DOQ

Dystonie bij kinderen: hoe herken je het beter?

Dystonie bij kinderen meetbaar maken en een betere herkenning van deze bewegingsstoornis door artsen; dat is het doel van Wieke Eggink. Zij is aios neurologie in het UMCG en postdoctoraal onderzoeker bij het Movement Disorders Expertise Centrum Groningen. “Iedere arts twijfelt wel eens aan de diagnose: schroom niet om die twijfels te delen en ga met elkaar in gesprek.”

De bewegingsstoornis dystonie kent een heldere definitie: de stoornis wordt gekenmerkt door een aanhoudende of wisselend verhoogde spierspanning. Hierdoor ontstaan langzame, draaiende, onwillekeurige bewegingen en/of een abnormale stand van één of meerdere lichaamsdelen. Maar ondanks deze specifieke omschrijving, blijkt dystonie in de praktijk erg lastig te herkennen. “We noemen dystonie een zeldzame stoornis, maar ik denk dat het een stuk vaker voorkomt dan wij als artsen denken”, stelt Eggink.

Neuroloog aios Wieke Eggink

Mengvorm

Eggink doet al negen jaar onderzoek naar bewegingsstoornissen bij kinderen, in het bijzonder naar dystonie. Dat de bewegingsstoornis lastig te herkennen is, heeft volgens haar diverse verklaringen. “Allereerst is het kind namelijk nog volop in ontwikkeling. Hierdoor kan dystonie er bij jonge kinderen anders uitzien dan bij oudere kinderen. En verschilt dit ook nog eens per kind. Daarnaast zien we dat op jonge leeftijd dystonie vaak optreedt samen met andere symptomen in een zogeheten mengvorm”, zegt zij.

“Naast de klinische kenmerken zijn er weinig objectieve biomarkers voor dystonie. De diagnose dystonie berust dus op de waarneming van de arts.”

Geen gouden standaard

Zo komt dystonie vaak voor in combinatie met spasticiteit, myoclonus (schokken), epilepsie en een ontwikkelingsachterstand. “De abnormale stand van ledematen en het patroonsgewijs optreden van steeds dezelfde ongecontroleerde bewegingen, dat is wat dystonie onderscheidt van andere stoornissen”, licht Eggink toe. “Naast deze klinische kenmerken zijn er echter weinig objectieve biomarkers voor dystonie. De diagnose dystonie berust dus op de waarneming van de arts. Er mist simpelweg een gouden standaard.”

Pilot

Hoewel de klinische blik van artsen dus essentieel is, verschillen zij van mening. Dit blijkt uit een pilotstudie van Eggink. Zij en haar team lieten video’s van kinderen met onder meer dystonie zien aan kinderrevaliatieartsen en (kinder)neurologen, die geregeld werken met deze populatie. In minder dan de helft gevallen waren de artsen het met elkaar eens over het meest prominente symptoom. Bovendien: later in de studie kregen de specialisten de filmpjes nogmaals te zien én bleek een kwart van hen het oneens te zijn met hun eerste oordeel. “Een kleine studie, maar dit onderschrijft wat er in de medische praktijk kan gebeuren”, aldus de onderzoeker.

“Maak een video, deel je twijfels, deel je visie en leer van elkaar. Het gaat om de beste aanpak voor het betreffende kind”

Twijfel

Met haar onderzoeken wil Eggink artsen handvatten geven om dystonie beter te differentiëren. “Omdat we weten dat iedere arts wel eens twijfelt aan de diagnose dystonie, is mijn advies: ga met elkaar in gesprek. Maak een video, deel je twijfels, deel je visie en leer van elkaar. Het gaat om de beste aanpak voor het betreffende kind. Door samen meer over dystonie te praten, ontwikkelen we steeds meer dezelfde taal.”

