Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
‘Zbc is niet per definitie een oplossing voor goedkopere en betere zorg’
Het aantal zelfstandige behandelcentra (zbc’s) en particuliere verpleeghuizen in Nederland neemt al jaren toe. Wat betekent dit voor de zorgkosten, voor de kwaliteit van zorg en voor de patiënttevredenheid? Promovenda Florien Kruse onderzocht de plussen en minnen van ondernemerschap in de zorg. “Beleidsmakers moeten vooral op hun hoede zijn als private investeerders alleen voor commerciële doeleinden, vaak met kortetermijnvisie, in de markt zijn gestapt en zodoende vergeten dat zij ook een maatschappelijke functie dienen.”
In haar proefschrift Healthcare Provision: open voor business?* geeft promovenda Florien Kruse een overzicht van en verklaringen voor de groei van commerciële zorgcentra in ons land en daarbuiten, waarbij vooral data over zbc’s nieuwe inzichten geven. “De variatie in zbc’s is groot: sommigen zijn alleen op een paar dagen in de week open, anderen zijn bijna complete ziekenhuizen geworden met vestigingen door het hele land. We zien bovendien een sterke concentratie van een aantal grote partijen”, aldus de promovenda van het Radboudumc. “Opvallend is dat in onze studie deze marktconcentratie geen eenduidige invloed heeft op de prijs van behandelingen.”
Hogere patiënttevredenheid
Lange tijd leek de focus factory theory van toepassing op het ontstaan van zelfstandige behandelcentra: door specialisatie en standaardisatie kan de zorg in theorie goedkoper en van hogere kwaliteit geleverd worden. Het onderzoek van Kruse laat zien dat dit echter niet per se geldt voor zelfstandige behandelcentra in Nederland. “De gecontracteerde prijs van zorg bij zbc’s ligt over het algemeen wel iets lager, maar er is geen eenduidig verband gevonden tussen zbc’s en kwaliteit van zorg. Die is niet significant beter of slechter dan in ziekenhuizen. Wel is de patiënttevredenheid in zbc’s hoger. Een verklaring daarvoor zou kunnen zijn dat commerciële aanbieders vaak veel doen aan ambiance en persoonlijke service, wat bijdraagt aan die patiënttevredenheid. Dit hebben we echter niet onderzocht.”
“Er valt veel voor te zeggen een deel van die electieve zorg in ziekenhuizen te behouden, maar er liggen zeker kansen voor zbc’s om een bijdrage te leveren aan lagere zorgkosten”
Gestandaardiseerde operatie
Kruse vergeleek als specifieke groep cataractoperaties in ziekenhuizen en zbc’s, en daarbij lijkt het totale kostenplaatje structureel lager in zbc’s. Dat zou volgens haar kunnen impliceren dat dit ook voor andere gestandaardiseerde, relatief eenvoudige operaties geldt. “Maar we kunnen niet constateren dat zbc’s dé oplossing zijn voor goedkopere zorg; besparingen op organisatieniveau hoeven immers niet per se besparingen op macroniveau te betekenen. Er valt veel voor te zeggen een deel van die electieve zorg in ziekenhuizen te behouden, maar er liggen zeker kansen voor zbc’s om een bijdrage te leveren aan lagere zorgkosten”, aldus Kruse.
Additionele zorg
De promovenda wijst daarnaast naar de Verenigde Staten, waar de zbc-sector sterk is gegroeid over de jaren en nu kanttekeningen zijn gezet. “Zelfstandige behandelcentra zijn daar een volwassen sector intussen. Empirische studies laten zien dat deze zorg, vaker dan gewenst, additioneel dan vervangend is. Dat is een neveneffect om op bedacht te zijn, ook in Nederland”, stelt Kruse. “En tegelijkertijd is het goed om te beseffen dat de commerciële zorgmarkt ook een voordeel heeft ten opzichte van niet-commerciële centra: zbc’s zouden sneller in kunnen spelen op de vraag van de consument en sneller kunnen innoveren, door het ontbreken van ingewikkelde bureaucratie.”
“Omdat veel particuliere zorgaanbieders onder de radar opereren, kun je de sector slecht reguleren en kan de zorgconsument ook niet goed geïnformeerd een keuze maken”
Investeerders
Internationale investeerders en private equity-partijen hebben al een aantal zbc’s en de particuliere verpleeghuizen in handen. “Daar is op zich niks mis mee, maar er bestaat wel een reëel risico dat de interne prikkel om winst na te streven groter is dan de prikkel om het maatschappelijk belang na te streven”, licht Kruse toe. “Omdat veel particuliere zorgaanbieders onder de radar opereren, kun je de sector slecht reguleren en kan de zorgconsument ook niet goed geïnformeerd een keuze maken en dat is natuurlijk niet wenselijk. Het is dus goed om te zien dat de politiek hier langzaam ook iets mee wil doen.”
“Particuliere verpleeghuizen, die meestal geen specialist ouderengeneeskunde in dienst hebben, leunen sterk op eerstelijnszorg. Huisartsen zien daar een probleem”
Huisartsgeneeskunde
Een andere opvallende bevinding van Kruse over de gevolgen van meer particuliere verpleeghuizen, is wat dat doet met de kosten in andere settings. “We zien bijvoorbeeld dat particuliere verpleeghuizen, die meestal geen specialist ouderengeneeskunde in dienst hebben, sterk leunen op eerstelijnszorg. Huisartsen zien daar een probleem, want de zorgbehoefte van ouderen in kleinschalige woonzorgvormen gaat de expertise en kennis van huisartsen soms voorbij. Bovendien nemen particuliere verpleeghuizen dus niet zelf verantwoordelijkheid voor de kosten van die zorg; ze maken gebruik van de huisartsgeneeskunde.”
“Concreet betekent dit dat beleidsmakers vooral op hun hoede moeten zijn als commerciële entiteiten bewust onder de radar opereren, dus weigeren transparantie te verlenen”
Beleidsmakers
Samenvattend zijn er dus voordelen aan de toename van het aantal commerciële zorgaanbieders, maar zijn er ook risico’s verbonden aan deze ontwikkeling. “Concreet betekent dit dat beleidsmakers vooral op hun hoede moeten zijn als commerciële entiteiten bewust onder de radar opereren, dus weigeren transparantie te verlenen, en als private investeerders alleen voor commerciële doeleinden, vaak met kortetermijnvisie, in de markt zijn gestapt en zodoende vergeten dat zij ook een maatschappelijke functie dienen”, concludeert Kruse.
Referentie: Healthcare Provision: open voor business?