DOQ

Pijnlijke oefeningen niet nodig voor herstel van springersknie

Opbouwende oefentherapie waarbij pijn wordt beperkt, leidt tot betere resultaten en een sneller herstel van een springersknie dan de standaardbehandeling van oefentherapie waarbij pijnklachten worden opgewekt. Dat blijkt uit onderzoek van het Erasmus MC.

De eerste stap in de behandeling van een springersknie is het aanpassen van de sportbelasting. Oefentherapie is een andere hoeksteen van de behandeling. Hierbij is excentrische oefentherapie momenteel de standaardbehandeling. Dit is een vorm van oefentherapie waar de pijnklachten moeten worden opgewekt. Er bestaat echter onvoldoende bewijs dat dit effectief is en bovendien was onbekend of deze oefeningen in staat zijn om de peesstructuur te verbeteren.

Opbouwende oefentherapie

Opbouwende oefentherapie is een nieuw concept in de sportgeneeskunde. Deze therapie bestaat uit een vier stadia, die elk met een eigen doel toewerken naar zowel vermindering van de klachten en verbetering van de functie, als mogelijk ook een verbetering van de peesstructuur. Achtereenvolgens worden statische, dynamische, explosieve en sport-specifieke oefeningen uitgevoerd, met opbouwende intensiteit. Een belangrijk verschil met de excentrische therapie is dat deze oefentherapie juist binnen de acceptabele pijngrenzen wordt uitgevoerd.

In 2016 startten dr. Edwin Oei en dr. Robert-Jan de Vos van de afdelingen Radiologie en Orthopedie & Sportgeneeskunde van het Erasmus MC de JUMPER-studie. In de gerandomiseerde klinische studie werden excentrische oefentherapie en de opbouwende oefentherapie met elkaar vergeleken bij sporters met een springerknie. Promovendus Stephan Breda deed zijn onderzoek onder supervisie van Oei (musculoskeletaal radioloog) en De Vos (sportarts).

Resultaten van het onderzoek

Breda toonde aan dat een nieuw opbouwend oefenprogramma effectiever is dan het uitvoeren van pijnlijke oefeningen, die tot op heden volgens de geldende richtlijnen (bijvoorbeeld de NICE guideline) worden geadviseerd. De resultaten van zijn promotieonderzoek zijn gepubliceerd in The British Journal of Sports medicine.

Pijn

Stephan Breda: “Lang was het adagium: No pain, no gain. Hoe meer pijn tijdens de oefeningen, hoe beter. Dat zou het herstel namelijk ten goede komen. De laatste tijd is het idee echter, dat een sporter juist wel naar zijn of haar klachten moet luisteren, de oefeningen moet opbouwen en aanpassingen moet doen als de pijn erger wordt. In ons onderzoek hebben we nu met vragenlijstonderzoek en zeer geavanceerde radiologische technieken kunnen vaststellen dat opbouwende oefentherapie echt beter werkt.”

Naast de publicatie zijn er instructievideo’s van de oefeningen beschikbaar gesteld op de Erasmus MC-website JUMPER-studie om de verbeterde oefeningen makkelijk te kunnen delen met zorgverleners en patiënten.

Aan het onderzoek namen sporters in de leeftijd tussen 18 en 35 jaar deel, die ten minste drie keer per week sport beoefenden met een hoge belasting van de pees onder de knieschijf (patellapees). Voorbeelden zijn basketbal, volleybal, hockey of voetbal. De sporters kwamen in aanmerking als ze symptomen hadden van een springersknie. Deze diagnose werd zowel klinisch als echografisch geëvalueerd. De patiënten die geschikt waren voor deelname aan het onderzoek kregen door middel van loting (randomisatie) één van beide oefentherapieën geïnstrueerd. Deze instructies werden door de sportarts gedaan en ondersteund door informatie en filmpjes op een website. Het oefenprogramma van beide groepen nam in totaal 24 weken in beslag. Binnen deze periode werd ernaar gestreefd om een pijnvrije terugkeer in sport te bereiken.

(Foto: Pixabay)

Pijnscores

De onderzoekers gebruikten onder andere vragenlijsten, waarmee pijnscores en naleving van het oefenprogramma gemeten zijn. Ook is er een aantal fysieke testen uitgevoerd, zoals springhoogtemetingen en krachtmetingen.

Op radiologisch vlak is een aantal nieuwe technieken toegepast. Zo is er een nieuwe MRI-techniek toegepast (3D UTE MRI) op een 3 Tesla MRI scanner. De resolutie en het contrast van de beelden van deze MRI zijn veel hoger dan bij een gebruikelijke MRI-scan, waardoor de microstructuur en de samenstelling van de patellapees beter in kaart kan worden gebracht. Ook kan de samenstelling van de pees in maat en getal worden uitgedrukt, waardoor zelfs subtiele veranderingen in de peesstructuur kunnen worden gedetecteerd, bijvoorbeeld als het gevolg van oefentherapie.

Tevens is de patellapees door middel van echografie onderzocht met een specifiek echografietoestel dat door GE Healthcare ter beschikking is gesteld. Dit toestel is uitgerust met een techniek waarmee de stijfheid van het peesweefsel kon worden bepaald, wederom in maat en getal. Deze methode, elastografie genoemd, werd al langer toegepast bij de diagnostiek van lever- en borstafwijkingen, maar de toepassing bij sportblessures is nieuw.

