DOQ

Prof. dr. Van der Harst: ‘Sneller hart- en vaatziekten herkennen met digitale tweeling’

Hoeveel mensen met mijn lengte en gewicht hebben een hartinfarct ontwikkeld? En als ik tien kilo afval en mezelf opnieuw vergelijk met personen die even zwaar zijn, hoe groot is het risico op een hartaanval dán? Over een paar jaar kan iedere Nederlander een digitale tweeling construeren van zichzelf. Onderzoeksleider prof. dr. Pim van der Harst vertelt over een veelbelovend, landelijk en breed gedragen initiatief: MyDigiTwin. Een monoloog van de hoogleraar interventie en translationele cardiologie aan het UMCG.

“Nadat een aantal jaren geleden het landelijk patiëntendossier sneuvelde in de Eerste Kamer, zijn ziekenhuizen eigen patiëntenportaals gaan ontwikkelen. Recent is een nieuwe stap gezet: iedereen in ons land kan nu online zijn persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) opzetten. Je verzamelt daarin bijvoorbeeld jouw ziekenhuis-, huisarts- en apotheekgegevens. Maar het gaat verder: je kunt bijvoorbeeld ook je gewicht toevoegen of informatie uit je smart watch of stappenteller.”

Cardioloog prof. dr. Van der Harst
(Bron foto: P. van der Harst)

“Dat is een mooie ontwikkeling”, zegt de hoogleraar, “maar de vraag is wat de gemiddelde Nederlander er feitelijk mee kán. Je hebt allerlei data over jezelf in een digitale kluis liggen, maar als je er niet voor hebt gestudeerd, zal je die waarschijnlijk niet kunnen interpreteren. MyDigiTwin beoogt dit te veranderen. Een individu kan straks zijn data interpreteren dankzij kunstmatige intelligentie die wij opbouwen via kennis van medisch specialisten en observaties uit grote bevolkingsonderzoeken.”

Digitale representant

“Door die grote datasets kun je zien waar jij staat in verhouding met de rest van Nederland of met een specifieke referentiegroep”, vervolgt Van der Harst. “Stel, je weegt 95 kilo en weet dat dit te zwaar is voor iemand van jouw lengte. Dan voeg je jouw lengte en gewicht toe aan je PGO: de ene helft van de tweeling. De andere helft van de tweeling is gebaseerd op alle mensen in de dataset – bijvoorbeeld duizend personen – met min of meer dezelfde lengte en hetzelfde gewicht als jij. Dit is jouw digitale representant, van wie ook al het verdere verloop bekend is, omdat de betreffende gegevens – bijvoorbeeld over hartinfarcten – zijn verzameld over een langere tijd. Vervolgens krijg je te zien hoe groot jouw kans is op een hartinfarct.”

Sein krijgen

“Op deze manier kunnen gebruikers straks ‘spelen’ met veel meer gegevens. Wat gebeurt er met je risicoprofiel als je stopt met roken? Of als je je bloeddruk laat dalen? MyDigiTwin wordt bovendien verrijkt met medische richtlijnen. In een richtlijn is bijvoorbeeld door artsen een algoritme opgesteld dat bepaalt bij welke karakteristieken mensen met boezemfibrilleren wel of niet antistollingsmiddelen moeten gebruiken. Deze kennis uit richtlijnen kan worden toegepast op jouw digitale tweeling. Als daaruit blijkt dat je te veel of te weinig medicatie krijgt, kun je een sein krijgen om dit te overleggen met bijvoorbeeld de huisarts.”

“Met MyDigiTwin kan een individu zien waar hij staat in verhouding met de rest van Nederland of met een specifieke referentiegroep”

Regie bij de patiënt

“De regie ligt nadrukkelijk bij de burger c.q. patiënt. Er wordt alleen gewerkt met gegevens die de patiënt zelf verzamelt in het PGO. Dit kan het medisch dossier van het ziekenhuis of de huisarts zijn. Of gegevens van de apotheek. Maar ook de eigen data van de patiënt. De patiënt kiest zelf welke gegevens hij wel wil gebruiken om te analyseren en welke niet. Het uitgangspunt is patient empowerment: de patiënt de kennis en tools geven om op een hoger niveau met zijn arts te overleggen over de eigen gezondheidsdata.”

Uitvragen

“Het is de bedoeling dat de patiënt in de toekomst voorafgaand aan zijn bezoek aan het ziekenhuis of hartcentrum al data uit MyDigiTwin kan sturen naar de cardioloog, eventueel vergezeld door antwoorden op vragen van de arts. Dat leidt tot een gerichter gesprek op locatie: patiënt en arts praten over volgende stappen in plaats van dat de problemen van de patiënt nog moeten worden uitgevraagd.”

Visueel deskboard

Het MyDigiTwin-project gaat in januari 2020 van start. Een grote uitdaging zal zijn dat we de informatie eenvoudig en toegankelijk maken voor gebruikers. “Denk aan visuele deskboards waarop je ziet wat er gebeurt, wat je risicoprofiel is, als je aan een ‘bepaalde knop draait’, bijvoorbeeld de knop van gewicht of lichaamsbeweging. Een andere belangrijke stap wordt het verzamelen van data op basis waarvan de kunstmatige intelligentie word ontwikkeld: de referentie waarin de gebruiker een match kan vinden. In de software gaan we gegevens integreren uit de Lifelines biobank. Verder denken we eraan grootschalige en langlopende bevolkingsonderzoeken te gaan betrekken, zoals ERGO (Erasmus Rotterdam Gezondheid Onderzoek) en PREVEND (Prevention of Renal and Vascular End-stage Disease).”

