DOQ

Parkinson in het verpleeghuis: ‘Wél de diagnose maar niet de ziekte, én andersom’

Veel Parkinsonpatiënten in het verpleeghuis krijgen te lage doses medicatie. Dat blijkt uit promotieonderzoek van neuroloog Nico Weerkamp. “De geneesmiddelen zijn er, dus verpleeghuisartsen kunnen op een vrij eenvoudige manier helpen de levenskwaliteit van deze mensen te verbeteren.”

Weinig neurologen zullen zó veel verpleeghuizen hebben bezocht als Nico Weerkamp, neuroloog van Haaglanden Bronovo MC (HMC) in Den Haag in 2012. Hij deed dat in het kader van zijn promotieonderzoek aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Collega-onderzoekers uit de groep van hoogleraar neurologische bewegingsstoornissen Bas Bloem hielpen hem mee data te verzamelen voor zijn proefschrift. “In honderd verpleeghuizen in Limburg, Zuidoost-Brabant en de regio Nijmegen hebben we gekeken naar mensen met symptomen van Parkinson”, vertelt hij.

Ten onrechte

De belangrijkste conclusies? Dat de ziekte vaak ten onrechte is gediagnosticeerd óf juist over het hoofd wordt gezien. En ook dat bij Parkinsonpatiënten de medicatiedoses dikwijls te laag zijn. Dit geldt voor zowel middelen tegen traagheid en stijfheid als medicijnen tegen niet-motorische verschijnselen.

Verkeerde diagnoses

Weerkamp concretiseert: “We zijn begonnen met 250 verpleeghuisbewoners die te boek stonden als Parkinsonpatiënt of bij wie een vermoeden van de ziekte bestond. Met een anamnese achterhaalden we of hun klachten pasten bij Parkinson. Daarna ondergingen de deelnemers een lichamelijk onderzoek. Hieruit is over-diagnostiek aan het licht gekomen: een vijfde van de mensen met de diagnose ‘Parkinson’ bleek de ziekte niet te hebben. Het tegenovergestelde kwam ook voor: wél Parkinson, maar niet de diagnose. Of iemand werd behandeld aan een ziektebeeld, zoals een loopstoornis, terwijl de verpleeghuisarts niet in de gaten had dat het een symptoom was van Parkinson.”

Raadpleeg een neuroloog!

Het advies van Weerkamp aan verpleeghuisartsen: “Als je een patiënt krijgt aangeboden met de diagnose ‘Parkinson’, controleer dan goed of dit werkelijk het geval is. Aarzel ook niet een neuroloog te raadplegen die is gespecialiseerd in patiënten met een bewegingsstoornis.”

Van de 250 verpleeghuisbewoners bleken er 160 Parkinson te hebben. 75 waren geestelijk in staat samen met de onderzoekers klinimetrische vragenlijsten door te nemen. Dit wierp onder meer licht op hun motorische en niet-motorische conditie. Weerkamp: “Bijna de helft van deze 75 deelnemers had ernstige last van traagheid en stijfheid. Zoiets is vaak onnodig. Met levodopa zijn deze motorische symptomen vrij goed te beheersen. Het is dan wel zaak een dosering voor te schrijven die hoog genoeg is. Bij deze patiënten was sprake van onder-behandeling.”

Onnodige wanen en hallucinaties

Traagheid en stijfheid mogen hinderlijk zijn, maar Parkinsonpatiënten ondervinden doorgaans nóg meer klachten vanwege niet-motorische symptomen. Weerkamp: “Hun levenskwaliteit wordt ernstig beïnvloed door bijvoorbeeld wanen, hallucinaties, geheugenstoornissen en plas- of ontlastingsproblemen. Het was dan ook pijnlijk te concluderen dat de 75 geïnterviewde deelnemers gemiddeld tien niet-motorische verschijnselen hadden. Ook hier is de boodschap aan de verpleeghuisarts: er is medicatie voorhanden om klachten te voorkomen of de situatie te verbeteren.”

