DOQ

Ziekenhuisapotheker Ter Brake: ‘Door verhalen te delen over burn-out wil ik langzamerhand het taboe doorbreken’

Ziekenhuisapotheker Tanja ter Brake geeft workshops aan zorgprofessionals over burnout. Daarin deelt ze haar eigen ervaringen en die van collega’s die in hetzelfde schuitje zaten. Ik wil vooral voorkomen dat zorgprofessionals in een burnout terechtkomen. Voel je dat je in het oranje gebied zit, ga dan hierover het gesprek aan binnen je team. 

“Ik ben opgeleid in het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein tot ziekenhuisapotheker en was iemand met bakken energie”, zo start Tanja ter Brake haar relaas. “Ik was tijdens mijn opleiding ook voorzitter van de JongNVZA, de vereniging van ziekenhuisapothekers in opleiding. Daarnaast draaide ik weekend- en avonddiensten en bracht ik ook nog eens een eigen cd uit: cabaret, theater en muziek zijn mijn uitlaadklep. Het kon allemaal niet op.” 

ziekenhuisapotheker Tanja ter Brake
(Foto: Jeroen Jumelet)

Alles combineren 

Na haar opleiding ging Ter Brake als ziekenhuisapotheker aan de slag in Isala Klinieken in Zwolle. “Een fijne werkgever. Ik kreeg toen een dochtertje, voor het eerst was ik moeder. Ik leefde op een roze wolk. Als één van de weinige ziekenhuisapothekers mocht ik driemaal negen uur werken. Daarnaast had ik een mammadag en nog een theaterdag. Alles combineerde ik: tussen het geven van borstvoeding door in de kinderopvang tegenover het ziekenhuis, belde ik gerust met de IC omdat ik dienst had.” 

“Ik zakte door mijn knieën en kon de trap van mijn woning niet meer op. Ik had een point of no return bereikt. Een burn-out” 

Werkgeheugen 

Maar toen ging het mis. Het werd allemaal teveel. “In het voorjaar van 2017, mijn dochtertje was inmiddels vijf maanden oud, kwam ik ’s avonds rond zevenen thuis na een lange dag. Ik zakte door mijn knieën en kon de trap van mijn woning niet meer op. Ik had een point of no return bereikt. Een burn-out. De verschijnselen waren heftig, ik schrok ervan. Mijn werkgeheugen leek uitgevallen. Ik kon bijvoorbeeld geen koffie meer zetten, wist niet meer hoe dat moest. Als iemand vroeg hoe het met me ging en de radio stond aan, ging ik huilen. Die prikkels kon ik niet aan. In de interviews met andere burn-out ervaringsdeskundigen hoorde ik ook dergelijke verhalen van storingen in het werkgeheugen. Zo vertelde iemand dat ze eens met kleren aan onder douche stapte.”  
Ter Brake deed er een jaar over om uit het dal op te krabbelen en weer voor honderd procent terug te komen. “Herstellen is het moeilijkste wat me ooit is overkomen. Toen heb ik mijn werk in Isala Klinieken weer opgepakt. Maar de signalen van burn-out kwamen terug. Een drukkende pijn op de borst zei me genoeg. In het voorjaar 2018 besloot ik om te stoppen met mijn baan in Zwolle.” 

“Eén op de vier tot vijf aios’en kampt met burn-outklachten, dat geldt ook voor ziekenhuisapothekers” 

Aios’en interviewen 

De burn-out was voor Ter Brake reden om haar levenskoers drastisch te wijzigen. “Ik melde me halsoverkop aan voor auditie bij de Koningstheateracademie – de theateracademie die zich richt op cabaret. Daar werd ik toegelaten. Inmiddels treed ik op met mijn eigen cabaretvoorstelling en schrijf ik radiocolumns. Sinds kort ben ik gestart met een nieuw project ‘Elke Dag Iets’, waarbij ik dagelijks een schrijfsel post op mijn Instagram en ik schrijf aan mijn eerste avondvullende voorstelling. Theater is mijn passie.” 
Parallel daaraan begon Ter Brake met het interviewen van apothekers, ziekenhuisapothekers en ziekenhuisapothekers in opleiding (aios). Dit deed ze om zoveel mogelijk verhalen te verzamelen die het beeld van burn-out schetsen. Binnen de apothekerswereld is praten over burn-out nog een taboe. “Door verhalen te delen wil ik langzamerhand dit taboe doorbreken. Eén op de vier tot vijf aios’en kampt met burn-outklachten, dat geldt ook voor ziekenhuisapothekers. Echt schrijnend. De huidige situatie met de druk rondom het coronavirus maakt het alleen nog maar erger.” 

