Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
‘Orgaanperfusie heeft de toekomst’
Donorlongen testen, de functionaliteit ervan verbeteren, ze langer houdbaar houden, eventuele infecties behandelen. De voordelen van orgaanperfusie, ofwel de kwaliteit van donorlongen onderzoeken buiten het lichaam, zijn talrijk, vertelt Jet Peek. Zij is klinisch technoloog en orgaanperfusionist in het Erasmus MC.
“Tijdens de perfusie sluiten we de longen aan op een hartlong- en beademingsmachine waarmee we de longen kunnen beademen. Deze procedure, waarbij we perfusievloeistof door de longen laten stromen, geeft ons de gelegenheid de longen te onderzoeken. Hoe goed doen ze het, kunnen we de kwaliteit ervan verder optimaliseren? Soms zitten er bloedstolsels in de longen die we er kunnen uitspoelen met medicatie, om de longembolieën op te lossen. Maar we kunnen ook antibiotica toedienen bij kleine infecties, of met een bronchoscopie slijm wegzuigen in de luchtwegen en daarmee de gaswisseling in de longen verbeteren.”
“Met perfusie kun je de kwaliteit van de longen onderzoeken. Handig, want alleen aan de buitenkant ervan kun je lang niet alles zien”
Klinische technoloog en orgaanperfusionist Jet Peek
Longen afwijzen
Orgaanperfusie is een nieuwe ontwikkeling in de transplantatiegeneeskunde. Het draagt bij aan een betere kwaliteit van de donororganen, zodat deze beter geschikt gemaakt kunnen worden voor transplantatie. “Niet alle longen komen voor transplantatie in aanmerking. De longarts moet soms longen afwijzen omdat de kwaliteit onvoldoende is. Dat is jammer, want er is al een tekort aan het aantal donororganen.”
Dat is ook meteen een indicatie voor orgaanperfusie. “Niet bij alle longen is perfusie nodig. De longarts krijgt alle beschikbare data over de donor. Hij kan daardoor goed inschatten welke longen getransplanteerd kunnen worden. Sommige longen zijn zo gezond, daar is geen extra check voor nodig. Maar soms twijfelt de arts aan de kwaliteit van de donorlongen. Dan is het goed om deze ‘op de pomp’ te zetten. Denk aan longen van donoren die in slechte lichamelijke conditie verkeerden, of waarbij een lange reistijd nodig was om bij de ontvanger te komen. Dan is het handig als je met perfusie de kwaliteit van de longen kunt onderzoeken. Want alleen aan de buitenkant ervan kun je lang niet alles zien.”
“Als je de donorlongen langer op de pomp kan houden vóór transplantatie, kan de patiënt zich er beter op voorbereiden”
Beter voorbereid
De meeste longen komen na perfusie in aanmerking voor transplantatie. Zowel voor longarts als ontvanger is dat goed nieuws. “We hebben daardoor meer donorweefsel waarmee we ook de wachtlijsten voor transplantatie kunnen terugdringen.”
Dat is niet het enige voordeel, want doordat de longen altijd ‘s nachts op de pomp worden gezet, kan de chirurg overdag de transplantatie doen. “En we weten dat ‘s nachts opereren tot slechtere uitkomsten leidt. ‘s Nachts opereren hoeft nu gelukkig niet meer.”
Bovendien kan perfusie bijdragen aan een betere match tussen ontvanger en donorweefsel, vervolgt Peek. “De lichamelijke conditie van ontvangers, bijvoorbeeld patiënten met COPD of longfibrose, is slecht. En een transplantatie is ingrijpend, zowel voor de fysieke als mentale gezondheid van de patiënt. Als je de donorlongen dan langer op de pomp zou kunnen houden vóór transplantatie, kan de patiënt zich er beter op voorbereiden. Bijvoorbeeld door iets aan te sterken met gerichte voeding of beweging, zodat hij de transplantatie aan kan. Zover zijn we nog niet, maar dat is wel waar we naartoe willen.”
“Ook bij andere donororganen, zoals nieren, lever, hart, is perfusie mogelijk.”
Toekomst
Orgaanperfusie heeft de toekomst, Peek is ervan overtuigd. “Ook bij andere donororganen, zoals nieren, lever, hart, is perfusie mogelijk. Vrijwel alle organen die getransplanteerd kunnen worden, kun je op de pomp zetten. Dat betekent dat er meer én kwalitatief betere donororganen beschikbaar komen voor patiënten.”
Best of both worlds
Voor Peek persoonlijk is haar werk als orgaanperfusionist een droombaan. “Ik ben afgestudeerd als klinisch technoloog, een vak op het snijvlak van geneeskunde en medische technologie. Engineers en artsen begrijpen elkaar niet altijd. De opleiding klinische technologie bouwt daarom een brug tussen twee werelden. Ik heb the best of both worlds, zo voelt dat. Daar komt bij dat ik mijn baan combineer met een promotieonderzoek naar Extended Reality in de hart- en longchirurgie. Iets heel anders. Voor mij is dat de perfecte combinatie. Ik houd van onderzoek doen, maar wil ook graag praktisch bezig zijn én verantwoordelijkheid dragen. Die verantwoordelijkheid, die draag ik nu.”