DOQ

Populaire target immuuntherapie blijkt verrassend maatje te hebben

De meeste immuuntherapieën voor kanker richten zich momenteel op PD-L1. Dit uitvoerig onderzochte eiwit blijkt onder controle te staan van CMTM6, een vrij onbekend molecuul dat nu opeens een potentieel doelwit is voor therapie. Onderzoekers van het Antoni van Leeuwenhoek publiceren deze vondst in het toonaangevende tijdschrift Nature op 16 augustus.

Immuuntherapie is een belangwekkende nieuwe behandelvorm voor kankerpatiënten. Immuuncellen die door het menselijk lichaam circuleren zouden alle kankercellen die ze tegenkomen moeten aanvallen en uitschakelen. Sommige tumoren hebben echter een handige manier gevonden om dit lot te omzeilen: ze misbruiken een rem die van nature zit op de immuuncellen die T-cellen heten. Door dit zogenaamde checkpoint te binden, voorkomt de kankercel dat de T-cel aanvalt. Deze video legt dit principe helder uit: https://youtu.be/hCau6j9733o

Het molecuul PD-L1 op kankercellen kan op die manier T-cellen inactiveren en is daardoor het centrum van de aandacht als het gaat om immuuntherapie. Patiënten met verschillende kankertypen gebruiken al medicijnen die de checkpoint-route van PD-L1 remmen. Artsen van het Antoni van Leeuwenhoek behandelen patiënten met bijvoorbeeld melanoom, longkanker en nierkanker met zulke checkpoint inhibitors. Wereldwijd lopen er bovendien nog honderden klinische studies met dit type medicijn bij verschillende vormen van kanker.

Ondanks het feit dat kankerpatiënten al baat hebben bij deze middelen, blijft er over PD-L1 nog veel onbekend. Waarom hebben sommige tumoren bijvoorbeeld meer van dit molecuul dan andere? Wetenschappers van het Antoni van Leeuwenhoek gingen op zoek naar antwoorden en vonden een belangrijke. “We dachten altijd dat PD-L1 in zijn eentje handelde op het oppervlak van de kankercel, maar nu blijkt het te binden aan een ander eiwit”, zegt professor Ton Schumacher. “Dit andere eiwit, genaamd CMTM6, stabiliseert PD-L1 en versterkt daarmee diens remmende werking op het immuunsysteem.” De onderzoeksgroepen van het Antoni van Leeuwenhoek onder leiding van Ton Schumacher, Thijn Brummelkamp, Jannie Borst en Christian Blank deden het onderzoek in samenwerking met Albert Heck bij de Universiteit Utrecht.

Deze ontdekking helpt niet alleen om het PD-L1-checkpoint beter te begrijpen, ze introduceert ook een nieuw potentieel aangrijpingspunt voor therapie. Schumacher: “Je kunt je voorstellen dat blokkade van CMTM6 op eenzelfde manier immuuncellen kan activeren als de huidige PD-L1-blokkers dat doen. Misschien levert gelijktijdige remming zelfs een nog sterker effect op. Het moet nog blijken of dit onderzoek uiteindelijk een therapie zal opleveren, maar we willen dit natuurlijk bijzonder graag testen.”

De ontmaskerde kameraad van PD-L1 kan bovendien dokters mogelijk helpen met het voorspellen of patiënten baat zullen hebben bij behandeling met checkpoint inhibitors. Schumacher en zijn collega’s onderzoeken dit momenteel in patiënten die de huidige PD-L1-blokkers krijgen. “De hoeveelheid PD-L1 kan het behandelsucces in beperkte mate voorspellen en CMTM6 kan deze voorspelling wellicht preciezer maken.”

Opvallend is dat een groep Australische en Engelse onderzoekers een vergelijkbaar verhaal over CMTM6 publiceert in dezelfde editie van Nature. Schumacher: “Zij hebben andere methoden gebruikt om hetzelfde te ontdekken. We waren allebei erg blij met deze onafhankelijke bevestiging.”

