DOQ

Onderzoek naar diagnostiek melkallergie bij kinderen

Artsen en diëtisten van het Martini Allergie Centrum voor Kinderen (MACK) hebben de diagnostiek bij kinderen met een verdenking op een melkallergie onderzocht. Met de uitkomsten willen zij de zorg voor jonge patiënten met een allergie verder verbeteren.

Om een voedselallergie aan te tonen of uit te sluiten, kan het te testen voedingsmiddel worden ‘verstopt’ in een gerecht zoals een muffin, hamburger of pannenkoek. Tijdens deze zogenaamde provocatietesten wordt door gespecialiseerde verpleegkundigen goed in de gaten gehouden of bij de kinderen allergische reacties optreden.

(bron foto pixabay)

Het is bekend dat ouders regelmatig aangeven dat hun kind thuis toch reageert op melkproducten, terwijl dit tijdens de test in het ziekenhuis niet het geval was. Een reden zou kunnen zijn dat een kind een allergische reactie ontwikkelt als het thuis meer melk zou binnenkrijgen dan tijdens de provocatietest. Enkele jaren geleden is daarom door deskundigen geadviseerd dat het kind tijdens een provocatietest ten minste dezelfde hoeveelheid melk moet binnenkrijgen als het kind normaal gesproken thuis tijdens een portie ook zou eten of drinken.

Uitdaging

Maar dat is soms best lastig, want de meeste provocatietesten voor melk worden verricht bij (zeer) jonge kinderen. Tijdens de provocatietest wordt gewone melk toegevoegd aan koemelkvrije voeding. Het kan een behoorlijke uitdaging zijn om deze hoeveelheid melk (ongeveer een glas) te verstoppen in een ander voedingsmiddel. Het kind moet het gerecht namelijk lekker vinden én bovendien de totale hoeveelheid ook nog kunnen eten of drinken in de tijd die voor de test staat: circa vijf uur.

Klein verschil

De artsen en diëtisten van het MACK hebben hun provocatietesten aan de hand van deze richtlijn aangepast door gebruik te maken van geconcentreerde melk. Ze hebben vervolgens onderzocht hoeveel ouders aangeven dat hun kind thuis toch reageert op melk terwijl dit tijdens de provocatietest niet het geval was. De onderzoekers wilden graag weten of het uitmaakt of je de provocatietest uitvoert met een grotere hoeveelheid melk. Dit blijkt niet zo te zijn, het aantal ouders dat aangeeft dat hun kind thuis toch reageert op melkproducten was in beide groepen vergelijkbaar. De onderzoekers waren ook benieuwd of het uitmaakt of je gewone melk, melkpoeder of geconcentreerde melk gebruikt tijdens de provocatietest. Ze vonden een klein verschil, het lijkt beter om gebruik te maken van gewone melk in plaats van melkpoeder of geconcentreerde melk.

Uitkomst

Het is onduidelijk hoe het komt dat kinderen thuis toch klachten krijgen terwijl dit tijdens de provocatietest niet gebeurde. Het kan zijn dat de melkproducten die de kinderen thuis krijgen makkelijker een allergische reactie veroorzaken omdat de melkeiwitten in die producten anders zijn. Maar het kan ook zijn dat de klachten niet worden veroorzaakt door melk, maar dat het kind bijvoorbeeld huiduitslag of diarree krijgt omdat het ziek is of gaat worden. De uitkomsten van ons onderzoek zijn een reden om te bekijken hoe de provocatietesten voor melk kunnen worden aangepast. En om verder onderzoek te doen naar het meest geschikte melkproduct om mee te testen.

Bron: Martini Ziekenhuis
Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”

Casus: vrouw met veranderd defecatiepatroon

Een vrouw wordt naar de polikliniek gestuurd in verband met een veranderd defecatiepatroon. Ze heeft wat frequenter dan gebruikelijk ontlasting. Er zijn wat vage buikklachten in de zin van rommelingen en krampen. Ze gebruikt geen medicatie. Wat is uw diagnose?