DOQ

Voorspelmodel voor heupartrose

Kunnen we over een aantal jaar voorspellen wie heupartrose krijgt en wie niet? Als het aan Rintje Agricola ligt wel. “We kennen verschillende risicofactoren voor de ontwikkeling van heupartrose”, zegt de orthopeed en onderzoeker. “De waarde van deze risicofactoren voor de individuele patiënt is echter beperkt.” Om beter te kunnen voorspellen wie een hoog risico heeft om heupartrose te ontwikkelen, heeft hij het World COACH consortium opgezet.

Uit het promotieonderzoek dat Rintje Agricola (nu werkzaam als orthopeed in het Anna Ziekenhuis en als onderzoeker in het Erasmus MC) in 2015 afrondde, bleek dat bepaalde morfologie van de heup een verhoogd risico op de ontwikkeling van artrose gaf. “Wetenschappelijk gezien een interessante bevinding. Maar ik vroeg me af: wat kunnen we hiermee in de kliniek? Wat heeft een patiënt aan de kennis dat hij een acht keer hoger risico heeft op heupartrose, maar nog steeds niet weet of hij zélf wel of niet heupartrose zal ontwikkelen?”

“Door het samenvoegen van gegevens willen we inzicht krijgen in welke variabelen belangrijk zijn voor de ontwikkeling van artrose”

Orthopeed en onderzoeker Rintje Agricola

Artrose voorkomen

Met deze vraag ontstond bij Agricola het idee voor het World COACH consortium: een wereldwijd samenwerkingsverband van prospectieve cohortstudies op het gebied van heupartrose. Agricola: “We weten dat naast specifieke morfologie van de heup, ook een hogere BMI, intensief gesport hebben of zwaar werk verricht hebben in het verleden, een verhoogd risico kan geven op artrose. Genetica lijkt eveneens een rol te spelen. Door het samenvoegen van alle gegevens uit negen prospectieve cohortstudies (met in totaal 40.000 mensen) proberen we inzicht te krijgen in welke variabelen voor díe ene patiënt belangrijk zijn voor de ontwikkeling van artrose. Eigenlijk een vorm van gepersonaliseerde zorg.”

We zien dat specifieke heupmorfologie sterk voorspellend is voor de ontwikkeling van heupartrose”

Ontwikkeling voorspelmodel

Het World COACH consortium bestudeert verschillende onderzoeksvragen. Daarvoor is allereerst een methode ontwikkeld om alle data automatisch te analyseren. De onderzoeksvragen richten zich vervolgens op associaties tussen de ontwikkeling van heupartrose en 1) de morfologie van de heup, 2) genetische factoren en 3) verschillende klinische uitkomstmaten (zoals lichamelijk onderzoek, vragenlijsten, bloedonderzoek, biomarkers). Dit komt ten slotte samen in de ontwikkeling van een voorspelmodel voor heupartrose.
De eerste paar jaar van het project waren vooral gericht op het leggen van contacten, de juridische aspecten rond de samenwerking en het ordenen van de data uit alle cohorten, legt Agricola uit. “Maar nu wordt het echt leuk”, zegt hij. “We zijn begonnen met het analyseren van de data. Hierbij richten we ons allereerst op de onderzoeksvraag waarbij gekeken is naar de morfologie van de heup. Hierbij zien we dat specifieke heupmorfologie, zoals dysplasie en impingement (zowel CAM- als Pincer-impingement), na een follow-up van acht jaar sterk voorspellend is voor de ontwikkeling van heupartrose.” Het komende half jaar tot jaar verwacht Agricola nog meer resultaten.

“In 2040 is artrose mogelijk de meest voorkomende ziekte in Nederland”

Meest voorkomende ziekte

Agricola hoopt dat het World COACH consortium binnen een jaar of tien leidt tot een in de kliniek goed werkend voorspelmodel voor heupartrose, met voor bijvoorbeeld de huisarts eenvoudig te bepalen variabelen. “Een model waarmee we bij mensen met beginnende klachten van artrose risicofactoren kunnen identificeren, en deze – indien mogelijk – aanpakken om de ontwikkeling van artrose te voorkomen.” Anderzijds hoopt hij dat patiënten met heupartrose gerichter behandeld kunnen worden en zo een betere kwaliteit van leven hebben.
“In tegenstelling tot wat mensen vaak denken is artrose geen vorm van slijtage, maar een ziekte van het gewricht. Het RIVM schat zelfs dat als we nu geen actie ondernemen, artrose in 2040 de meest voorkomende ziekte in Nederland is, nog boven diabetes en hart- en vaatziekten. Daar moeten we echt iets aan doen. Ik hoop dat we met het World COACH consortium daar een belangrijke bijdrage aan kunnen leveren.”

Meer informatie over het World COACH consortium: https://www.worldcoachconsortium.com/nl/home

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”

Casus: vrouw met veranderd defecatiepatroon

Een vrouw wordt naar de polikliniek gestuurd in verband met een veranderd defecatiepatroon. Ze heeft wat frequenter dan gebruikelijk ontlasting. Er zijn wat vage buikklachten in de zin van rommelingen en krampen. Ze gebruikt geen medicatie. Wat is uw diagnose?