DOQ

Wekelijkse insulinetherapie net zo effectief als dagelijks spuiten

Hoe minder vaak een patiënt basaal insuline hoeft te spuiten, hoe beter de acceptatie en therapietrouw, zo wordt algemeen aangenomen over de behandeling van patiënten met diabetes mellitus type 2 (T2DM). Insuline icodec, een basale insuline-analoog die is ontwikkeld voor wekelijkse toediening, blijkt een vergelijkbaar glucoseverlagende effect en bijwerkingenprofiel te hebben als eenmaal daagse insuline glargine U100. 

De Amerikaanse en Europese richtlijnen over T2DM adviseren om de behandeling te escaleren om het moment dat de individuele glykemische streefwaarden niet bereikt worden. Ondanks deze aanbevelingen is bij de behandeling van T2DM-patienten vaak sprake van klinische inertie. Het langste wordt gewacht met het starten van insulinetherapie, gemiddeld 1, tot 4,9 jaar na het starten van een of meerdere orale glucoseverlagende geneesmiddelen.  

(bron foto pixabay)

Wekelijkse injecties 

T2DM-patiënten blijken over het algemeen de voorkeur te geven aan minder injecties en meer flexibiliteit dan de huidige eenmaal daagse behandeling. Het verminderen van het aantal injecties zou mogelijk de acceptatie van en therapietrouw aan insulinetherapie bij T2DM-patiënten kunnen verhogen. Dat zou ten goede kunnen komen aan de glucoseregulatie. 
Insuline icodec is een basale insuline-analoog die eenmaal per week wordt toegediend en in ontwikkeling is voor de behandeling van diabetespatiënten. Met een tijdsbeloop tot de maximale concentratie van 16 uur en een halfwaardetijd van ongeveer een week heeft insuline icodec een farmacokinetisch en farmacodynamisch profiel dat geschikt is voor wekelijkse injecties. 

Fase II NN1436-4383-studie  

In deze 26 weken durende, gerandomiseerde, dubbelblinde, dubbel-dummy fase II-studie zijn de werkzaamheid en veiligheid van eenmaal per week insuline icodec vergeleken met eenmaal daagse insuline glargine U100.  
De 247 deelnemende patiënten hadden niet eerder een langdurige insulinebehandeling gekregen. De T2DM was onvoldoende onder controle (HbA1c 7,0-9,5%) onder behandeling van metformine met of zonder een DPP-4-remmer. Het gemiddelde HbA1c op baseline was 8,09% in de icodec-groep en 7,96% in de glargine-groep. 
Het HbA1c daalde tussen baseline en week 26 met gemiddeld 1,33% in de icodec-groep en met 1,15% in de glargine-groep. Het HbA1c in week 26 was respectievelijk 6,69% ​​en 6,87%. Het geschatte verschil tussen de twee groepen wat betreft deze verandering van het HbA1c 0,18%, maar dat verschil was niet significant (p = 0,08).  

Even veel adverse events 

Wat betreft de veiligheid werden onder andere episodes van hypoglykemie en insuline-gerelateerde adverse events (AE’s) vastgesteld. Er traden weinig hypoglykemieën met een ernst van niveau 2 (bloedglucosespiegel van < 54 mg/dl) of niveau 3 (ernstige cognitieve stoornis) op. De incidentie daarvan was 0,53 events per patiëntjaar in de icodec-groep en 0,46 events per patiëntjaar in de glargine-groep (geschatte ratio 1,09).  
Er was geen verschil tussen de groepen wat betreft het optreden van belangrijkste insuline-gerelateerde AE’s. Er traden weinig overgevoeligheids- en injectieplaatsreacties op. De meeste AE’s waren mild. Er waren geen ernstige AE’s die gerelateerd konden worden aan het gebruik van de studiemedicatie. 

Vergelijkbare uitkomsten 

Het glucoseverlagende effect en het bijwerkingenprofiel van een wekelijkse behandeling met insuline icodec waren vergelijkbaar met die van eenmaal daagse insuline glargine U100 bij T2DM-patiënten.  


Referentie: Rosenstock J, Bajaj HS, Janež A, et al. Once-Weekly Insulin for Type 2 Diabetes without Previous Insulin Treatment. N Engl J Med. 2020 Sep 22. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32960514/ 

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: vrouw met hevige diarree en kortademigheid

Een vrouw klaagt over hevige diarree en kortademigheid. Daarnaast voelt zij zich zwak en is zij 10 kg afgevallen in de laatste 3 maanden. Wat is uw diagnose?

Videoconsult vs. fysiek consult: waar zitten de verschillen?

Broer en zus Martijn Stommel en Wyke Stommel onderzochten de verschillen tussen video- en fysieke consulten. Dit kan helpen bij goede implementatie van videoconsulten. “Patiënten moeten soms lang reizen. Dat is belastend, het kost tijd en meestal moet iemand mee.”

Zeven routes naar een veerkrachtig zorgsysteem

Ons zorgstelsel kan duurzamer en menselijker terwijl ook kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid geborgd zijn, meent Steven de Waal in zijn boek. “De zorginstelling verandert in een platform: minder managers en meer horizontaal management tussen zorgprofessionals.”

Wat als… jouw onderzoek plotseling is geasso­cieerd met de tabaks­industrie?

De farmaceut die het promotieonderzoek van Wytse van den Bosch financierde, werd plotseling overgenomen door een tabaksmultinational. Wat doe je dan als onderzoeker? “Door deze indirecte affiliatie ben je plotseling niet meer welkom op wetenschappelijke congressen.”

Meer rolmodel­len nodig in het medisch onderwijs

“De gezondheidszorg moet een afspiegeling zijn van de samenleving, dat is nu niet zo”, vindt Rashmi Kusurkar, hoogleraar inclusie en motivatie in medisch onderwijs. Er is behoefte aan meer inclusiviteit en diversiteit binnen het medisch onderwijs.

Zo deal je met de onzin van influencers in je spreekkamer

Patiënten vertrouwen influencers soms meer dan hun eigen arts. Jolanda van Boven en Annemie Galimont vertellen over hun ervaringen hiermee in de spreekkamer en hoe hiermee om te gaan. “Wees als arts alert dat je de patiënt goed voorlicht over de mogelijke gevolgen.”

‘Kunst kan de zorg transformeren’

Om de problemen van het overbelaste zorgsysteem het hoofd te bieden, moet kunst een structurele plaats krijgen, pleit Tineke Abma. “We willen duurzame programma’s van bewezen interventies vergoed door de zorgverzekeraar.”

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”


0
Laat een reactie achterx