DOQ

Meer rolmodel­len nodig in het medisch onderwijs

De huidige populatie geneeskundestudenten is geen goede weerspiegeling van onze samenleving. In het medisch onderwijs is een tekort aan diversiteit. Rashmi Kusurkar, hoogleraar inclusie en motivatie in medisch onderwijs aan het Amsterdam UMC, benadrukt dat er nog veel vooruitgang geboekt kan worden. “Patiënten met een migratieachtergrond krijgen op dit moment geen topzorg.”

Uit onderzoek onder leiding van Rashmi Kusurkar blijkt dat jongeren met een niet-Europese migratieachtergrond of een lage sociaaleconomische status minder kans hebben om te worden toegelaten tot medische opleidingen. Deze bevindingen, gebaseerd op gegevens van Statistics Netherlands, wijzen op een gebrek aan diversiteit binnen Nederlandse gezondheidszorgopleidingen.

“Studenten met een migratieachtergrond hebben geen rolmodel omdat het overgrote deel van de artsen wit is”

Hoogleraar Rashmi Kusurkar

Stereotyperingen

Naast verminderde kansen op toelating tot medische opleidingen, worden geneeskundestudenten met een migratieachtergrond geconfronteerd met stereotypen. Een veelvoorkomende veronderstelling vanuit de meerderheidsgroep is bijvoorbeeld dat studenten vanuit India geneeskunde gaan studeren om aan de verwachtingen van hun ouders te voldoen. Kusurkar heeft zelf ook persoonlijk te maken gehad met stereotyperingen toen ze als afgestudeerd arts en docent medisch onderwijs vanuit India naar Nederland verhuisde. Wanneer ze haar ervaringen als docent in de gezondheidszorg in India deelde met Nederlandse collega’s, kreeg ze vaak als reactie: “Maar dat was in India, dat is niet relevant voor de Nederlandse context.”

Ongelijke kansen

Tevens tonen resultaten uit het onderzoek van Kusurkar’s onderzoeksgroep aan dat artsen met een migratieachtergrond, vooral uit Turkije, Marokko en andere niet-Europese landen, minder vaak worden geselecteerd voor specialistische medische opleidingen. Deze groep studenten rondt weliswaar met succes de opleiding geneeskunde af maar stroomt niet in dezelfde getale door naar een specialisatie als geneeskundestudenten zonder migratieachtergrond.

Medische studenten met een migratieachtergrond hebben geen rolmodel om tegenop te kijken binnen het artsenvak. “Omdat het overgrote deel van de artsen wit is, er is niemand die op hen lijkt”, aldus Kusurkar. Ze krijgen te maken met een gevoel van othering, wat verwijst naar het gevoel dat iemand ‘anders’ is en niet bij de groep hoort. “Ze beschouwen zichzelf niet als deel van de meerderheidsgroep. Dit kan veel invloed hebben op het zelfbeeld.”

“Ik breng veel andere academische en medische vaardigheden met me mee naar de Nederlandse samenleving”

Het oncomfortabele aangaan

De Black Lives Matter beweging heeft meer bewustzijn gecreëerd rondom diversiteit en inclusie. Racisme is meer bespreekbaar en mensen zijn sneller bereid om over inclusie te praten. Er is echter nog veel ongemak als het gaat om het uitsluiten van mensen met een migratieachtergrond, vindt Kusurkar. “Het is makkelijk voor mensen om te praten over inclusie, maar wanneer het over exclusie gaat vinden mensen dit confronterend. Weinig mensen zijn zich ervan bewust dat vragen als ‘Waar kom je vandaan?’ ook deel uitmaken van discriminatieve opmerkingen”, vervolgt ze. Om inclusiviteit van deze groep studenten te bevorderen, moet er daarom juist worden gesproken over oncomfortabele onderwerpen.

Betere zorg bij meer diversiteit

Het is belangrijk dat er diversiteit is onder geneeskundestudenten in de gezondheidszorg, omdat dit bijdraagt aan het verbeteren van de zorg voor een gevarieerde patiëntenpopulatie. Daarnaast verbetert diversiteit de educatieve ervaring en academische ontwikkeling van de studentenpopulatie. Bovendien draagt het bij aan een hogere patiënttevredenheid, betere communicatie en meer begrip tussen zorgverlener en patiënt. Het bieden van goede zorg is niet alleen van belang voor de patiënt, maar ook voor de familie. Kusurkar benadrukt de aanzienlijke voordelen van een biculturele identiteit: “Ik breng veel academische en medische vaardigheden met me mee naar de Nederlandse samenleving die iemand zonder mijn achtergrond wellicht onbekend zijn. Hierdoor kan ik een grotere bijdrage leveren aan de maatschappij.”

