DOQ

Bloeddruk-streefwaarde afhankelijk van meest urgente cardiovasculaire voorval

De systolische en diastolische bloeddruk hebben uiteenlopende effecten op het risico op verschillende cardiovasculaire voorvallen. Deze resultaten van de ALLHAT-studie wijzen erop dat de streefwaarde voor de bloeddruk bij een individuele patiënt deels kan afhangen van het voorval (bijv. hartinfarct of beroerte) waarop de patiënt het meeste risico loopt.

De systolische en diastolische bloeddruk zijn gerelateerd aan het risico op diverse cardiovasculaire voorvallen, maar zijn zelden tegelijkertijd onderzocht. Dat is gedaan in de ALLHAT-studie.

ALLHAT-studie

Bij de ruim 33.000 deelnemers traden tijdens de mediane follow-up van 4,4 jaar 2636 hartinfarcten, 866 voorvallen van congestief hartfalen en 936 beroerten op; 3700 patiënten overleden. Bijna een kwart (24,4%) van de patiënten had minste één voorval.

Voor het samengestelde eindpunt van sterfte door alle oorzaken, hartinfarcten en congestief hartfalen, werd een U-vormige verband met de systolische en diastolische bloeddruk gevonden. De systolische en diastolische bloeddruk die gepaard gingen met de laagste risico’s verschilden echter voor iedere uitkomstmaat. Zo ging een systolische bloeddruk van 140-155 mmHg in combinatie met een diastolische bloeddruk 70-80 mm Hg gepaard met de laagste hazardratio voor sterfte door alle oorzaken, terwijl dit 110-120/85-90 mm Hg was voor hartinfarcten en 125-135/70-75 mmHg voor congestief hartfalen. Daarentegen werd een lineair verband gevonden tussen de systolische bloeddruk en het risico op beroerten.

Commentaar

De meest opvallende bevinding van de ALLHAT-studie is volgens de auteurs van een commentaar dat een lineair verband is gevonden tussen de systolische bloeddruk en het optreden van beroerten, en dus niet een J-vormige curve. Het verband bleef lineair tot een bloeddrukniveau van 110/55 mmHg.

Voor de preventie van beroerten geldt daarom ‘hoe lager hoe beter’. Dit is een cruciale boodschap voor cardiologen. De gedachte was namelijk dat als het niet riskant was voor het hart, de hersenen de voorkeur zouden geven aan een optimaal cerebroprotectieve systolische bloeddruk van 110-120 mmHg. De ondergrens van de J-curve van de hersenen lijkt in de ALLHAT-populatie onder een systolische bloeddruk van 110 mmHg te liggen. Dit is niet verbazingwekkend, omdat de hersenen door autoregulatie in staat zijn om een ​​relatief constante bloedstroom te handhaven ondanks grote schommelingen in de perfusiedruk.

Hart versus hersenen

In tegenstelling tot de hersenen vindt de perfusie van het hart voornamelijk plaats tijdens de diastole. Daardoor kan door een ongepast lage diastolische bloeddruk de myocardiale perfusie in gevaar komen. De onderzoekers beschrijven dat voor hartinfarcten het laagste risiconiveau bijna 120/80 mmHg was. Zelfs een bloeddruk van 125/75 mmHg ging namelijk gepaard met een significant hoger risico op hartinfarcten. In de ALLHAT-studie was de ondergrens, dat wil zeggen de optimaal cardioprotectieve bloeddruk, 117/84 mmHg.

Deze bevindingen bieden een aanvulling op de INVEST-studie. In die studie was de ondergrens van de diastolische bloeddruk voor fatale en niet-fatale hartinfarcten 82,7 mmHg, wat dichtbij de in de ALLHAT-studie gevonden waarde van 84 mmHg ligt.

Deze twee studies toonden dus dat de optimale beschermende bloeddruk verschilde voor het risico op beroerten en hartinfarcten. Hierdoor kan een clinicus voor de ongemakkelijke keuze komen te staan ​​dat het streven naar het voorkómen van cardiale voorvallen ten koste kan gaan van het voorkómen van cerebrovasculaire gebeurtenissen, of vice versa.

Uitdaging

De behandeling van de bloeddruk bij patiënten met stabiel coronarialijden en een cerebrovasculaire ziekte blijft een uitdaging. Zo is onduidelijk of de antihypertensiva gecontinueerd moeten worden of dat andere opties overwogen moeten worden.

