind vorig jaar een sessie over de organisatie van goede sedatiezorg tijdens de eerste landelijke sedatiedag van de NVA. “Een richtlijn is geen wet, maar als je lokaal andere afspraken maakt, moeten deze wel goed worden vastgelegd.”
“Vroeger lag de verantwoordelijkheid voor sedatie vooral bij de gebruikers, bijvoorbeeld de MDL-arts, gynaecoloog of kaakchirurg”, vertelt Kim Bijleveld. “Dus de persoon die de sedatie had aangevraagd. In de nieuwe NVA-richtlijn is nu vastgelegd dat complexere sedatie onder de verantwoordelijkheid van de anesthesioloog valt. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om langere sedatie, sedatie van patiënten met onderliggende aandoeningen of sedatie van patiënten die fragiel, ouder of chronisch ziek zijn.”
In de praktijk gebeurde dat in veel ziekenhuizen al, maar sinds kort zijn deze afspraken ook daadwerkelijk vastgelegd in de richtlijn. “Wanneer de situatie voor de sedatiespecialist te complex wordt, is de anesthesioloog de aangewezen persoon om de sedatie over te nemen. Dat is ook logisch, want een gynaecoloog of MDL-arts heeft over het algemeen weinig kennis over sedatie en de problemen die kunnen optreden. Hoewel de anesthesioloog zelf niet aanwezig is in de operatiekamer, is het toch beter om met hen te overleggen bij complexe sedatie.”

“Documentatie is vooral belangrijk vanwege de aansprakelijkheid van de zorgverleners”
Anesthesioloog Kim Bijleveld
Belang van documentatie
De richtlijn van de NVA biedt goede handvatten voor het organiseren van sedatie, maar de aanbevelingen hoeven niet exact overgenomen te worden. “Het is prima om lokaal andere afspraken te maken, bijvoorbeeld over hoelang een sedatie mag duren. Maar het is wel cruciaal om deze afspraken goed te documenteren. Leg de afspraken vast in lokale protocollen die besproken worden in de sedatiecommissie, zodat iedereen op de hoogte is van wat er in de richtlijn staat en hoe en waarom daarvan wordt afgeweken. Het belangrijkste is dat alle partijen op de hoogte zijn van de afspraken, en het daarmee ook eens zijn. Zo voorkom je dat men zich achteraf opeens afvraagt waarom een bepaalde werkwijze eigenlijk wordt gebruikt.”
“Documentatie is vooral belangrijk vanwege de aansprakelijkheid van de zorgverleners”, vervolgt Bijleveld. “Als er een complicatie optreedt bij een patiënt en een calamiteitenonderzoek volgt, zal de onderzoekscommissie altijd kijken naar of en hoe er is afgeweken van de richtlijnen van de wetenschappelijke verenigingen. Wanneer een zorgverlener daar bewust van afgeweken is, wordt ook gekeken of diegene dat zelf heeft bedacht of zich houdt aan een lokale afspraak. Zodra blijkt dat de zorgverlener heeft gewerkt volgens de lokale afspraak, staat diegene er niet alleen voor in het calamiteitenonderzoek.”
“Onze sedatiecommissie komt drie keer per jaar samen om alle nieuwe ingrepen door te nemen”
Organisatie sedatieafdeling
Een goede organisatie van de sedatieafdeling helpt bij het maken en documenteren van heldere afspraken. Bijleveld heeft hiervoor een aantal tips: “In het Catharina Ziekenhuis hebben we ervoor gekozen om een organogram op te stellen waarin de Raad van Bestuur fungeert als opdrachtgever. Daarnaast hebben we een projectleider vanuit de afdeling kwaliteit en veiligheid die ons adviseert en ondersteunt tijdens vergaderingen en audits van het ziekenhuis. Deze beleidsmedewerker denkt mee over de lokale afspraken en over hoe deze afspraken het best kunnen worden vastgelegd in protocollen. De afdeling kwaliteit en veiligheid voert ook interne audits uit, omdat sedatie maar een heel klein onderdeel is van de vijfjaarlijkse audit door de wetenschappelijke vereniging.”
“Daarnaast hebben we een sedatiecommissie, waarin een sedatiepraktijkspecialist zit, plus een anesthesioloog en degenen die de sedatie aanvragen, zoals een MDL-arts, SEH-arts, gynaecoloog en kinderarts. Deze sedatiecommissie komt drie keer per jaar samen om alle nieuwe ingrepen door te nemen, maar heeft ook aandacht voor lopende zaken en problemen die spelen met betrekking tot sedatie.”
“Men kan de supervisie van de sedatiespecialisten overlaten aan een anesthesioloog die op de poli zit”
Preoperatieve screening
“De sedatiespecialisten doen zelf de preoperatieve screening van elke patiënt, waarna het dossier wordt beoordeeld door een anesthesioloog”, legt Bijleveld uit. “Hierdoor zijn de anesthesiologen bij voorbaat op de hoogte van alle sedatiepatiënten, en kunnen ze van tevoren het gesprek aangaan als ze denken dat er complicerende factoren zijn of extra onderzoeken nodig zijn. Daarnaast kiezen de meeste ziekenhuizen ervoor om de supervisie van de sedatiespecialisten over te laten aan een anesthesioloog die op de poli zit, zodat diegene direct zijn of haar post kan verlaten als er zich een complicatie voordoet.”
Refereeravond
“Tot slot wordt jaarlijks een landelijke online refereeravond georganiseerd. Elk jaar wordt hiervoor een ander onderwerp gekozen, zoals cardiale of pulmonale aandoeningen. Dit jaar ging de refereeravond bijvoorbeeld over medicatiefouten. Door steeds een ander onderwerp aan te stippen, verdiepen de aanwezigen zich opnieuw in de materie en leren ze bij over het onderwerp. Over het algemeen worden de refereeravonden goed bezocht door de sedatiespecialisten, dus er is duidelijk behoefte aan”, besluit Bijleveld.


