DOQ

Puffer-app geeft zorg op maat voor kinderen met astma

Veel betere controle over astma, meer zelfmanagement en begeleiding precies op momenten dat dat nodig is. Dat zijn de effecten van thuismonitoring en ondersteuning via de Puffer-app, ontwikkeld in Medisch Spectrum Twente voor kinderen met astma. “Deze manier van zorg leidt tot ruim 80% minder ziekenhuisopnames, spoedbezoeken en polikliniekbezoeken”, vertelt technisch geneeskundige Mattiènne van der Kamp.

Astma kent periodes met meer of juist minder klachten. Zorg met geplande poliklinische bezoeken sluit daar niet goed bij aan, zo stelt Mattiènne van der Kamp. “Soms komt een kind op de poli terwijl er geen klachten zijn. Dit terwijl de behandelaar hen juist wil zien op het moment dat er wel klachten zijn. Want dan krijg je beter inzicht in de astma en kun je effectiever behandelen. Vanuit die gedachte zijn we gaan onderzoeken of we kinderen thuis kunnen monitoren, met ook contact op afstand op momenten dat dat nodig is. Dat sluit beter aan bij het episodische karakter van astma.”

“We zagen al snel dat thuismonitoring meer inzicht geeft ”

Technisch geneeskundige Mattiènne van der Kamp

Veel informatie

Er zijn verschillende technologische mogelijkheden voor thuismonitoring, zoals handzame longfunctiemeters, slimme inhalers, en trackers voor activiteiten, hartslag en ademhaling. Een combinatie daarvan kan op afstand veel informatie geven over de toestand van het kind en de controle van de astma. “Samen met een zorgverzekeraar zijn we een pilot gestart om dat toe te passen in de zorg en na te gaan of het effectief is. Met een astmateam met kinderlongartsen, technisch geneeskundigen, verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten zijn we afgestapt van de geplande poliklinische bezoeken bij een deel van onze astmapatiënten. We richtten ons in deze groep helemaal op zorg op afstand, met alleen een consult als dat nodig was.”

Meer inzicht

De gebruikelijke zorg werd dus losgelaten. Dat had aanvankelijk wel wat voeten in de aarde, want blijft de kwaliteit van de zorg behouden? Van der Kamp: “Thuismonitoring is een nieuwe manier om patiënten te volgen. Het kan lastig zijn om vanuit bestaande zorg zo’n stap te zetten. Misschien vinden metingen niet goed of niet op tijd plaats, of verwatert het contact met de patiënt doordat deze weinig aan de bel trekt. Maar gelukkig zagen we al snel dat thuismonitoring juist meer inzicht geeft en dat de behandelaar meer grip krijgt op de astma van de patiënt. We zien bijvoorbeeld welke factoren de astma verergeren en waar het niet goed gaat in het zelfmanagement. En via contact op afstand kunnen we meteen bijsturen.”

“We zien dat ouders gaandeweg steeds meer de regie nemen over de zorg voor hun kind”

Meer zelfmanagement

Bij een aanvraag voor thuismonitoring geven de astmaverpleegkundige en technisch geneeskundige het kind en de ouders een instructie over het gebruik van de app. Afhankelijk van wat nodig is, krijgen de ouders verschillende thuismeters mee. Daarbij worden ook afspraken gemaakt over contactmomenten, bijvoorbeeld wekelijks of alleen als het nodig is. “Op vragen of berichten reageren we binnen een dag”, zegt Van der Kamp. “Het contact gaat in eerste instantie via de verpleegkundige. Bijzondere situaties bespreken we in het multidisciplinaire team en sowieso bespreken we wekelijks alle patiënten.”

Inmiddels is bekend dat thuismonitoring veel positieve effecten heeft: niet alleen veel minder ziekenhuisbezoeken, maar ook gerichte begeleiding en daardoor meer controle over de astma. “Kinderen en hun ouders bouwen steeds meer zelfmanagement op”, aldus Van der Kamp.

Vertrouwen

Voor het pilotonderzoek is een app gebruikt met een chatfunctie en de mogelijkheid om metingen te sturen of filmpjes wanneer er astmaklachten zijn. Gaandeweg heeft de app meer functies gekregen. Zo kunnen patiënten nu gegevens over medicatie bijhouden en is er een gepersonaliseerd actieplan voor het geval er klachten zijn. De app is nu nog gericht op kinderen met astma, maar volgens Van der Kamp is de stap naar volwassenen zeker mogelijk. “En wellicht ook andere chronische aandoeningen waarbij dezelfde aspecten spelen.”