Referenties:

  1. Itoga NK, Tawfik DS, Montez-Rath ME, Chang TI. Contributions of Systolic and Diastolic Blood Pressures to Cardiovascular Outcomes in the ALLHAT Study. J Am Coll Cardiol. 2021;78:1671-1678.
  2. Messerli FH, Shalaeva EV, Rexhaj E. Optimal BP Targets to Prevent Stroke and MI: Is There a Lesser of 2 Evils? J Am Coll Cardiol. 2021;78:1679-1681.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

‘Wil je het komende jaar zwanger worden?’

De vraag ‘Wil je het komend jaar zwanger worden?’ zou veel vaker gesteld moeten worden door álle hulpverleners, stelt Annemarie Mulders. “Gezond zwanger worden begint bij bewustwording en kennis over het belang van de periode vóór de zwangerschap.”

Casus: vrouw met kleine rode puntjes in de huid

Een vrouw komt met kleine rode puntjes in de huid van vooral de benen. De klachten zijn ontstaan na een keelinfectie, circa 2 weken geleden. Een week geleden heeft zij zich minimaal gestoten en had zij daarna een groot hematoom op het bovenbeen. Wat is uw diagnose?

‘Arbeids­gerichte zorg hoort in de spreekkamer van medisch specia­listen’

Gezonde arbeidsparticipatie is óók een zaak van de medisch specialist, betoogt Annelies Boonen, initiatiefnemer van de poli Werk en Gezondheid. Hier kunnen patiënten terecht met vragen over werk en inkomen. “Vraag je patiënt naar zijn of haar werk!”

Geheugen­problemen herkennen blijkt niet zo eenvoudig

Van maar liefst 42% van hun oudere patiënten hebben artsen en verpleegkundigen niet door dat ze geheugenproblemen hebben, ontdekte Fleur Visser. Ze wil hier een advies over meegeven aan zorgverleners. “Eerste indrukken kunnen je op het verkeerde been zetten.”

Voorkom voorschrijf­cascades: ‘aandoening’ kan bijwerking medicatie zijn

Een niet-herkende bijwerking van medicatie kan als vermeende nieuwe aandoening leiden tot inzet van nieuwe medicatie: een zogeheten voorschrijfcascade. Fatma Karapinar: “Voorschrijfcascades drukken ons met de neus op de feiten: we weten nog weinig over bijwerkingen.”

Casus: 77-jarige vrouw met korstjes op de oorrand

Een 77-jarige vrouw met voorgeschiedenis van plaveiselcelcarcinoom komt op het spreekuur van de doktersassistente omdat ze korstjes op haar oorrand wil laten aanstippen. Ze heeft geen klachten van de afwijking. Wat is uw diagnose?

‘Minder onnodige diagnostiek is goed voor patiënt en maatschappij’

In ziekenhuizen vindt veel onnodige diagnostiek plaats. Eerst goed luisteren en nadenken en dan pas diagnostiek aanvragen, loont voor zowel patiënt als de maatschappij, betoogt Fabienne Ropers. “Enige risicoacceptatie is noodzakelijk voor proportionele diagnostiek.”

Zorgsysteem staat vaak initiatieven voor multimorbiditeit in de weg

Multimorbiditeit leidt tot versplintering van zorg. Toine Remers onderzocht enkele veelbelovende initiatieven voor het stroomlijnen van de zorg bij multimorbiditeit. “Een initiatief begint vaak vanuit overtuiging van een arts, maar ‘het systeem’ werkt vaak tegen.”

De lessen van de langst­vliegende MMT-arts van Nederland

MMT-arts Nico Hoogerwerf vertelt over zijn ervaringen als medisch specialistische zorgverlener per helikopter. “Wij dóen vooral, we voeren handelingen uit. Wij voelen niet de machteloosheid die politiemensen wel kunnen voelen.”

Casus: patiënt met zwelling in de mond

Een patiënte komt op het spreekuur met sinds 2 maanden een zwelling in de mond aan de linkerzijde. Het was destijds 1-2cm, welke spontaan ontlastte met dik taai slijm. Sindsdien komt het in wisselende grootte regelmatig terug. Wat is uw diagnose?


0
Laat een reactie achterx