“Met de pupiltracker onderzoeken we of oogbewegingen verschillen tussen kinderen met dystonie en kinderen met andere bewegingsstoornissen”

Pupiltracker

Daarnaast is de Groningse onderzoeker bezig met het ontwikkelen van tools die dystonie meetbaar kunnen maken. Zo loopt er momenteel een studie met een pupiltracker die oogbewegingen kwantificeert. Eggink: “Een mooie vorm van translationele samenwerking met technologisch onderlegde professionals. We weten dat oogbewegingen vaak minder adequaat zijn afgestemd bij kinderen met een bewegingsstoornis. Met de pupiltracker onderzoeken we of oogbewegingen verschillen tussen kinderen met dystonie en kinderen met andere bewegingsstoornissen.”

Kunstmatige intelligentie

Daarnaast meten Eggink en haar collega’s ook de dystone bewegingen van de kinderen met slimme 3D-camera’s en sensoren die de bewegingen en spieractiviteit meten. “Ook hiermee hopen we dystonie-specifieke patronen te herkennen. Het is geweldig om te ervaren hoe technologische mogelijkheden op het gebied van kunstmatige intelligentie en machine-learning de medische kennis kunnen verbreden.”

“Een meer consistente herkenning van dystonie is een eerste stap in het ontwikkelen van kwalitatief goede studies naar het effect van behandelingen”

Behandeling

Naast een betere herkenning, hoopt Eggink ook op meer wetenschappelijke onderbouwing voor behandelingen van dystonie bij kinderen. “Dystonie is van grote invloed op het dagelijks leven, maar er mist momenteel een wetenschappelijke basis voor veel behandelopties. Een meer consistente herkenning van dystonie is een eerste stap in het ontwikkelen van kwalitatief goede studies naar het effect van behandelingen.”

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: vrouw met hevige diarree en kortademigheid

Een vrouw klaagt over hevige diarree en kortademigheid. Daarnaast voelt zij zich zwak en is zij 10 kg afgevallen in de laatste 3 maanden. Wat is uw diagnose?

Videoconsult vs. fysiek consult: waar zitten de verschillen?

Broer en zus Martijn Stommel en Wyke Stommel onderzochten de verschillen tussen video- en fysieke consulten. Dit kan helpen bij goede implementatie van videoconsulten. “Patiënten moeten soms lang reizen. Dat is belastend, het kost tijd en meestal moet iemand mee.”

Zeven routes naar een veerkrachtig zorgsysteem

Ons zorgstelsel kan duurzamer en menselijker terwijl ook kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid geborgd zijn, meent Steven de Waal in zijn boek. “De zorginstelling verandert in een platform: minder managers en meer horizontaal management tussen zorgprofessionals.”

Wat als… jouw onderzoek plotseling is geasso­cieerd met de tabaks­industrie?

De farmaceut die het promotieonderzoek van Wytse van den Bosch financierde, werd plotseling overgenomen door een tabaksmultinational. Wat doe je dan als onderzoeker? “Door deze indirecte affiliatie ben je plotseling niet meer welkom op wetenschappelijke congressen.”

Meer rolmodel­len nodig in het medisch onderwijs

“De gezondheidszorg moet een afspiegeling zijn van de samenleving, dat is nu niet zo”, vindt Rashmi Kusurkar, hoogleraar inclusie en motivatie in medisch onderwijs. Er is behoefte aan meer inclusiviteit en diversiteit binnen het medisch onderwijs.

Zo deal je met de onzin van influencers in je spreekkamer

Patiënten vertrouwen influencers soms meer dan hun eigen arts. Jolanda van Boven en Annemie Galimont vertellen over hun ervaringen hiermee in de spreekkamer en hoe hiermee om te gaan. “Wees als arts alert dat je de patiënt goed voorlicht over de mogelijke gevolgen.”

‘Kunst kan de zorg transformeren’

Om de problemen van het overbelaste zorgsysteem het hoofd te bieden, moet kunst een structurele plaats krijgen, pleit Tineke Abma. “We willen duurzame programma’s van bewezen interventies vergoed door de zorgverzekeraar.”

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”


0
Laat een reactie achterx