DOQ

Steeds meer apothekers zetten in op verbetering leefstijl

Apothekers die patiënten helpen hun medicatiegebruik te beperken door een betere leefstijl aan te nemen, dat is het ideaalbeeld van apotheker Rogier Larik. Hij is de kartrekker van een nieuwe, groeiende beweging in apothekersland: de Leefstijlapotheker. Vijf vragen aan Rogier Larik over dit fenomeen.

“Een gezondere leefstijl kan leiden tot minder gebruik van medicatie of zelfs tot geheel afbouwen”

Leefstijlapotheker Rogier Larik

Wat doet een Leefstijlapotheker?

“Uiteraard hetzelfde als al zijn collega’s: zorgen dat patiënten hun medicatie correct gebruiken, met daarbij onder meer goede advisering en medicatiebewaking. Leefstijlapothekers richten zich ook op de gezondheid van de patiënt. Zij helpen patiënten om zich bewust te worden van welke gezondheidsbevorderende leefstijlfactoren ze zelf in de hand hebben. Denk bijvoorbeeld aan wat slaap, stress, roken, alcohol, drugsgebruik en voeding met het lichaam doen. In de apotheek kunnen patiënten een gezondheidscheck doen en hierover in gesprek gaan met de (leefstijl)apotheker. We willen voorkomen dat mensen chronisch ziek worden. Bijvoorbeeld door iemand met het metabool syndroom voedings- en bewegingsadvies te geven. Zonder aanpassingen kan dit uitmonden in diabetes type 2. We maken hierbij gebruik van wetenschappelijk onderbouwde gezondheidsadviezen. Een gezondere leefstijl kan leiden tot minder gebruik van medicatie of zelfs tot geheel afbouwen, ofwel ‘de-medicaliseren’.”

“Uitgangspunt is om medicatie te verminderen of aan te passen”

Wat zijn concrete voorbeelden?

“In Zwolse apotheken krijgen patiënten met obesitas die beginnen met de Gecombineerde Leefstijl Interventie (GLI) een medicatiecheck. De apotheker screent of de patiënt medicatie gebruikt die afvallen bemoeilijkt of bewegen beperkt. Zo nodig geeft de apotheker hierover advies, eventueel in overleg met de huisarts. Binnen de coalitie Zuid-Holland Gezond wordt gekeken hoe Leefstijlapothekers kunnen bijdragen aan de gezondheid van burgers in de provincie. Uitgangspunt is om medicatie te verminderen of aan te passen. In Amsterdam werkt een apothekersorganisatie samen met het sociaal domein. Doel is om patiënten met bijvoorbeeld geldzorgen of eenzaamheid te koppelen aan welzijnsorganisaties.”

Wanneer mag je jezelf Leefstijlapotheker noemen?

“Geïnteresseerde apothekers kunnen hiervoor een zesdaagse opleiding volgen. Uitgangspunt hierbij is het Leefstijlroer van de Vereniging Arts en Leefstijl. Deze vereniging bevordert implementatie van leefstijlgeneeskunde in de gezondheidszorg. Het Leefstijlroer geeft concrete adviezen over zes pijlers die samen de lichamelijke en geestelijke gezondheid van de mens beïnvloeden: voeding, beweging, verbinding, ontspanning, middelengebruik en slaap. Aan het einde van de opleiding krijgen de apothekers een certificaat. Ook krijgen ze het Leefstijlvignet van Vereniging Arts en Leefstijl, want die vereniging erkent onze opleiding. Bovendien heeft de KNMP deze geaccrediteerd. Hiermee kunnen apothekers tonen dat ze kennis hebben van de laatste wetenschappelijke inzichten rond leefstijl.”

“Wij willen zaadjes planten voor een brede erkenning van de Leefstijlapotheker”

Hoeveel Leefstijlapothekers zijn er inmiddels?

“Momenteel zijn er ruim 230. De beweging van Leefstijlapothekers zit in de lift. We hopen dat het netwerk zodanig groot wordt dat er een kantelpunt komt. Uit de transitieleer komt naar voren dat ongeveer 25% van de apothekers mee moet doen om brede acceptatie van de leefstijlgeneeskunde in de farmacie te krijgen. Uitgaande van ongeveer 2.900 openbaar apothekers in Nederland zouden dat er idealiter ten minste 700 zijn. Deze erkenning is nodig binnen de beroepsgroep, maar ook breed in de maatschappij. Daarvoor ga ik flink de boer op. Met een merkenbureau hebben we een ‘merkverhaal’ geschreven, waarin we uitleggen wat de Leefstijlapotheker doet. Dat stuurden we onder meer naar de politiek, diëtistenverenigingen, patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars. Zo hopen wij zaadjes te planten voor een brede erkenning van de Leefstijlapotheker. Zelf ben ik fulltime bezig met literatuurstudie, contacten leggen en organiseren van opleidingen en trainingen voor apothekers en apotheekteams. De animo voor dat laatste is gelukkig groot.”