Niet alleen behandelaars, maar ook ouders zijn positief over deze nieuwe manier van zorg. Van der Kamp: “Zij maken zich zorgen als er klachten zijn of als die erger worden. Via de app kunnen zij snel een vraag stellen en kunnen wij hen geruststellen en ondersteunen. Dat geeft hen vertrouwen dat zij bepaalde aspecten zelf kunnen oppakken. We zien dat ouders gaandeweg steeds meer de regie nemen over de zorg voor hun kind.”

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

‘Bevolkings­onderzoek sluit onvoldoende aan bij mensen met verstande­lijke beperking’

Mensen met een verstandelijke beperking nemen veel minder vaak deel aan bevolkingsonderzoeken naar kanker dan de algemene bevolking, vertelt Amina Banda. Ook krijgen zij minder vaak vervolgonderzoek. “Deze groep kan allerlei barrières voor deelname ervaren.”

Vertragen, verdragen en verbinden in moeilijke gesprekken

In de palliatieve zorg spelen niet alleen emoties bij de patiënt een rol, maar ook bij de zorgverlener. Machteld Muller legt uit hoe zelfinzicht helpt bij verbinding met je patiënt. “Herkennen van je eigen ‘rode knoppen’ helpt om uit vervelende dynamieken te blijven.”

Hoe je medische misinformatie als zorgverlener kunt aanpakken

Waarom geloven mensen dat zonnebrandcrème gevaarlijk is, of wantrouwen ze bewezen interventies zoals vaccins? Tom van Bommel vertelt over de mechanismen achter zulke overtuigingen. “Technieken waarmee misinformatie zich verspreidt, kunnen óók ten goede worden ingezet.”

Casus: patiënte met dyspnoe naar de EHH

Een oudere obese vrouw presenteert zich op de Eerste Hart Hulp vanwege dyspnoe. Die begon twee weken geleden en was aanvankelijk inspanningsgebonden, nu ook bij platliggen. Ze plast nog maar kleine beetjes sinds drie dagen. Wat is uw diagnose?

Casus: patiënt met progressieve inspanningsdyspneu

Een patiënt presenteert zich met progressieve inspanningsdyspneu. Voorheen was hij in staat om zonder klachten te tennissen, nu ervaart hij kortademigheid bij stevig doorwandelen. Er is geen sprake van hoesten, sputumproductie of koorts. Wat is uw diagnose?

Uitgebreid bloedonderzoek met één simpele vingerprik

Capillaire bloedafname via een vingerprik blijkt bij meer dan 30 standaardbepalingen een goed alternatief voor venapunctie, concludeerde Martijn Doeleman. “Patiënten kunnen zelf de vingerprik doen. Gewoon thuis, wanneer het hen uitkomt.”

Cultuur­sensitieve zorg in de praktijk: lessen van Mammarosa

Taal- en cultuurverschillen kunnen de communicatie met zorgverleners flink bemoeilijken. Stichting Mammarosa biedt hierin uitkomst. Samia Kasmi vertelt hoe belangrijk cultuursensitieve communicatie is, en hoe artsen hierin het verschil kunnen maken.

‘Er is een trend naar meer visuele informatie’

“Voor patiënten blijkt de juiste toedieningsroute van een geneesmiddel niet altijd vanzelfsprekend te zijn”, vertellen Yara Mangindaan en Nike Everaarts-de Gruyter. Zij hielpen medicijnpictogrammen te ontwikkelen die ondersteunen bij goed gebruik van geneesmiddelen.

Werkbereidheid bij een crisis niet vanzelf­sprekend

Ziekenhuizen kunnen tijdens een crisis niet blind vertrouwen op hun personeel, concluderen Dennis Barten en Lindsy Engels. Werkbereidheid hangt sterk af van verschillende factoren. “Het is belangrijk om te ontdekken wat nodig is om voor te bereiden op crisissituaties.”

Casus: man met dysfonie­klachten

Een 42-jarige man komt op uw spreekuur met dysfonieklachten, twee maanden geleden ontstaan in een periode van veel hoesten. Aan het einde van de dag worden de klachten erger en het is lastig om een lang gesprek te voeren. Wat is uw diagnose?


Lees ook: Status astmaticus: stoppen met roken en goede nazorg

Naar dit artikel »