DOQ

Meer behandelopties voor patiënten met hartfalen en een hogere ejectiefractie

Medicatie die wordt ingezet bij patiënten met hartfalen met een lage ejectiefractie, dus lager dan 40 procent, kan ook van toegevoegde waarde zijn bij patiënten met hartfalen met een hogere ejectiefractie. Hoogleraar cardiologie, prof. dr. Adriaan Voors: “Dat betekent dat we 15 procent méér patiënten met hartfalen kunnen behandelen dan we voorheen dachten.”

Dat is de uitkomst van het promotieonderzoek van dr. Jan Nauta, cardioloog in het UMC Groningen (UMCG). Het betreft patiënten met een midrange-ejectiefractie, legt prof. dr. Adriaan Voors uit, hoogleraar Cardiologie in het UMCG en promotor van Nauta’s onderzoek. “We hebben deze groep patiënten lange tijd niet als aparte categorie geïdentificeerd. We waren vooral gefocust op patiënten met een verlaagde en een behouden, verhoogde ejectiefractie. We zijn dat pas gaan doen sinds de komst van de Europese hartfalenrichtlijn uit 2016. Sinds die tijd doen we veel onderzoek naar deze specifieke groep patiënten. Dat betaalt zich uit, blijkt uit het onderzoek van Nauta.”

Hoogleraar cardiologie prof. dr. Adriaan Voors

Van ‘midrange’ naar ‘mildly reduced’

Want de uitkomsten van zijn onderzoek betekenen dat meer patiënten met hartfalen medicamenteuze behandeling kunnen krijgen. “Als het om prevalentie gaat, houden we een globale verdeling aan van 45 procent patiënten met verminderde ejectiefractie, 15 procent midrange, en 40 procent behouden ejectiefractie. Dat betekent dat we 15 procent méér patiënten met hartfalen kunnen behandelen dan we voorheen dachten. In de nieuwe richtlijn Diagnostiek en Behandeling van patiënten met hartfalen, die dit voorjaar verschijnt, verandert de terminologie ‘midrange’ voor de middengroep vermoedelijk ook in ‘mildly reduced’. We willen daarmee aangeven dat het in feite één groep patiënten is: patiënten met ‘mildly reduced’ en ‘severely reduced’ ejectiefractie kunnen beide profiteren van medicamenteuze behandeling.”

“Als cardioloog ben je bij ‘midrange’ patiënten niet verplicht medicatie voor te schrijven, maar dat kun je wél in overweging nemen”

Nieuwe geneesmiddelen

Dat betekent niet dat cardiologen vanaf morgen bij alle patiënten met een midrange ejectiefractie medicatie kunnen voorschrijven. “De geneesmiddelen die we nu voorschrijven, zoals bètablokkers, ACE-remmers en SGLT2-remmers, zijn onderzocht op de behandeling van patiënten met een lage ejectiefractie. Dat is de klasse-1 indicatie. We kunnen deze niet zomaar geven aan de midrange-patiënten, voor hen zijn de medicijnen niet geregistreerd. Zij vormen daarom een klasse-2 indicatie. Dat houdt in dat je als cardioloog niet verplicht bent hen medicatie voor te schrijven, zoals je dat bij patiënten met een lage ejectiefractie wel bent, maar dat je dat wél in overweging kunt nemen. Denk aan midrange-patiënten zonder bijwerkingen, bij wie er sterke aanwijzingen zijn dat zij er baat bij kunnen hebben. Aan die klasse 2-patienten schrijf ikzelf ook steeds vaker medicatie voor.”

“Het zijn patiënten met hetzelfde ziektebeeld, dezelfde klachten, dezelfde symptomen, maar ze reageren niet op medicatie”

Andere pathofysiologie

Ondertussen vindt er veel onderzoek plaats naar nieuwe geneesmiddelen met de midrange-patiënten als primaire indicatiegroep. Voors verwacht dat deze de komende jaren op de markt komen. “Voor die geneesmiddelen vormt deze groep dan wél een klasse 1-indicatie.” Goed nieuws dus, maar toch niet helemaal. Want voor patiënten met hartfalen met een behouden ejectiefractie is er nog steeds geen behandeling. “Ergens is dat vreemd, want het zijn patiënten met hetzelfde ziektebeeld, dezelfde klachten, dezelfde symptomen, maar ze reageren niet op medicatie. Vermoedelijk ligt er bij hen een andere pathofysiologie ten grondslag aan de ziekte dan bij patiënten met een lage en midrange-ejectiefractie.”