De leefstijlapotheker wil minderen met medicatie, hoe moet dat financieel?

“De financiering moet gaan veranderen. Hierover ben ik in contact met zorgverzekeraars. Ze staan hiervoor open en dit zal uiteindelijk wel gaan gebeuren. Maar dat kost tijd en vraagt geduld. Nu worden apothekers betaald voor het verstrekken van medicatie. Populatiebekostiging zou beter zijn, een soort abonnementensysteem per ingeschreven patiënt, net als bij de huisartsen. Hoopgevend is dat zorgverzekeraar CZ met apotheekketen BENU een vijfjarencontract heeft afgesloten waarin de verstrekking van de medicatie niet centraal staat. Apothekers hebben zo wel de financiële ruimte en zekerheid om patiëntconsulten te voeren over leefstijl en ‘de-medicalisering’.”  

Referenties: www.deleefstijlapotheker.nl

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Hoe dramaseries artsen kunnen helpen bij morele keuzes

Drie afleveringen van House M.D. of Dexter op een avond kijken, puur voor de ontspanning? Voor zorgprofessionals kan het ook leerzaam zijn. Mediawetenschapper Merel van Ommen onderzocht hoe dramaseries artsen kunnen helpen om beter om te gaan met moreel ingewikkelde situaties.

Onderliggend denkpatroon stuurt voorschrijver bij keuze voor geneesmiddel

Het voorschrijven van geneesmiddelen is een afweging tussen richtlijnen, ervaring en patiëntkenmerken. Indeling in vier voorschrijversprofielen geeft inzicht in de eigen afwegingen. “En het helpt te begrijpen waarom een collega een andere beslissing neemt.”

‘Medicatiebeleid in de laatste levensfase kan beter’

6 op de 10 patiënten in de palliatieve fase krijgt door de huisarts medicatie voorgeschreven die niet langer passend is. Dat blijkt uit een onlangs verschenen factsheet van Nivel en PZNL. “We moeten voorschrijfgewoonten kritisch onder de loep nemen”, zegt Yvonne de Man, senior onderzoeker bij Nivel.

Casus: vrouw met pijnlijke oorschelp

Een 55-jarige vrouw heeft een hoed in haar hand als ze uw spreekkamer binnenkomt. Sinds een maand heeft zij ’s nachts last van pijn aan het linkeroor. Op de oorrand ziet u een nodulus die bij druk zeer pijnlijk is. Wat is uw diagnose?

‘Live well, die well’: rol van vrijwilligers in de laatste levensfase

Vrijwilligers aan het sterfbed in het ziekenhuis maken een groot verschil, stelt Anne Goossensen. Ze luisteren, troosten en verlichten de werkdruk van zorgverleners. “Ze bieden een luisterend oor en zijn aanwezig, zonder haast of medische agenda.”

Waarom melden vrouwen vaker bijwerkingen van medicijnen?

Vrouwen blijken vaker bijwerkingen van medicijnen te melden dan mannen. Onderzoeker Sieta de Vries van het UMC Groningen probeert te achterhalen hoe dit komt. En dat blijkt complexer dan het lijkt.

Gezondheid van mens, dier en natuur horen bij elkaar

Voorheen circuleerden het westnijl- en het usutuvirus alleen in Zuid-Europa. Maar inmiddels komen ze ook voor in Nederlandse vogels en muggen. Viroloog Marion Koopmans ziet daarin een duidelijke les: “De gezondheid van mensen kun je niet los zien van die van dieren en ecosystemen.”

Casus: hoestende man met koorts en dyspneu

Een 31-jarige Poolse man die vanwege de ziekte van Crohn wordt behandeld met infliximab bezoekt de SEH, omdat hij al twee weken hoest en benauwd is. Ook heeft hij koorts. Een antibioticumkuur van de huisarts heeft geen effect gehad. Wat is uw diagnose?

Casus: man met huidafwijking op de rug

Een 69-jarige man komt op uw spreekuur om een verruca seborrhoica in het gelaat te laten controleren. Bij algehele inspectie ziet u ook een huidafwijking op de rug. Wat is uw diagnose?

´Voorkom medicijn­resten, begin bij je eigen voorschrijven´

Minder diclofenac, lagere hormoondoses, terughoudend met azitromycine - zo kunnen zorgverleners volgens een recent rapport van het IVM bijdragen aan schoner water. “Aan de overwegingen die artsen maken bij voorschrijven zou ook duurzaamheid moeten worden toegevoegd.”