Bron: Persbericht  Antoni van Leeuwenhoek

Afbeelding: De checkpoint remmer (blauw) voorkomt binding met het checkpoint van de kankercel zodat de T-cel de kankercel kan uitschakelen.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Protocol brengt veelbelovende ‘orphan drugs’ sneller bij patiënt

Behandelaren en zorgverzekeraars slaan de handen ineen om geneesmiddelen tegen zeldzame ziekten sneller beschikbaar te krijgen, vertelt Niels Reijnhout. “Met het ODAP krijgen patiënten zo snel mogelijk na goedkeuring door het EMA al toegang tot het middel.”

Reanimatie bespreken? Alleen als het past

Artsen vragen op de spoedeisende hulp vaak routinematig naar reanimatievoorkeuren, maar volgens Yvo Smulders is het tijd om deze standaardpraktijk eens kritisch te bekijken. “Het is helemaal niet vanzelfsprekend dat je die vraag zomaar stelt bij een routine-opname.”

Casus: man met klachten na penisvergroting

Een 38-jarige patiënt is net een week terug uit Turkije, waar hij in een kliniek een penisvergroting heeft ondergaan. Hij kan u niet precies vertellen wat er gebeurd is en klaagt vooral over pijn, roodheid en zwelling van de penis. Wat is uw diagnose?

‘Bevolkings­onderzoek sluit onvoldoende aan bij mensen met verstande­lijke beperking’

Mensen met een verstandelijke beperking nemen veel minder vaak deel aan bevolkingsonderzoeken naar kanker dan de algemene bevolking, vertelt Amina Banda. Ook krijgen zij minder vaak vervolgonderzoek. “Deze groep kan allerlei barrières voor deelname ervaren.”

Vertragen, verdragen en verbinden in moeilijke gesprekken

In de palliatieve zorg spelen niet alleen emoties bij de patiënt een rol, maar ook bij de zorgverlener. Machteld Muller legt uit hoe zelfinzicht helpt bij verbinding met je patiënt. “Herkennen van je eigen ‘rode knoppen’ helpt om uit vervelende dynamieken te blijven.”

Hoe je medische misinformatie als zorgverlener kunt aanpakken

Waarom geloven mensen dat zonnebrandcrème gevaarlijk is, of wantrouwen ze bewezen interventies zoals vaccins? Tom van Bommel vertelt over de mechanismen achter zulke overtuigingen. “Technieken waarmee misinformatie zich verspreidt, kunnen óók ten goede worden ingezet.”

Casus: patiënte met dyspnoe naar de EHH

Een oudere obese vrouw presenteert zich op de Eerste Hart Hulp vanwege dyspnoe. Die begon twee weken geleden en was aanvankelijk inspanningsgebonden, nu ook bij platliggen. Ze plast nog maar kleine beetjes sinds drie dagen. Wat is uw diagnose?

Casus: patiënt met progressieve inspanningsdyspneu

Een patiënt presenteert zich met progressieve inspanningsdyspneu. Voorheen was hij in staat om zonder klachten te tennissen, nu ervaart hij kortademigheid bij stevig doorwandelen. Er is geen sprake van hoesten, sputumproductie of koorts. Wat is uw diagnose?

Uitgebreid bloedonderzoek met één simpele vingerprik

Capillaire bloedafname via een vingerprik blijkt bij meer dan 30 standaardbepalingen een goed alternatief voor venapunctie, concludeerde Martijn Doeleman. “Patiënten kunnen zelf de vingerprik doen. Gewoon thuis, wanneer het hen uitkomt.”

Cultuur­sensitieve zorg in de praktijk: lessen van Mammarosa

Taal- en cultuurverschillen kunnen de communicatie met zorgverleners flink bemoeilijken. Stichting Mammarosa biedt hierin uitkomst. Samia Kasmi vertelt hoe belangrijk cultuursensitieve communicatie is, en hoe artsen hierin het verschil kunnen maken.