“We moeten daarom alles op alles zetten om meer onderzoek te doen naar deze patiëntengroep”

Buitengewoon frustrerend

Dat er voor hen nog geen behandeling is, noemt Voors buitengewoon frustrerend. “Dat zijn patiënten tegen wie ik moet zeggen: we kunnen bij u de diagnose weliswaar stellen, maar ik kan u verder niet goed helpen. We moeten daarom alles op alles zetten om meer onderzoek te doen naar deze patiëntengroep, zodat we de pathofysiologie beter gaan begrijpen en er hopelijk op termijn wél een behandeling voor hen beschikbaar komt.”

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Limburgse apotheek wil chronisch gebruik slaap­medi­catie voorkomen

Apotheker Waan Yasen startte in samenwerking met huisartsen en de gemeente Reuver een project om chronisch gebruik van slaapmedicatie te voorkomen. “We willen patiënten bewust maken van de risico’s. Een alternatief voor medicatie is bijvoorbeeld slaaptherapie.”

‘Zorg dat je digitaal geletterd blijft’

Maartje Schermer deelt enkele ethische vraagstukken die spelen bij technologische ontwikkelingen in de zorg, zoals AI. “Wees er niet bang voor, probeer het uit, en vooral: blijf je er vragen bij stellen. Want één ding is zeker: dit gaat niet meer weg.”

‘Het is belangrijk om de hele mens te zien als arts’

Geïnspireerd door haar eigen leven verkent Machteld Huber inzichten en praktische handvatten over de laatste levensfase onder de titel ‘De laatste 1000 dagen’. “Artsen richten zich vaak puur op het fysieke, terwijl de mens een combinatie is van lichaam en geest.”

Ook medisch specialisten kunnen Bloeizones inzetten

Dyane Stolwijk-Woudstra wil medisch specialisten inspireren om Bloeizones door te zetten naar de tweedelijnszorg. “Het gaat er niet om dat je een probleem signaleert en dat ook meteen moet oplossen, maar maak het bespreekbaar, daar gaat het om!”

Casus: man met hinderlijk nachtplassen

Een 67-jarige man bezoekt uw spreekuur met al langer bestaande hinderlijke klachten van nycturie. De ochtendplas niet meegerekend moet hij er zeker drie keer per nacht uit, maar ook wel vaker. Wat is uw diagnose?

Casus: jongen met klachten na operatie keelamandelen

Op de dienstpost verschijnt de 6-jarige Daan, die afgelopen woensdag is geopereerd aan zijn keelamandelen. Hij wil niet drinken, heeft keelpijn, ruikt naar uit zijn mond, is hangerig en heeft witte plekken achter in de mond. Wat is uw diagnose?

Geneeskunde­­student­en krijgen bijsluiter bij AI

Eerstejaars studenten geneeskunde in Leiden krijgen les in de betekenis van AI en medische technologie. Marcel Haas probeert de studenten te laten nadenken over hun rol als arts in de toekomst. “Hoe kunnen artsen technologie inzetten in het contact met patiënten?”

‘Ergo­therapie is het meest bewaarde geheim in de gezond­heids­zorg’

De meerwaarde van ergotherapie in de eerste lijn is bij veel artsen onbekend, terwijl het vak hen juist helpt om zorg dicht bij huis te kunnen bieden, vertelt Lucelle van de Ven. “De paramedische zorg in de eerste lijn moet groeien, dus ook de ergotherapie.”

Winst in levensjaren met persoonlijke aanpak bijwerk­ingen immuun­therapie

De onderzoeksgroep van Karijn Suijkerbuijk ontdekte dat prednison het effect van immuuntherapie bij kanker onderdrukt. Prednison is vaak nodig voor de bijwerkingen, maar zou persoonlijker ingezet moeten worden. “Mijns inziens moet de richtlijn worden aangepast.”

‘Wil je het komende jaar zwanger worden?’

De vraag ‘Wil je het komend jaar zwanger worden?’ zou veel vaker gesteld moeten worden door álle hulpverleners, stelt Annemarie Mulders. “Gezond zwanger worden begint bij bewustwording en kennis over het belang van de periode vóór de zwangerschap.”


0
Laat een reactie achterx