DOQ

Minder diagnoses kanker tijdens COVID-epidemie in Nederland

De chaos die is veroorzaakt door COVID-19, heeft geresulteerd in een substantiële afname van het aantal diagnoses kanker in Nederland in vergelijking met de periode vóór deze pandemie. Dat is gevonden bij analyse van de gegevens van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) die in een ingezonden brief in The Lancet Oncology werden gepresenteerd.  

COVID-19 heeft wereldwijd een ongekende druk gezet op de gezondheidszorg. Dat geldt ook voor Nederland. Op 27 februari 2020 werd voor het eerst in ons land COVID-19 vastgesteld. Daarna verspreidde dit coronavirus zich snel. Om de verspreiding te remmen, heeft de regering vanaf 15 maart een streng social distancing beleid ingesteld. 

(bron foto pixabay)

De afname van het aantal diagnoses kanker was het grootst voor huidkanker. Dit effect werd waargenomen in alle leeftijdscategorieën en alle regio’s. Deze epidemiologische veranderingen zijn gevonden bij analyse van NKR-gegevens over de periode tussen 24 februari en 12 april. Ze zijn gebaseerd op de eerste gevallen dat de diagnose is vastgesteld door het Pathologisch-Anatomisch Landelijk Geautomatiseerd Archief (PALGA). 

Verklaringen 

Er zijn verschillende verklaringen voor de afname van het aantal diagnoses kanker. Ten eerste is het mogelijk dat personen met niet-specifieke symptomen die zouden kunnen passen bij kanker, niet een huisarts durven te raadplegen. Mensen kunnen tevens bang zijn data ze tijd van de huisarts verspillen voor niet-COVID-19-gerelateerde symptomen. Ook kunnen patiënten denken dat er onvoldoende capaciteit is voor niet-COVID-19-gerelateerde zorg en bang zijn om in een gezondheidszorgomgeving geïnfecteerd te raken met dit coronavirus.  

Een tweede verklaring is dat de meeste huisartsconsulten voor niet-acute problemen plaatsvinden via telemedicine. Het is mogelijk dat huisartsen in geval van symptomen die niet direct wijzen op kanker, de initiële diagnostiek uitstellen. Ook is het mogelijk dat ziekenhuizen de aanvullende diagnostiek uitstellen of hiervoor een langere doorlooptijd hebben, omdat veel ziekenhuisfaciliteiten gebruikt worden voor de aanpak van COVID-19.  

Een laatste verklaring voor de afname van het aantal diagnoses kanker is dat op 16 maart de bevolkingsonderzoeken naar borst-, colorectale en cervixkanker tijdelijk zijn gestopt, bedoeld om de druk die COVID-19 op het gezondheidszorgsysteem legt, te verlichten. Het effect hiervan wordt wellicht op de lange termijn duidelijk.  

Adviezen van IKNL 

Het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL), waar het NKR onder valt, heeft in april meerdere keren bericht over de verontrustende bevindingen van minder diagnoses kanker. Deze berichtgeving had enkele doelstellingen. Om te beginnen werd geadviseerd om in geval van klachten naar de huisarts te gaan.  

Daarnaast werden huisartsen aangemoedigd om patiënten met vermoedelijke kanker door te verwijzen naar een oncoloog. Ten derde werd een beroep gedaan op het opnieuw starten van de bevolkingsonderzoeken. Ten slotte werd de misvatting dat mensen in een gezondheidszorgomgeving een verhoogd risico om met dit coronavirus geïnfecteerd te raken, ontkracht. 


Dinmohamed AG, Visser O, Verhoeven RHA, et al. Fewer cancer diagnoses during the   COVID-19 epidemic in the Netherlands. Lancet Oncol. 2020 Apr 30. 

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/?term=32359403

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”

Casus: vrouw met veranderd defecatiepatroon

Een vrouw wordt naar de polikliniek gestuurd in verband met een veranderd defecatiepatroon. Ze heeft wat frequenter dan gebruikelijk ontlasting. Er zijn wat vage buikklachten in de zin van rommelingen en krampen. Ze gebruikt geen medicatie. Wat is uw diagnose?