Verplichte workshop voor apothekers 

De JongNVZA vroeg Ter Brake haar verhaal te doen tijdens de Ziekenhuisfarmaciedagen 2018. En zo ontstonden de workshops die ze nu regelmatig geeft aan apothekers of andere zorgprofessionals over burn-out. De workshop is inmiddels een verplicht onderdeel van de opleiding tot ziekenhuisapotheker. “Ik deel graag mijn verhaal. Maar het ís niet alleen mijn verhaal, ook de verhalen van andere collega’s uit de interviews deel ik tijdens de workshops. Opvallend is dat iedereen die ik interviewde daarin anoniem wenste te blijven. Wat zegt dat over het taboe op burn-out in onze beroepsgroep?” 

Herkenning 

Muziek speelt een belangrijke rol bij de workshops. De workshop ontwikkelde ze samen met Lisa van Schijndel, psycholoog en kleinkunstenaar. Zij hielp bij het zorgvuldig voorbereiden ervan. “Ik open de bijeenkomsten altijd met een zelfgemaakt lied over burn-out. Mensen kijken verrast op van hun iPad als ze zien dat ik mijn gitaar pak en een lied zing. Het lied hakt erin, het is herkenbaar. Hierdoor ontstaat een kwetsbare sfeer. Ik vraag via handopsteken de deelnemers of het lied herkenning oproept. Vervolgens vertel ik mijn eigen verhaal en dat van anderen.” 

Lichamelijke signalen 

Een kwetsbare houding is essentieel om tijdens de workshops een open en veilige sfeer te creëren, geeft Ter Brake aan. “Het is belangrijk dat ook de deelnemers zich kwetsbaar kunnen opstellen en durven praten over hun ervaringen. De workshops hebben een interactief karakter. Er is ruimte voor mindfulness en ademhalingsoefeningen. Door de burn-out ben ik me veel bewuster geworden van mijn lijf. Welke lichamelijke signalen wijzen op een burn-out? Eén van de tools die ik gebruik tijdens de workshops is het ‘stoplicht’. Deelnemers kunnen zich daarmee afvragen: wat doet mijn lijf als ik in het rood zit? En wat als ik in groen gebied ben?” 
De workshops voorzien in een behoefte, zegt Ter Brake. “De workshop wordt goed beoordeeld. En iedere keer wordt er bij de opleidingsdag voor ziekenhuisapothekers gevraagd of ik volgende keer nóg iets meer tijd aan dit onderwerp wil besteden. Daarnaast geef ik ze ook op locatie in de ziekenhuizen. De afgelopen tijd verzorg ik delen van de workshop ook online, wegens de coronamaatregelen. Dat werkt eigenlijk best goed!” 

“Ook leidinggevenden moet zich kwetsbaar kunnen opstellen. Open kunnen zijn over het feit dat ze onder spanning staan”  

Energiebalans 

Het voornaamste dat Ter Brake mee wil geven aan de apothekers is: “Ga in gesprek met je team als je voelt dat je in het oranje gebied zit. Het gaat de verkeerde kant op als je een paar dagen je lunch hebt overgeslagen of als je regelmatig ’s avonds moet doorwerken. Als ziekenhuisapothekers moeten we af van het idee dat we alles moeten kunnen en doen. Kijk veel meer naar competenties. De ene is goed in protocollen schrijven terwijl de andere zich graag bezighoudt met patiëntgesprekken. Als je kunt doen waar je goed in bent en wat je graag doet, geeft dat ontspanning in het werk en een goede energiebalans. Een goede ontspannen werksfeer creëer je ook door simpelweg aan elkaar te vragen hoe het gaat. Elkaar spreken als mensen. Waar maakt iemand zich zorgen om? Ook leidinggevenden moet zich kwetsbaar kunnen opstellen. Open kunnen zijn over het feit dat ze onder spanning staan. Een kwetsbare houding kan enorm krachtig overkomen.”  


