Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Patiënten met lekkende mitralisklep herstellen sneller door HARPOON-techniek
Een minimaal invasieve ingreep, gebruik van de hartlongmachine is niet nodig. Het hart wordt niet stilgezet, de chirurg kan on the spot voortgang en resultaat zien van de procedure. En vooral: een sneller herstel van de patiënt. Dat zijn volgens Patrick Klein, cardiothoracaal chirurg in het Hartcentrum van het St. Antonius Ziekenhuis, de voordelen van de nieuwe zogeheten HARPOON-reparatietechniek. Hiermee kan een lekkende mitralisklep op het kloppende hart worden geopereerd.
Afgelopen zomer voerde Klein samen met collega Thom de Kroon en imaging cardioloog Martins Swaans de innovatieve procedure voor het eerst uit in Nederland. De HARPOON-techniek bestaat uit een soort pistool met daaraan een lange buis die via een kleine opening tussen de ribben naar de lekkende klep van het hart gaat, legt Klein uit. “Met een slokdarmecho brengen we de klep in beeld. Vervolgens schieten we ‘zelfknopende’ hechtingsdraden in de randen van de klep. Die draden worden nauwkeurig op lengte gemaakt en corrigeren daarmee het doorslaan van de klep bij het samentrekken van de linkerhartkamer.”
Kortere hersteltijd
De operatie is minimaal invasief – slechts een kleine opening, tussen de ribben door, van de borstkas is nodig – en het hart blijft op eigen kracht kloppen tijdens de HARPOON-procedure. Daardoor is de hersteltijd van patiënten vele malen korter dan na een conventionele hartoperatie, stelt Klein. “We zien een halvering van de opnametijd, en snellere mobiliteit als patiënten weer thuis zijn. De eerste patiënt die we afgelopen zomer behandelden, kon na enkele dagen thuis zijn veters weer strikken. Dat klinkt triviaal, maar dat is een activiteit waartoe de meeste mensen de eerste weken na een conventionele operatie niet in staat zijn.”
“Ik zie ter plekke of de ingreep leidt tot correctie van de lekkende klep. Indien gewenst, kan ik deze on the spot verder finetunen of aanpassen”
Uitermate nauwkeurig
Doordat de hartlongmachine niet hoeft te worden ingezet, lopen patiënten bovendien geen risico op complicaties daarvan. “Hartlongmachines zijn de afgelopen jaren weliswaar steeds veiliger geworden, maar het risico op complicaties kun je nooit uitsluiten. Dus als je de machine niet nodig hebt, heeft dat voordelen. Daar komt bij dat de HARPOON-procedure onder echogeleide plaatsvindt, dat maakt de procedure uitermate nauwkeurig. Ik kan ter plekke zien of de ingreep leidt tot correctie van de lekkende klep. Indien gewenst, kan ik deze on the spot verder finetunen of aanpassen. We voorkomen daarmee dat we de procedure moeten herhalen, iets wat bij de conventionele operatie nogal eens voorkomt. Voor de patiënt is dat uiteraard belastend.”
“In ons Hartcentrum streven we ernaar om uiteindelijk zo’n dertig procent van de patiënten met degeneratieve mitralisklepziekte met deze procedure te behandelen”
Patiëntselectie
Het indicatiegebied van de HARPOON-techniek is de behandeling van patiënten met degeneratieve mitralisklepziekte. Klein en zijn collega’s behandelen echter niet alle patiënten met deze klepaandoening. “Met de klassieke hartoperatie kunnen we 90 – 95 procent van de patiënten met een lekkende mitralisklep op basis van degeneratie behandelen. Zo’n hoog percentage halen we niet met de HARPOON-techniek. Dat komt doordat we met deze procedure een minder breed behandelarsenaal hebben als bij de klassieke hartoperatie.” De crux van de HARPOON-procedure zit hem daarom in de patiëntselectie. “In ons Hartcentrum streven we ernaar om uiteindelijk zo’n dertig procent van de patiënten met degeneratieve mitralisklepziekte met deze procedure te behandelen. Dat is weliswaar een grote groep, maar het zijn niet alle patiënten.”
Oudere patiënten
Klein en zijn collega’s hebben ervoor gekozen om de behandeling primair te reserveren voor patiënten van zeventig jaar en ouder. “Dat is de groep waarbij degeneratieve mitralisklepziekte het meeste voorkomt. We denken dat zij er het meeste van profiteren, doordat ze sneller kunnen herstellen van de behandeling. Jongere patiënten herstellen sowieso sneller van een operatie, voor hen is de conventionele operatie wat ons betreft vooralsnog de beste behandelkeuze.”
“We betrekken steeds vaker aspecten als kwaliteit van leven in onze uitkomsten van zorg”
Afwegingen
Dat raakt meteen aan een thema dat in de cardiologie en cardiothoracale chirurgie een steeds grotere rol gaat spelen, constateert Klein. “Het gaat steeds vaker om de afweging tussen behandeleffectiviteit en een betere kwaliteit van leven voor de patiënt. Bij patiënten van 40 – 50 jaar gaat het primair om overleving, naast een vermindering van klachten. Maar patiënten van 70 jaar en ouder vinden vooral een goede kwaliteit van leven belangrijk. Stel dat de HARPOON-procedure slechts 90 procent van de effectiviteit heeft van de klassieke hartoperatie, maar wel leidt tot sneller herstel na operatie en minder impact op de fysieke gesteldheid van de patiënt, dan is dat nog steeds winst. Dat is iets dat je als behandelaar goed met de patiënt behoort te bespreken, zodat deze een goede afweging kan maken. Wat dat betreft maken we als artsen een verschuiving door naar meer patiëntgericht en minder doktersgericht behandelen. En betrekken we steeds vaker aspecten als kwaliteit van leven in onze uitkomsten van zorg. Ik vind dat een goede ontwikkeling.”