Proof of principle

“Ons hoofddoel met MyDigiTwin in de komende jaren is een proof of principle neer te zetten voor hart- en vaatziekten. Als het succesvol blijkt te zijn, zou het ook kunnen worden toegepast bij andere ziektebeelden. Het zou dan mogelijk ook geschikt zijn voor bijvoorbeeld Alzheimer, oncologie of grote longziekten.”

Publiek-private samenwerking

“Het onderzoek ‘MyDigiTwin’ is één van de vier big data-onderzoeken die worden gefinancierd door de topsector Life Sciences & Health, NWO, ZonMw, de Hartstichting en het ministerie van VWS. Het Nederlandse eScience Center ondersteunt de projecten in de vorm van eScience Research Engineers. Wetenschap en bedrijven werken samen én stemmen de ontwikkelingen af met burgers, patiënten en zorgprofessionals.”

De partners in dit onderzoek zijn: UMCG, UMC Utrecht, University of Twente, Erasmus MC, Siemens Healthineers Nederland N.V., HartKlinieken, Drimpy, Harteraad, HartNet Noord-Nederland, Huisartsenpraktijk Waardenburg, Mijnhuisarts BV, Hartstichting, NL Heart Registration, Heartlife Klinieken, Niped, Gezondheidsplein Middelstum, NL Healthcare Institute, The Story Network, RTRN, Menzis, Novartis Pharma B.V., Bayer B.V. en Sanofi-Aventis NL B.V.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Minder administratie, beter contact

AI kan artsen ondersteunen door administratieve lasten te verlichten, ziet Juliën Rezek. Transcriptietools maken automatisch verslagen, waardoor artsen meer tijd hebben voor patiënten. “Hierdoor kunnen artsen dieper ingaan op klachten, wat resulteert in betere zorg.”

‘Laten we allemaal één stapje in elkaars domein zetten’

Zorgverleners hebben nog onvoldoende oog voor het verband tussen mentale klachten, hormonale klachten en hart- en vaatziekten bij vrouwen, aldus Sandra Kooij. Meer samenwerking tussen verschillende disciplines is nodig. “Kijk bij elkaar mee. Geef elkaar advies.”

Casus: oudere patiënte met reukproblemen

Op het spreekuur komt een 70-jarige vrouw in verband met problemen met ruiken. De problemen zijn enkele jaren eerder gestart. Initieel met minder goed ruiken (hyposmie), sinds een half jaar worden geuren steeds vaker als vies ervaren (kakosmie). Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten in de bovenbuik

Een man heeft in toenemende mate klachten van pijn in de bovenbuik. De pijn is zeurend en soms stekend en zit middenin de buik. Wat is uw diagnose?

Van tropenarts naar huisarts op Texel

Josine Blanksma werkte jarenlang als tropenarts voor Artsen zonder Grenzen en is een paar jaar geleden een nieuw avontuur aangegaan: ze werkt nu als huisarts op Texel. “Mijn nieuwe carrièrepad is heus niet minder uitdagend te noemen.”

‘Ik kan niet wachten op de eerste geprinte lasagne’

Ineke Obbema werkt met 3D-geprinte maaltijden voor mensen met slikproblemen bij het Máxima MC. De herkenbare vormen en verbeterde smaak bieden een opvallend alternatief voor traditionele gemalen voeding. “Je kunt meteen proeven dat er een chef-kok achter zit.”

Klimaatimpact onderzoeken voor een heel zorgpad

Lisanne Kouwenberg doet onderzoek naar de milieu-impact van zorgpaden. Dat kan aangrijpingspunten opleveren voor het verlagen van de klimaatimpact. “De meeste studies kijken naar één behandeling. Maar daar zit een heel traject omheen dat er ook aan bijdraagt.”

Help patiënten te stoppen met roken: ‘Minder zenden en meer interacteren’

Marieke Helmus combineert kunst en innovatie om het gesprek over stoppen met roken te starten. Met tools zoals een ‘Chat met je sigaret’-chatbot en humoristische ansichtkaarten helpt ze moeilijk bereikbare groepen om na te denken over hun rookgedrag.

Is er een dokter aan boord?

Wat doe je als er in een vliegtuig om een arts wordt gevraagd? Huisarts en luchtvaartgeneeskundige Peter Nijhof legt uit hoe medische noodgevallen in de lucht worden aangepakt, van de rol van artsen en cabinepersoneel tot het gebruik van medische kits en noodlandingen.

‘Stress verdient centrale plek in het consult’

Chronische stress, vaak gekoppeld aan sociale problemen, kan gezondheidsklachten veroorzaken. Feia Hemke pleit voor meer aandacht hiervoor in de spreekkamer en ontwikkelde tools om dit bespreekbaar te maken. “Hierdoor voorkom je onnodige medicalisering.”