Zorgprofessionals die interesse hebben voor een workshop kunnen contact opnemen via info@tanjaterbrake.nl of kijken op www.tanjaterbrake.nl. 

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

‘Bevolkings­onderzoek sluit onvoldoende aan bij mensen met verstande­lijke beperking’

Mensen met een verstandelijke beperking nemen veel minder vaak deel aan bevolkingsonderzoeken naar kanker dan de algemene bevolking, vertelt Amina Banda. Ook krijgen zij minder vaak vervolgonderzoek. “Deze groep kan allerlei barrières voor deelname ervaren.”

Vertragen, verdragen en verbinden in moeilijke gesprekken

In de palliatieve zorg spelen niet alleen emoties bij de patiënt een rol, maar ook bij de zorgverlener. Machteld Muller legt uit hoe zelfinzicht helpt bij verbinding met je patiënt. “Herkennen van je eigen ‘rode knoppen’ helpt om uit vervelende dynamieken te blijven.”

Hoe je medische misinformatie als zorgverlener kunt aanpakken

Waarom geloven mensen dat zonnebrandcrème gevaarlijk is, of wantrouwen ze bewezen interventies zoals vaccins? Tom van Bommel vertelt over de mechanismen achter zulke overtuigingen. “Technieken waarmee misinformatie zich verspreidt, kunnen óók ten goede worden ingezet.”

Casus: patiënte met dyspnoe naar de EHH

Een oudere obese vrouw presenteert zich op de Eerste Hart Hulp vanwege dyspnoe. Die begon twee weken geleden en was aanvankelijk inspanningsgebonden, nu ook bij platliggen. Ze plast nog maar kleine beetjes sinds drie dagen. Wat is uw diagnose?

Casus: patiënt met progressieve inspanningsdyspneu

Een patiënt presenteert zich met progressieve inspanningsdyspneu. Voorheen was hij in staat om zonder klachten te tennissen, nu ervaart hij kortademigheid bij stevig doorwandelen. Er is geen sprake van hoesten, sputumproductie of koorts. Wat is uw diagnose?

Uitgebreid bloedonderzoek met één simpele vingerprik

Capillaire bloedafname via een vingerprik blijkt bij meer dan 30 standaardbepalingen een goed alternatief voor venapunctie, concludeerde Martijn Doeleman. “Patiënten kunnen zelf de vingerprik doen. Gewoon thuis, wanneer het hen uitkomt.”

Cultuur­sensitieve zorg in de praktijk: lessen van Mammarosa

Taal- en cultuurverschillen kunnen de communicatie met zorgverleners flink bemoeilijken. Stichting Mammarosa biedt hierin uitkomst. Samia Kasmi vertelt hoe belangrijk cultuursensitieve communicatie is, en hoe artsen hierin het verschil kunnen maken.

‘Er is een trend naar meer visuele informatie’

“Voor patiënten blijkt de juiste toedieningsroute van een geneesmiddel niet altijd vanzelfsprekend te zijn”, vertellen Yara Mangindaan en Nike Everaarts-de Gruyter. Zij hielpen medicijnpictogrammen te ontwikkelen die ondersteunen bij goed gebruik van geneesmiddelen.

Werkbereidheid bij een crisis niet vanzelf­sprekend

Ziekenhuizen kunnen tijdens een crisis niet blind vertrouwen op hun personeel, concluderen Dennis Barten en Lindsy Engels. Werkbereidheid hangt sterk af van verschillende factoren. “Het is belangrijk om te ontdekken wat nodig is om voor te bereiden op crisissituaties.”

Casus: man met dysfonie­klachten

Een 42-jarige man komt op uw spreekuur met dysfonieklachten, twee maanden geleden ontstaan in een periode van veel hoesten. Aan het einde van de dag worden de klachten erger en het is lastig om een lang gesprek te voeren. Wat is uw diagnose?