Behandelrichtlijnen

Weerkamp verdedigde afgelopen najaar zijn proefschrift. In de maanden erna hebben veel verpleeghuisartsen zich aangesloten bij ParkinsonNet, een landelijk netwerk van zorgverleners die zijn gespecialiseerd in behandeling en begeleiding van Parkinsonpatiënten. Weerkamp: “Al 200 verpleeghuisartsen én hun bewoners doen er hun voordeel mee. Ik hoop dat er meer volgen. Je neemt bijvoorbeeld kennis van de behandelrichtlijnen.”

 

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Minder administratie, beter contact

AI kan artsen ondersteunen door administratieve lasten te verlichten, ziet Juliën Rezek. Transcriptietools maken automatisch verslagen, waardoor artsen meer tijd hebben voor patiënten. “Hierdoor kunnen artsen dieper ingaan op klachten, wat resulteert in betere zorg.”

‘Laten we allemaal één stapje in elkaars domein zetten’

Zorgverleners hebben nog onvoldoende oog voor het verband tussen mentale klachten, hormonale klachten en hart- en vaatziekten bij vrouwen, aldus Sandra Kooij. Meer samenwerking tussen verschillende disciplines is nodig. “Kijk bij elkaar mee. Geef elkaar advies.”

Casus: oudere patiënte met reukproblemen

Op het spreekuur komt een 70-jarige vrouw in verband met problemen met ruiken. De problemen zijn enkele jaren eerder gestart. Initieel met minder goed ruiken (hyposmie), sinds een half jaar worden geuren steeds vaker als vies ervaren (kakosmie). Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten in de bovenbuik

Een man heeft in toenemende mate klachten van pijn in de bovenbuik. De pijn is zeurend en soms stekend en zit middenin de buik. Wat is uw diagnose?

Van tropenarts naar huisarts op Texel

Josine Blanksma werkte jarenlang als tropenarts voor Artsen zonder Grenzen en is een paar jaar geleden een nieuw avontuur aangegaan: ze werkt nu als huisarts op Texel. “Mijn nieuwe carrièrepad is heus niet minder uitdagend te noemen.”

‘Ik kan niet wachten op de eerste geprinte lasagne’

Ineke Obbema werkt met 3D-geprinte maaltijden voor mensen met slikproblemen bij het Máxima MC. De herkenbare vormen en verbeterde smaak bieden een opvallend alternatief voor traditionele gemalen voeding. “Je kunt meteen proeven dat er een chef-kok achter zit.”

Klimaatimpact onderzoeken voor een heel zorgpad

Lisanne Kouwenberg doet onderzoek naar de milieu-impact van zorgpaden. Dat kan aangrijpingspunten opleveren voor het verlagen van de klimaatimpact. “De meeste studies kijken naar één behandeling. Maar daar zit een heel traject omheen dat er ook aan bijdraagt.”

Help patiënten te stoppen met roken: ‘Minder zenden en meer interacteren’

Marieke Helmus combineert kunst en innovatie om het gesprek over stoppen met roken te starten. Met tools zoals een ‘Chat met je sigaret’-chatbot en humoristische ansichtkaarten helpt ze moeilijk bereikbare groepen om na te denken over hun rookgedrag.

Is er een dokter aan boord?

Wat doe je als er in een vliegtuig om een arts wordt gevraagd? Huisarts en luchtvaartgeneeskundige Peter Nijhof legt uit hoe medische noodgevallen in de lucht worden aangepakt, van de rol van artsen en cabinepersoneel tot het gebruik van medische kits en noodlandingen.

‘Stress verdient centrale plek in het consult’

Chronische stress, vaak gekoppeld aan sociale problemen, kan gezondheidsklachten veroorzaken. Feia Hemke pleit voor meer aandacht hiervoor in de spreekkamer en ontwikkelde tools om dit bespreekbaar te maken. “Hierdoor voorkom je onnodige medicalisering.”