Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Tips voor zinnig en zuinig gebruik van dure geneesmiddelen bij artritis
Reumatische ontstekingsziekten kunnen uiterst effectief worden behandeld met biologicals en JAK-remmers. Maar helaas hebben deze geneesmiddelen ook nadelen: ze zijn zes tot twaalf keer duurder dan klassieke reumaremmers en gaan gepaard met een verhoogd infectierisico. Céleste van der Togt, aios reumatologie in Rijnstate, geeft enkele praktische tips hoe u zinnig en zuinig kunt omgaan met biologicals en JAK-remmers.
In januari van dit jaar promoveerde Van der Togt aan de Radboud Universiteit op haar proefschrift over het optimaliseren van de behandeling met biologicals en JAK-remmers bij patiënten met een reumatische ontstekingsziekte, zoals reumatoïde artritis, artritis psoriatica of axiale spondyloartritis. Het onderzoek dat daaraan ten grondslag ligt, voerde zij uit in de Sint Maartenskliniek in Nijmegen.

“Door zinnig en zuinig om te gaan met dure geneesmiddelen, kunnen we samen de zorg beter betaalbaar houden”
Aios reumatologie Céleste van der Togt
Drieledig
Volgens Van der Togt is het belang van zinnig en zuinig gebruik van biologicals en JAK-remmers drieledig. “Allereerst is er een rechtstreeks belang voor de patiënt met een reumatische ontstekingsziekte. Want als de patiënt minder medicatie hoeft te gebruiken of de medicatie beter op hem of haar is afgestemd, dan daalt het risico op bijwerkingen, zoals een infectie. Daarnaast heeft het ziekenhuis een belang. Want als patiënten die infuustherapie krijgen hun medicatie kunnen afbouwen, dan hoeven zij minder vaak naar het ziekenhuis te komen. Dat is niet alleen fijn voor de patiënt, maar ook voor de portemonnee van het ziekenhuis. Tot slot is er een belang voor de maatschappij als geheel. Door zinnig en zuinig om te gaan met dure geneesmiddelen, zowel binnen de reumatologie als daarbuiten, kunnen we samen de zorg beter betaalbaar houden.”
Zinnig gebruik
Zinnig gebruik zit hem vooral in het kiezen van de juiste dosering, meent Van der Togt. “In de landelijke richtlijn wordt geadviseerd om een oplaaddosis te geven bij aanvang van de behandeling met abatacept of certolizumab (bij reumatoïde artritis) en secukinumab (bij artritis psoriatica en axiale spondyloartritis). Wij hebben echter aangetoond dat die oplaaddosis geen toegevoegde waarde heeft en veilig achterwege gelaten kan worden. Daarnaast blijkt dat bij behandeling met rituximab (bij reumatoïde artritis) één infusie van 1.000 mg volstaat, in plaats van de standaarddosering van twee infusies van 1.000 mg. Verder is behandeling met methotrexaat in combinatie met bijvoorbeeld een TNF-α-blokker wél zinvol gebleken bij reumatoïde artritis, maar niet bij artritis psoriatica en axiale spondyloartritis. Bij die twee laatstgenoemde reumatische ontstekingsziekten is het dus zinniger om methotrexaat stapsgewijs snel af te bouwen.”
“Ziekte-gestuurd afbouwen krijgt een steeds prominentere plaats in landelijke en internationale richtlijnen”
Zuinig gebruik
Met zuinig gebruik doelt Van der Togt op het verhogen van de kosteneffectiviteit van biologicals en JAK-remmers. Ook op dat vlak doet zij aanbevelingen. “Zo is van rituximab bekend dat het de antistofrespons na een vaccinatie onderdrukt. Ons onderzoek laat zien dat zowel een lagere dosis (200 in plaats van 1.000 mg) als een langere tijd tussen infusie en vaccinatie een positief effect hebben op de werkzaamheid van een COVID-19-vaccin. Een andere aanbeveling is om over te stappen van een biological naar een biosimilar: die zijn een stuk goedkoper. Een eenmalige switch van een biological naar een biosimilar is volstrekt veilig. Verder toont ons onderzoek dat het afbouwen van een TNF-α-blokker op geleide van de ziekteactiviteit bij patiënten met reumatoïde artritis tot tien jaar na aanvang van de behandeling effectief is. Dit ziekte-gestuurd afbouwen krijgt een steeds prominentere plaats in landelijke en internationale richtlijnen.”
“Apothekers kunnen zich buigen over de vraag of in hun ziekenhuis een preferentiebeleid wenselijk is”
Rol van apothekers
Van der Togt, die in 2026 tevens zal starten met de opleiding tot klinisch farmacoloog, ziet in zinnig en zuinig gebruik van biologicals en JAK-remmers ook een belangrijke rol weggelegd voor apothekers. “In de eerste plaats kunnen apothekers alert zijn op een onnodig hoge dosering of een oplaaddosis die niet strikt noodzakelijk is. Naast die signaleringsfunctie kunnen apothekers samen met reumatologen nadenken over welke toedieningsroute – intraveneus of intramusculair – de voorkeur heeft bij bepaalde medicijnen waarvoor beide opties beschikbaar zijn, zodat het inkoopbeleid van het ziekenhuis daarop kan worden afgestemd. Ook kunnen apothekers zich buigen over de vraag of in hun ziekenhuis een preferentiebeleid wenselijk is. Dat houdt in dat je waar mogelijk biologicals of biosimilars voorschrijft in een vaste volgorde: eerst middel A en pas als dat middel niet aanslaat of onvoldoende werkt, middel B, enzovoort. Hierdoor kunnen medicijnen effectiever worden ingekocht.”
Tijd voor tijd
Van der Togt zou graag willen dat kosteneffectiviteit sterker wordt meegewogen in richtlijnen en behandelbeslissingen. “Dat komt zowel de patiënt als de maatschappij ten goede. Ook zorgverzekeraars zijn hiervoor vast te enthousiasmeren.” Artsen zullen wel meer tijd kwijt zijn aan bijvoorbeeld het uitleggen aan patiënten waarom ze een ander medicijn of een lagere dosering krijgen, of wanneer ze aan de bel moeten trekken als de ziekte opvlamt indien de medicatie wordt afgebouwd. “Ik ben geen voorstander om artsen financieel te compenseren voor hun extra tijdsinvestering. Liever zie ik dat de tijd wordt ‘vergoed’ via extra consulttijd.”
Referentie: De Graaf K, Kwakman YEP, de Kruijff I, et al. Validation of the Dutch Infant Crying and Parent Well-Being screening tool in parents of infants less than 12 months of age. J Pediatr. 2025;276:114326.