Deze studie is mede mogelijk gemaakt door een Amerikaanse subsidie van $300.000 die het resultaat is van een unieke samenwerking tussen de National Basketball Association (NBA) en GE Healthcare, waarbij budget beschikbaar werd gesteld voor in totaal zes onderzoeksvoorstellen op het gebied van tendinopathie. Ook wordt de studie ondersteund door de Nederlandse Basketbal- en Volleybalbond.

Springersknie

Patellapees tendinopathie (ook wel Jumper’s knee of springersknie genaamd) is een veelvoorkomende blessure bij sporters die springen, zoals basketballers en volleyballers. Ongeveer 32% van de basketballers en 45% van de volleyballers krijgt te maken met een springersknie. Een springersknie leidt tot pijn en verminderde functie. Voor de sporter betekent dit dat de sport niet meer goed kan worden gedaan.

De springersknie geeft echter ook in het dagelijks leven vaak problemen. Met de reguliere beeldvormingstechnieken (echografie of MRI) kan een zwelling van de kniepees worden waargenomen en een aangetaste structuur van de peesvezels. De springersknie ontstaat in verschillende stadia. Het reactieve stadium ontstaat na acute overbelasting en resulteert in een snelle aanpassing van de pees, waarbij aanmaak van proteoglycanen leidt tot verdikking van de pees door het vasthouden van water. In de chronische fase ontstaat er een scheiding van collageenvezels en aantasting van de normale peesstructuur. Gevolgen van deze aanpassingen zijn vooral veel pijn, waardoor sportactiviteiten niet meer op het gewenste niveau meer kunnen worden uitgevoerd.

Bron: www.amazingerasmusmc.nl
Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

‘Zorg dat je digitaal geletterd blijft’

Maartje Schermer deelt enkele ethische vraagstukken die spelen bij technologische ontwikkelingen in de zorg, zoals AI. “Wees er niet bang voor, probeer het uit, en vooral: blijf je er vragen bij stellen. Want één ding is zeker: dit gaat niet meer weg.”

‘Het is belangrijk om de hele mens te zien als arts’

Geïnspireerd door haar eigen leven verkent Machteld Huber inzichten en praktische handvatten over de laatste levensfase onder de titel ‘De laatste 1000 dagen’. “Artsen richten zich vaak puur op het fysieke, terwijl de mens een combinatie is van lichaam en geest.”

Ook medisch specialisten kunnen Bloeizones inzetten

Dyane Stolwijk-Woudstra wil medisch specialisten inspireren om Bloeizones door te zetten naar de tweedelijnszorg. “Het gaat er niet om dat je een probleem signaleert en dat ook meteen moet oplossen, maar maak het bespreekbaar, daar gaat het om!”

Casus: man met hinderlijk nachtplassen

Een 67-jarige man bezoekt uw spreekuur met al langer bestaande hinderlijke klachten van nycturie. De ochtendplas niet meegerekend moet hij er zeker drie keer per nacht uit, maar ook wel vaker. Wat is uw diagnose?

Casus: jongen met klachten na operatie keelamandelen

Op de dienstpost verschijnt de 6-jarige Daan, die afgelopen woensdag is geopereerd aan zijn keelamandelen. Hij wil niet drinken, heeft keelpijn, ruikt naar uit zijn mond, is hangerig en heeft witte plekken achter in de mond. Wat is uw diagnose?

Geneeskunde­­student­en krijgen bijsluiter bij AI

Eerstejaars studenten geneeskunde in Leiden krijgen les in de betekenis van AI en medische technologie. Marcel Haas probeert de studenten te laten nadenken over hun rol als arts in de toekomst. “Hoe kunnen artsen technologie inzetten in het contact met patiënten?”

‘Ergo­therapie is het meest bewaarde geheim in de gezond­heids­zorg’

De meerwaarde van ergotherapie in de eerste lijn is bij veel artsen onbekend, terwijl het vak hen juist helpt om zorg dicht bij huis te kunnen bieden, vertelt Lucelle van de Ven. “De paramedische zorg in de eerste lijn moet groeien, dus ook de ergotherapie.”

Winst in levensjaren met persoonlijke aanpak bijwerk­ingen immuun­therapie

De onderzoeksgroep van Karijn Suijkerbuijk ontdekte dat prednison het effect van immuuntherapie bij kanker onderdrukt. Prednison is vaak nodig voor de bijwerkingen, maar zou persoonlijker ingezet moeten worden. “Mijns inziens moet de richtlijn worden aangepast.”

‘Wil je het komende jaar zwanger worden?’

De vraag ‘Wil je het komend jaar zwanger worden?’ zou veel vaker gesteld moeten worden door álle hulpverleners, stelt Annemarie Mulders. “Gezond zwanger worden begint bij bewustwording en kennis over het belang van de periode vóór de zwangerschap.”

Casus: vrouw met kleine rode puntjes in de huid

Een vrouw komt met kleine rode puntjes in de huid van vooral de benen. De klachten zijn ontstaan na een keelinfectie, circa 2 weken geleden. Een week geleden heeft zij zich minimaal gestoten en had zij daarna een groot hematoom op het bovenbeen. Wat is uw diagnose?


0
Laat een reactie achterx