DOQ

Verstoorde slaap houdt verband met verhoogd risico op overlijden

Voor het eerst is er een duidelijk verband aangetoond tussen verstoorde slaap – de frequentie en duur van bijna wakker zijn tijdens nachtrust – en een verhoogd risico op overlijden. Dat geldt voor overlijden aan hart- en vaatziekten en voor overlijden door welke andere oorzaak ook. Vooral bij vrouwen. Dit blijkt uit onderzoek geleid vanuit Maastricht UMC+ en University of Adelaide in Australia.

Het onderzoeksteam onder leiding van cardioloog Dominik Linz van Maastricht UMC+ en UHD Mathias Baumert van de University of Adelaide in Australia, publiceerde afgelopen dinsdag 20 april ’21 hun onderzoeksresultaten in het European Heart Journal. Aan het onderzoek deden 8001 mannen en vrouwen mee. Aangetoond werd dat vrouwen die het vaakst en gedurende langere tijd slechts oppervlakkig sliepen tijdens nachtrust, bijna het dubbele risico hadden om te overlijden aan hart- en vaatziekten vergeleken met het risico bij de algemene vrouwelijke bevolking. Het verband was minder duidelijk bij mannen. Hun risico op cardiovasculaire sterfte nam met iets meer dan een kwart toe in vergelijking met de algemene mannelijke bevolking.

Arousal

Onbewust wakker zijn of tegen wakker worden aanzitten, ook wel bekend als corticale opwinding of arousal, is een normaal onderdeel van slaap. Het komt spontaan voor en maakt deel uit van het vermogen van het lichaam om te reageren op mogelijk gevaarlijke situaties, zoals lawaai of belemmering van de ademhaling. Pijn, bewegingen van ledematen, trauma, temperatuur en licht kunnen ook triggers zijn. Dominik Linz legt uit: “Een veelvoorkomende aanleiding voor arousal is obstructieve slaapapneu, wanneer de ademhaling tijdens diepe slaap stopt. Het lichaam wordt dan autonoom geactiveerd om van slaaphouding te veranderen. Daarmee worden de bovenste luchtwegen weer vrijgemaakt en start het ademen weer, zonder echt wakker te worden. Een andere oorzaak kan ‘geluidsoverlast’ tijdens de nacht zijn, door bijvoorbeeld nachtelijk vliegtuiglawaai. Afhankelijk van de sterkte van de arousal kan iemand zich bewust worden van de omgeving, maar vaak is dat niet het geval. Meestal zullen mensen zich ’s ochtends uitgeput en moe voelen vanwege hun slaapfragmentatie, maar zullen ze zich niet bewust zijn van de individuele arousal.”

Tot nu toe was niet bekend of er ook een verband was met de arousalbelasting – een combinatie van het aantal arousals en de duur ervan – tijdens de nachtrust en het risico op overlijden

Slaaponderzoek

Eerder onderzoek heeft aangetoond dat slaapduur, te kort of te lang, wordt geassocieerd met een verhoogd risico op overlijden door cardiovasculaire of andere oorzaken. Tot nu toe was echter niet bekend of er ook een verband was met de arousalbelasting – een combinatie van het aantal arousals en de duur ervan – tijdens de nachtrust en het risico op overlijden. In een samenwerking tussen een team onder leiding van universitair hoofddocent Mathias Baumert van de School of Electrical and Electronic Engineering aan de Universiteit van Adelaide (Australië) en dr. Linz, keken onderzoekers naar gegevens van slaapmonitoring die ’s nachts werden gedragen door mannen en vrouwen die aan een van drie onderzoeken deelnamen. Het ging om 2782 mannen in de Osteoporotic Fractures in Men Sleep Study (MrOS), 424 vrouwen in de Study of Osteoporotic Fractures (SOF) en 2221 mannen en 2574 vrouwen in de Sleep Heart Health Study (SHHS). De gemiddelde leeftijden in de onderzoeken waren respectievelijk 77, 83 of 64 jaar. De deelnemers werden gevolgd over een periode van meerdere jaren, variërend van gemiddeld zes jaar (SOF) tot 11 jaar (MrOS).

