DOQ

Prof. huisartsgeneeskunde Rutten: ‘Huisartsen moeten bij vrouwen met hartklachten goed luisteren naar de werkelijke symptomen’

Steeds vaker lezen we dat vrouwen met een hartinfarct andere klachten hebben dan mannen. Dat de klachten van vrouwen ook vager zouden zijn. Volgens prof. Frans Rutten, hoogleraar huisartsgeneeskunde, ligt dit genuanceerder: “Er zijn meer overeenkomsten dan verschillen.” Wel presenteren vrouwen dezelfde klachten vaak anders dan mannen, en dat kan bijdragen aan het idee dat de klachten anders zijn.

Tijdens zijn oratie begin december als hoogleraar cardiovasculaire ziekten in de eerste lijn stond prof. huisartsgeneeskunde Frans Rutten stil bij een aantal zaken in de medische wereld waarover hij zich verwondert. Een daarvan is wat er al enige tijd over het vrouwenhart wordt beweerd, namelijk dat vrouwen met een hartinfarct vage klachten zouden hebben, andere klachten ook dan mannen. Dan denk je, zo zegt hij, dat is vast goed onderzocht, daar zal wel bewijs voor zijn. Volgens Rutten is het wel onderzocht, maar niet op de goede manier. “Er zijn veel studies waarin vrouwen en mannen met een hartinfarct vergeleken worden en daaruit volgt dan de bevinding dat er verschillen zijn in klachten.”

Hoogleraar huisartsgeneeskunde prof. Frans Rutten

Hindsight bias

De manier waarop die studies zijn uitgevoerd, draagt bij aan het vertekende beeld. De onderzoekers vroegen mannen en vrouwen veelal pas (een tijd) na hun hartinfarct welke klachten ze daarvoor hadden gehad. Door dit achteraf te doen, treedt een bekend verschijnsel op dat hindsight bias wordt genoemd: de neiging van mensen om gebeurtenissen die al hebben plaatsgevonden als voorspelbaarder te beschouwen dan ze in feite waren vóórdat de gebeurtenissen plaatsvonden. Anders gezegd: mensen gaan naar de (inmiddels bekende) gebeurtenis toe redeneren, waardoor een vertekend beeld ontstaat.

De klinisch relevante vraag bij de verdenking van een hartinfarct is: hoe verschillen de klachten van vrouwen mét een hartinfarct van die van vrouwen zonder hartinfarct”

Nog belangrijker volgens Rutten: “Bij de onderzoeksvraag zou het helemaal niet moeten gaan om een vergelijking tussen mannen en vrouwen. De klinisch relevante vraag bij de verdenking van een hartinfarct is: hoe verschillen de klachten van vrouwen mét een hartinfarct van die van vrouwen zonder hartinfarct.” In de diagnostische fase moet je volgens hem vrouwen met vrouwen vergelijken en mannen met mannen.

Opgenomen gesprekken

Met een aantal collega’s pakte Rutten zijn eigen onderzoek daarom anders aan. In de Safety First studie beluisterden zij opgenomen gesprekken bij huisartsenposten, waar patiënten met plots ontstane pijn op de borst kwamen. Deze gesprekken analyseerden zij zonder de diagnose te weten, dus zonder hindsight bias. Rutten: “Je hoeft niet te varen op de summiere tekst die een arts opschrijft of op hetgeen de patiënt invult in een vragenlijst. Je kunt gewoon nog eens terugluisteren naar het eigen verhaal van de patiënt.”

“Er blijken veel meer overeenkomsten dan verschillen te zijn in klachten tussen vrouwen en mannen met pijn op de borst, ook bij degenen van hen die een hartinfarct kregen”

Vervolgens vroegen zij de diagnose op bij de huisarts en vergeleken de precieze klachtpresentatie van vrouwen met een hartinfarct met die van vrouwen die wel pijn op de borst hadden maar geen hartinfarct bleken te hebben. Hetzelfde deden zij bij mannen. En wanneer je dan de resultaten naast elkaar legt, blijken er veel meer overeenkomsten dan verschillen te zijn in klachten tussen vrouwen en mannen met pijn op de borst, ook bij degenen van hen die een hartinfarct kregen. Zo bleek bijvoorbeeld 60% van de mannen met een hartinfarct een benauwd gevoel te hebben en 70% van de vrouwen. De eerste resultaten van dit onderzoek zijn inmiddels gepubliceerd in een artikel in BMJopen.

“Vrouwen presenteren dezelfde klachten vaak anders dan mannen”

Eigen verklaringen

Is er dan geen verschil tussen mannen en vrouwen? Rutten: “Jawel, vrouwen presenteren dezelfde klachten vaak anders dan mannen. Na deze netjes te benoemen komen ze vaak met eigen verklaringen voor die klachten: ‘Het komt misschien omdat ik erg druk ben, met kinderen, werk, mijn dementerende moeder enzovoort.’ Dit soort verklaringen kan de huisarts op het verkeerde been zetten. De huisarts moet dus goed luisteren naar de werkelijke klachten, naar de symptomen, en zich niet laten afleiden door het verhaal dat de patiënt erom heen vertelt met eigen interpretaties.”

Vertekend beeld

Het idee dat vrouwen met een hartinfarct andere klachten kunnen hebben dan mannen, wordt voortdurend benadrukt en daardoor zie je de overlap niet meer, vermoedt Rutten. Het komt volgens hem ook door een soort ‘kortsluiting’ in het denken. “Omdát vrouwen van mannen verschillen in de pathofysiologie van de aderverkalking in de kransslagaders, denken velen dat hun pijn-op-de-borstklachten ook anders moeten zijn. Maar er zijn geen pijnsensoren in de kransslagaders, alleen in het hart zelf. Die pijnsensoren reageren op zuurstoftekort. Het doet er niet toe hoe dit zuurstoftekort ontstaat. Voor de pijn maakt het dus niet uit of het zuurstoftekort ontstaat door langgerekte vernauwingen of problemen in de coronaire microcirculatie zoals vaak bij vrouwen. Of juist door een korte, makkelijk te dotteren vernauwing hoog in een van de kransslagaders zoals vaak bij mannen. Dit verschil in pathofysiologie heeft trouwens wél consequenties voor de behandeling en de prognose. Deze verschillen dan ook wél bij vrouwen en mannen met een hartinfarct.”  


Lees ook het artikel ‘Voorspelmodel voor 65-plussers: hoeveel risico loopt een oudere op hart- en vaatziekten’ op www.umcutrecht.nl

Bron: UMC Utrecht
Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”

Casus: vrouw met veranderd defecatiepatroon

Een vrouw wordt naar de polikliniek gestuurd in verband met een veranderd defecatiepatroon. Ze heeft wat frequenter dan gebruikelijk ontlasting. Er zijn wat vage buikklachten in de zin van rommelingen en krampen. Ze gebruikt geen medicatie. Wat is uw diagnose?