Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Ongezond voedselaanbod zorgt voor meer hart- en vaatziekten
Het klinkt best logisch: je stemt je eetgedrag af op wat er in jouw buurt voorhanden is. Maar tot voor kort was dit verband nog niet officieel vastgesteld. Hoogleraar epidemiologie Joline Beulens (Amsterdam UMC) heeft nu harde cijfers over de relatie tussen het aanbod van voedsel in iemands omgeving en het risico op hart- en vaatziekten. “Als er meer fastfood wordt aangeboden, maken mensen daar vaker gebruik van.”
Van huis uit is Joline Beulens voedingskundige. Daar ligt dan ook de link met veel van haar onderzoeken over de relatie tussen verschillende voedingsfactoren en het risico op diabetes en hart- en vaatziekten. “Ik heb langzaam de omslag gemaakt van de vraag ‘wat moet je doen om gezond te eten en te drinken?’ naar ‘hoe krijgen we mensen zo ver dat ze dat ook echt doen?’. Zo kwam ik op de vraag wat er nu precies voor zorgt dat iemand wel of niet gezond gaat eten en welke rol de omgeving daarin speelt.”

“Mensen in een gezondere woonomgeving hebben 10% minder kans op hart- en vaatziektes”
Hoogleraar epidemiologie Joline Beulens
Meer fastfood
Uit eerder onderzoek bleek al dat tussen 2004 en 2018 de hoeveelheid fastfoodoutlets en restaurants in Nederland enorm gegroeid is. “Het voedselaanbod is daarmee ongezonder geworden. Vervolgens keken we of die veranderingen in het aanbod in verband staan met het risico op hart- en vaatziekten. En dat bleek te kloppen.”
Tien procent minder kans
Beulens nam in een landelijk onderzoek met meer dan vier miljoen deelnemers ouder dan vijfendertig jaar en die tijdens het onderzoek niet verhuisden, hun woonomgeving onder de loep. In het onderzoek keek Beulens naar het aanbod van verschillende outlets, van fastfood tot restaurants, supermarkten, groenteboeren en slagers. Het totaalaanbod van die outlets in iemands omgeving heet de Food Environment Healthiness Index, waarbij de verschillende outlets afzonderlijk een score krijgen op basis van de gezondheid van hun aanbod. “Voor iedereen in de studie hebben we berekend wat ze in hun omgeving aan aanbod hebben. Mensen die in een gezondere omgeving woonden, hadden een lager risico op hart- en vaatziekten van 10%. Dat hebben we berekend door het aantal hart- en vaatziekte gerelateerde ziekenhuisopnames en sterfgevallen te onderzoeken dat is geregistreerd door het Centraal Bureau van de Statistiek. Door die uitkomsten te koppelen aan het voedselaanbod, komen we tot onze conclusie dat mensen in een gezondere woonomgeving 10% minder kans hebben op hart- en vaatziekten. In onze analyse is gecorrigeerd voor zaken als inkomen, geslacht, leeftijd en of je in een stedelijke of landelijke omgeving woont.”
“Artsen kunnen tijdens een leefstijlgesprek actief informeren naar hoe vaak iemand buiten de deur eet”
Bewustwording
Wat kunnen bijvoorbeeld cardiologen nu met deze uitkomst? “Misschien niet direct veel in hun dagelijkse praktijk in de spreekkamer,” zegt Beulens. “Ik denk wel dat het goed is dat cardiologen zich bewust zijn van deze uitkomsten. Ze zien dagelijks veel mensen die risico lopen op hart- en vaatziekten. Die patiënten adviseren ze waarschijnlijk om hun leefstijl te veranderen. Als ze weten in wat voor omgeving iemand woont, kunnen ze er rekening mee houden hoe moeilijk of gemakkelijk dat zal zijn. Of ze kunnen tijdens een gesprek over het voedingspatroon actief informeren naar hoe vaak iemand buiten de deur eet of een maaltijd laat bezorgen. Datzelfde geldt voor een leefstijlcoach of diëtist waar cardiologen naar kunnen verwijzen. Ook zij kunnen gebruik maken van de kennis die wij hebben opgedaan en zo actief en gerichter meedenken over eventuele veranderingen in het voedselpatroon.”
“Het onderzoek laat zien dat we een nationaal probleem hebben”
Stapje extra
Eigenlijk zouden we met zijn allen nog een stap verder moeten gaan, vindt Beulens. “Het onderzoek laat zien dat we op nationale schaal een probleem hebben. Veel aanbod van voedsel is ongezond. Het zou goed zijn als er bijvoorbeeld in supermarkten meer gezonde voeding wordt aangeboden om de prevalentie van obesitas en daarmee samenhangend ook hart- en vaatziekten omlaag te brengen. Die stap hangt niet van een enkel individu af, maar van de maatschappij in zijn geheel en de rol die de overheid wil en kan nemen om het aanbod van ongezonde voeding te verminderen.”