Het risico om door welke oorzaak dan ook te overlijden was 21% bij vrouwen in de algemene bevolking. Dit nam toe tot 31,5% bij vrouwen in de twee onderzoeken met een opwindingslast van meer dan 6,5%

Risico’s voor vrouwen en mannen

Na correctie voor factoren die de resultaten kunnen beïnvloeden, zoals totale slaapduur, leeftijd, medische geschiedenis, body mass index (BMI) en rookgewoonten, ontdekten de onderzoekers dat vrouwen een lagere arousalbelasting hadden dan mannen. Degenen met een arousalbelasting van meer dan 6,5% van hun nachtrust, hadden echter een groter risico om te overlijden aan hart- en vaatziekten dan vrouwen met een lagere arousalsbelasting: het dubbele risico bij SOF en 1,6 keer het risico bij SHHS. Hun risico om te overlijden door alle oorzaken was ook 1,6 keer verhoogd in SOF en 1,2 keer in SHHS. Als de vrouwen uit beide onderzoeken samen worden genomen, hadden degenen met een arousallast van meer dan 6,5% een risico van 12,8% om te overlijden aan hart- en vaatziekten. Dit is bijna het dubbele van dat van vrouwen van dezelfde leeftijd in de algemene bevolking met een risico van 6,7%. Het risico om door welke oorzaak dan ook te overlijden was 21% bij vrouwen in de algemene bevolking. Dit nam toe tot 31,5% bij vrouwen in de twee onderzoeken met een opwindingslast van meer dan 6,5%.

Mannen met een arousalbelasting die meer dan 8,5% van hun nachtrust uitmaakt, hadden 1,3 keer meer kans om te overlijden aan hart- en vaatziekten (MrOS) of welke oorzaak dan ook (SHHS). Dit in vergelijking met mannen met een lagere arousalbelasting. Bevindingen voor een verhoogd risico op overlijden van welke oorzaak dan ook bij MrOS of hart- en vaatziekten bij SHHS waren echter niet statistisch significant. Kijkend naar alle mannen in beide onderzoeken, hadden degenen met een arousalbelasting van meer dan 8,5% een risico van respectievelijk 13,4% en 33,7% om te overlijden aan hart- en vaatziekten of een andere oorzaak. Dit in vergelijking met het risico in de algemene bevolking van mannen van vergelijkbare leeftijden van respectievelijk 9,6% en 28%.

“We moeten onze patiënten adviseren om voor hun slaap te zorgen en een goede ‘slaaphygiëne’ te oefenen”

Cardioloog dr. Dominik Linz

Verschil

Linz over de bevinding: “Het is onduidelijk waarom er een verschil is tussen mannen en vrouwen in de onderzochte groepen, maar er zijn enkele mogelijke verklaringen. De triggers die een arousal veroorzaken of de reactie van het lichaam op arousal, kunnen bij vrouwen verschillen van die bij mannen. Dit kan het relatief hogere risico op cardiovasculaire aandoeningen verklaren. De hogere leeftijd, BMI en de ernst van slaapapneu kan de last van arousal verhogen. Hoewel leeftijd niet kan worden veranderd, kunnen BMI en slaapapneu worden aangepast en kunnen ze een interessant doel vormen om de last van arousal te verminderen. Of dit zich vertaalt in een lager risico op overlijden aan hart- en vaatziekten, verdient nader onderzoek. Voor mij als arts helpt een hoge arousalbelasting om patiënten te identificeren die mogelijk een hoger risico lopen op hart- en vaatziekten. We moeten onze patiënten adviseren om voor hun slaap te zorgen en een goede ‘slaaphygiëne’ te oefenen. Maatregelen om ’s nachts geluidshinder te minimaliseren, af te vallen en slaapapneu te behandelen, kunnen ook helpen om de aurosallast te verminderen. “

Het artikel is geplaatst in The European Heart Journal, vaktijdschrift van The European Society of Cardiology: https://academic.oup.com/eurheartj/article-lookup/doi/10.1093/eurheartj/ehab151

Bron: Maastricht UMC+
Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”

Casus: vrouw met veranderd defecatiepatroon

Een vrouw wordt naar de polikliniek gestuurd in verband met een veranderd defecatiepatroon. Ze heeft wat frequenter dan gebruikelijk ontlasting. Er zijn wat vage buikklachten in de zin van rommelingen en krampen. Ze gebruikt geen medicatie. Wat is uw diagnose?