Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Sekseverschillen in behandeleffectiviteit bij artritis psoriatica
Vrouwen met artritis psoriatica reageren anders (lees: minder goed en korter) op een behandeling met een TNF-alfa remmer dan mannen. Dit zijn de resultaten van een analyse van gegevens van een groot Europees cohort. Als blijkt dat ook andere medicijnen sekseverschillen vertonen, kan dit een opmaat zijn naar een meer gepersonaliseerde behandeling van deze ziekte, stellen Irene van der Horst-Bruinsma en Pasoon Hellamand.
‘Don’t you know that it’s different for girls’, zong Joe Jackon al in 1979. Dat blijkt ook het geval voor veel medische aandoeningen, waaronder reumatische ziekten. Sekseverschillen bij reumatische aandoeningen kunnen al jaren rekenen op de speciale aandacht van Irene Van der Horst-Bruinsma, hoogleraar Reumatologie in het Radboudumc. Niet voor niets heette de leerstoel die zij van 2018 tot 2021 in Amsterdam bekleedde Reumatologie, in het bijzonder genderaspecten in musculoskeletale ontstekingsziekten en luidde de titel van haar inaugurele rede destijds Adam is geen Eva. “Het afgelopen jaar is bij diverse reumatische aandoeningen vastgesteld dat er significante verschillen bestaan tussen vrouwen en mannen. Verschillen in prevalentie, verschillen in klinische presentatie en verschillen in de respons op bepaalde behandelingen. Kennis daarvan is belangrijk voor zowel een optimale diagnostiek als voor het kiezen van een optimale behandeling.”
“Vrouwelijke patiënten ervaren gemiddeld meer functionele beperkingen en hebben een slechtere kwaliteit van leven”
Arts-onderzoeker reumatologie Pasoon Hellamand
Andere klinische presentatie
“Van artritis psoriatica is al langer bekend dat mannen en vrouwen verschillen in hun klinische presentatie”, vertelt Pasoon Hellamand, arts-onderzoeker reumatologie in het Amsterdam UMC en promovendus bij Van der Horst-Bruinsma. “Bij mannen is de psoriasis vaak heviger aanwezig dan bij vrouwen en ze hebben vaker een axiale manifestatie van de ziekte. Vrouwelijke patiënten hebben gemiddeld meer perifere artritis, meer enthesitis, meer pijnklachten, ervaren meer functionele beperkingen en hebben een slechtere kwaliteit van leven. Ook waren er al aanwijzingen dat vrouwen met artritis psoriatica minder goed zouden reageren op een eerste behandeling met een TNF-alfa remmer. Maar de literatuur daarover is niet eenduidig, mogelijk doordat de bestudeerde cohorten niet altijd voldoende groot waren.”
“Vrouwen stopten gemiddeld eerder met de behandeling”
Arts-onderzoeker reumatologie Pasoon Hellamand
17 Europese landen
Dan rest maar één ding: een studie in een groot cohort. Van der Horst-Bruinsma: “Sinds een krappe tien jaar is er het EuroSpA register, een register dat in 17 Europese landen prospectief patiëntengegevens uit de dagelijkse praktijk verzamelt. Aan de hand van gegevens van ruim 17.000 patiënten – 50% vrouwen, 50% mannen – die tussen 1990 en 2020 waren gestart met een TNF-alfa remmer hebben we uitgezocht of er tussen vrouwen en mannen significante verschillen bestaan in de effectiviteit van deze behandeling.”
“Daarbij hebben we gekeken naar twee uitkomstmaten: het percentage patiënten dat goed reageerde op de behandeling na zes maanden therapie, en het percentage patiënten dat na twee jaar nog steeds met dezelfde TNF-alfa remmer behandeld werd”, vult Hellamand aan.
Significante verschillen
Ofschoon de ernst van diverse ziekteparameters (DAS29, CRP, pijnscore, vermoeidheidsscore) bij de start van de behandeling gemiddeld niet verschilde tussen vrouwen en mannen, waren er na een half jaar behandeling met een TNF-alfa remmer wel significante verschillen. Hellamand: “Van de vrouwen had na een half jaar 64% een lage ziekteactiviteit, tegenover 78% van de mannen. Ook zagen we een verschil in het percentage patiënten dat na 2 jaar nog steeds hetzelfde medicijn gebruikt. Vrouwen stopten gemiddeld eerder met de behandeling. Er was een verschil in de reden van stoppen met het medicijn. Vrouwen stopten iets vaker vanwege bijwerkingen of omdat het middel onvoldoende effect had. Mannen staakten de behandeling juist vaker omdat de ziekte helemaal of grotendeels verdwenen was, of vanwege ‘overige redenen’.”
“Het is belangrijk dat behandelaars zich bewust zijn van dit verschil in effectiviteit”
Hoogleraar Reumatologie Irene van der Horst-Bruinsma
Darmflora
Kortom, op basis van deze omvangrijke patiëntenpopulatie kan met grote zekerheid worden gesteld dat vrouwen en mannen anders reageren op een eerste behandeling met een TNF-alfa remmer. “Er zijn hiervoor diverse verklaringen te bedenken”, stelt Hellamand. “De verschillen in klinische manifestatie van de ziekte kunnen een rol spelen maar ook hormonale verschillen zouden hiervoor verantwoordelijk kunnen zijn. Daarnaast zijn er sekseverschillen vastgesteld in de samenstelling van de darmflora. We weten dat de darmflora een rol speelt bij de ontwikkeling van artritis psoriatica.”
Nabije toekomst
Vooralsnog hebben deze bevindingen geen directe consequenties voor de dagelijkse behandelpraktijk. “Daarvoor is het nog te vroeg”, meent Van der Horst-Bruinsma. “Het is wel belangrijk dat behandelaars zich bewust zijn van dit verschil in effectiviteit. We willen in de nabije toekomst uitzoeken of er bij behandeling met andere medicijnen ook sekseverschillen optreden. Als dit zo is, kan dat uiteindelijk leiden tot een meer gepersonaliseerde behandeling van deze ziekte.”
Referentie: Hellamand P, et al. Sex differences in the effectiveness of first-line tumor necrosis factor inhibitors in psoriatic arthritis; results from the EuroSpA Research Collaboration Network. Arthritis Rheumatol. 2023 Nov 16.