DOQ

Littekenvorming voorspelt overlijdensrisico door niet-ischemische cardiomyopathie

Myocardiaal litteken is een geschikte marker om het overlijdensrisico van patiënten met niet-ischemische cardiomyopathie te voorspellen. Daarom vinden de onderzoekers van deze prospectieve, longitudinale studie dat de beoordeling van myocardiaal litteken opgenomen zou moeten worden in de selectiecriteria voor een ICD-plaatsing.

Patiënten met niet-ischemische cardiomyopathie die als gevolg van littekenvorming een ventriculaire tachycardie ontwikkelen, hebben een toegenomen overlijdensrisico. De behandeling van deze ritmestoornis in deze setting is behoorlijk uitdagend.

ICD’s, medicatie of ablatie

Hoewel implanteerbare cardioverter-defibrillatoren (ICD’s) levensreddend zijn, hebben ze geen invloed op het aritmogene substraat. Daardoor worden recidieven niet voorkomen. Anti-aritmica hebben een suboptimale werkzaamheid en kunnen aanzienlijke bijwerkingen veroorzaken.

Momenteel worden meer patiënten met niet-ischemische cardiomyopathie verwezen voor een ablatie van de ventriculaire tachycardie. Dit kan een betere behandeloptie zijn dan een ICD of medicatie. Er zijn echter weinig gegevens over de werkzaamheid van een dergelijke ablatie bij patiënten met niet-ischemische cardiomyopathie.
Door een bijkomende epicardiale mapping en ablatie neemt het recidiefrisico significant af bij patiënten met niet-ischemische cardiomyopathie. Bovendien waren de uitkomsten beter wanneer bij de ablatie alle afwijkende potentialen in het litteken verdwijnen.

Groot cohort

Niet-ischemische cardiomyopathie is een belangrijke oorzaak van verminderde linkerventrikelejectiefractie (LVEF) en gaat als gevolg van progressief hartfalen en hartritmestoornissen gepaard met een hoog overlijdenrisico. De aanwezigheid van myocardiaal litteken op de cardiovasculaire MRI-scan geldt steeds meer als een risicomarker voor ongunstige uitkomsten. Desalniettemin blijft de linkerventrikeldisfunctie de basis om te bepalen of een patiënt in aanmerking komt voor primaire profylaxe met een ICD.

In een groot cohort van ruim duizend opeenvolgende patiënten met niet-ischemische cardiomyopathie is het verband tussen LVEF en myocardiaal litteken enerzijds en de mortaliteit op de lange termijn en wijze van overlijden anderzijds geëvalueerd. De uitkomsten verschenen onlangs in Circulation.

Gedurende de mediane follow-up van 5,2 jaar overleden 277 patiënten (27%). Een LVEF van ≤ 35% en de aanwezigheid van littekens toonden een krachtig verband met de all-cause mortaliteit (log-rank test p-waarden: respectievelijk p = 0,002 en P <0,001) en hartdood (respectievelijk p = 0,001 en p < 0,001).
Terwijl de aanwezigheid van littekens een krachtig verband toonden met plotse hartdood (p = 0,001), was er geen significant verband tussen een LVEF van ≤ 35% en het risico op plotse hartdood (p = 0,57).  Bij multivariabele analyse bleken de LVEF en de aanwezigheid van littekens onafhankelijke risicomarkers voor de all-cause mortaliteit en hartdood.

LVEF versus litteken

De toevoeging van LVEF leverde een incrementele prognostische waarde op, maar een onbeduidende verbetering van de discriminatie door C-statistiek voor de all-cause mortaliteit en hartfalen. Bovendien had de LVEF geen incrementele prognostische waarde voor plotse hartdood. Ook in een aanvullende analyse resulteerde de toevoeging van LVEF niet in significante verbeterde voorspelling van de all-cause mortaliteit (11,0%), hartdood (9,8%) of plotse hartdood (7,5%). Daarentegen resulteerde de toevoeging van littekenuitbreiding wel in een significante verbetering van de herclassificatie van 25,5% voor de all-cause mortaliteit, 27,0% voor hartdood, en 40,6% voor plotse hartdood.


Referentie: Klem I, Klein M, Khan M, et al. Relationship of LVEF and Myocardial Scar to Long-Term Mortality Risk and Mode of Death in Patients With Nonischemic Cardiomyopathy. Circulation. 2021;143:1343-1358. https://www.ahajournals.org/doi/10.1161/CIRCULATIONAHA.120.048477, https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33478245/

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: vrouw met hevige diarree en kortademigheid

Een vrouw klaagt over hevige diarree en kortademigheid. Daarnaast voelt zij zich zwak en is zij 10 kg afgevallen in de laatste 3 maanden. Wat is uw diagnose?

Videoconsult vs. fysiek consult: waar zitten de verschillen?

Broer en zus Martijn Stommel en Wyke Stommel onderzochten de verschillen tussen video- en fysieke consulten. Dit kan helpen bij goede implementatie van videoconsulten. “Patiënten moeten soms lang reizen. Dat is belastend, het kost tijd en meestal moet iemand mee.”

Zeven routes naar een veerkrachtig zorgsysteem

Ons zorgstelsel kan duurzamer en menselijker terwijl ook kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid geborgd zijn, meent Steven de Waal in zijn boek. “De zorginstelling verandert in een platform: minder managers en meer horizontaal management tussen zorgprofessionals.”

Wat als… jouw onderzoek plotseling is geasso­cieerd met de tabaks­industrie?

De farmaceut die het promotieonderzoek van Wytse van den Bosch financierde, werd plotseling overgenomen door een tabaksmultinational. Wat doe je dan als onderzoeker? “Door deze indirecte affiliatie ben je plotseling niet meer welkom op wetenschappelijke congressen.”

Meer rolmodel­len nodig in het medisch onderwijs

“De gezondheidszorg moet een afspiegeling zijn van de samenleving, dat is nu niet zo”, vindt Rashmi Kusurkar, hoogleraar inclusie en motivatie in medisch onderwijs. Er is behoefte aan meer inclusiviteit en diversiteit binnen het medisch onderwijs.

Zo deal je met de onzin van influencers in je spreekkamer

Patiënten vertrouwen influencers soms meer dan hun eigen arts. Jolanda van Boven en Annemie Galimont vertellen over hun ervaringen hiermee in de spreekkamer en hoe hiermee om te gaan. “Wees als arts alert dat je de patiënt goed voorlicht over de mogelijke gevolgen.”

‘Kunst kan de zorg transformeren’

Om de problemen van het overbelaste zorgsysteem het hoofd te bieden, moet kunst een structurele plaats krijgen, pleit Tineke Abma. “We willen duurzame programma’s van bewezen interventies vergoed door de zorgverzekeraar.”

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”


0
Laat een reactie achterx