“Door het mixed classroom model kan een nieuw perspectief ontstaan op patiëntenzorg”

Mixed classroom model

Op dit moment worden onderwerpen in het medisch onderwijs benaderd vanuit één perspectief, namelijk dat van de meerderheid. Om inclusie en diversiteit te integreren in het onderwijs, wijst Kusurkar op het mixed classroom model. In dit model wordt het perspectief van elke leerling meegenomen in het onderwijs. Studenten maken in groepen een casus en doen een brainstormsessie. Vervolgens presenteert elke groep de casus en krijgen ze zelf autonomie over hoe ze dit willen doen. Op deze manier heeft iedere leerling de kans om zijn of haar eigen perspectief voor te dragen aan de groep. Dit zorgt ervoor dat alle lagen van de samenleving worden vertegenwoordigd, ook van studenten met een migratieachtergrond en verschillende sociaal-economische status. “Op deze manier kan een nieuw perspectief ontstaan op patiëntenzorg.”

Referentie: Mulder, L., Wouters, A., Twisk, J. W., Koster, A. S., et al. Selection for health professions education leads to increased inequality of opportunity and decreased student diversity in The Netherlands, but lottery is no solution: A retrospective multi-cohort studyMedical teacher44(7), 2022, 790-799.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe naar de EHH

Een oudere obese vrouw presenteert zich op de Eerste Hart Hulp vanwege dyspnoe. Die begon twee weken geleden en was aanvankelijk inspanningsgebonden, nu ook bij platliggen. Ze plast nog maar kleine beetjes sinds drie dagen. Wat is uw diagnose?

Casus: patiënt met progressieve inspanningsdyspneu

Een patiënt presenteert zich met progressieve inspanningsdyspneu. Voorheen was hij in staat om zonder klachten te tennissen, nu ervaart hij kortademigheid bij stevig doorwandelen. Er is geen sprake van hoesten, sputumproductie of koorts. Wat is uw diagnose?

Uitgebreid bloedonderzoek met één simpele vingerprik

Capillaire bloedafname via een vingerprik blijkt bij meer dan 30 standaardbepalingen een goed alternatief voor venapunctie, concludeerde Martijn Doeleman. “Patiënten kunnen zelf de vingerprik doen. Gewoon thuis, wanneer het hen uitkomt.”

Cultuur­sensitieve zorg in de praktijk: lessen van Mammarosa

Taal- en cultuurverschillen kunnen de communicatie met zorgverleners flink bemoeilijken. Stichting Mammarosa biedt hierin uitkomst. Samia Kasmi vertelt hoe belangrijk cultuursensitieve communicatie is, en hoe artsen hierin het verschil kunnen maken.

‘Er is een trend naar meer visuele informatie’

“Voor patiënten blijkt de juiste toedieningsroute van een geneesmiddel niet altijd vanzelfsprekend te zijn”, vertellen Yara Mangindaan en Nike Everaarts-de Gruyter. Zij hielpen medicijnpictogrammen te ontwikkelen die ondersteunen bij goed gebruik van geneesmiddelen.

Werkbereidheid bij een crisis niet vanzelf­sprekend

Ziekenhuizen kunnen tijdens een crisis niet blind vertrouwen op hun personeel, concluderen Dennis Barten en Lindsy Engels. Werkbereidheid hangt sterk af van verschillende factoren. “Het is belangrijk om te ontdekken wat nodig is om voor te bereiden op crisissituaties.”

Casus: man met dysfonie­klachten

Een 42-jarige man komt op uw spreekuur met dysfonieklachten, twee maanden geleden ontstaan in een periode van veel hoesten. Aan het einde van de dag worden de klachten erger en het is lastig om een lang gesprek te voeren. Wat is uw diagnose?

Integrale geneeskunde in Nederland: tijd voor de volgende stap

Het spreekuur Integrative Medicine van Ines von Rosenstiel is erg populair en ook in andere ziekenhuizen groeit de belangstelling voor een dergelijk spreekuur. Hoe zorgen we ervoor dat IM een structureel onderdeel wordt van de reguliere zorg in Nederland?

Mindfulness in de zorg: allesbehalve zweverig

“Zorg goed voor jezelf. Er is er maar één van.” Dat zei een patiënt ooit tegen longarts Miep van der Drift. Ze weet als geen ander: mindfulness is niet alleen voor patiënten, maar ook voor zorgverleners. Ze geeft tips voor kleine veranderingen met een grote impact.

Medicatie vaak te lang voortgezet na ontslag uit ziekenhuis

Veel patiënten gebruiken in ziekenhuizen voorgeschreven opiaten, benzodiazepines en antipsychotica nog langdurig na ontslag, aldus Judith de Ruijter. “We geven artsen de tip om, als ze bij ontslag nieuwe medicatie voorschrijven, al meteen na te denken over stoppen.”