DOQ

Nieuwe stand kniegewricht in opkomst

De knie-osteotomie is, volgens een onderzoek van Utrechtse orthopeden, in opkomst in ons land. Omdat er geen nationaal register is voor knie-osteotomieën, blijft echter onduidelijk hoe vaak orthopedisch chirurgen de techniek toepassen. Daarom interviewden de onderzoekers van het UMC Utrecht orthopedisch chirurgen over het gebruik van de techniek.

Bij een knie-osteotomie verandert de orthopedisch chirurg de stand van het been rond de knie om de belasting op het kniegewricht te optimaliseren en de noodzaak van een knieprothese uit te stellen. De behandeling is vooral geschikt voor patiënten met een unicompartimentele knie-artrose.

“Ik pleit ervoor dat organisaties samenwerken bij het starten van een register voor gewrichtssparende behandelingen”

Technisch geneeskundige Chien Nguyen

Enquête

Uit een online enquête onder de 222 leden van de Dutch Knee Society blijkt dat 60 van de 86 respondenten daadwerkelijk knie-osteotomieën uitvoeren. Alle 60 voeren tibiakop osteotomieën uit, 63,3% ook een distale femorale osteotomie en 30% een dubbele osteotomie. In totaal voerden de 60 orthopeden jaarlijks 1250 van deze operaties uit. De onderzoekers zagen belangrijke verschillen in de toegepaste criteria voor de selectie van patiënten, de klinische werkzaamheden, de chirurgische technieken en de postoperatieve strategieën. Deze resultaten tonen de noodzaak aan voor meer standaardisatie van deze praktijken op basis van beschikbaar bewijs.
Liefst ziet Chien Nguyen, eerste auteur van de Utrechtse studie en technisch geneeskundige van het UMC Utrecht, dat er een nationaal register voor knie-osteotomieën komt. “Er zijn internationale voorbeelden van zulke registers, met daaraan gekoppeld werkgroepen die actief de verzamelde data verwerken. Deze werkgroepen kunnen sturen op basis van de verzamelde chirurgische resultaten en meest recente literatuur.”

“Internationaal gezien hoort Nederland bij de koplopers als het om knie-osteotomieën gaat”

Cijfers

Internationaal gezien hoort Nederland bij de koplopers als het om knie-osteotomieën gaat. Ter vergelijking met de 1250 operaties van 60 deelnemende artsen: in Zweden kregen in 2019 176 patiënten zo’n operatie. In het Verenigd Koninkrijk ging het om 1776 in drie jaar tijd. Duitsland is koploper met ruim 4000 van deze operaties in 2013. De cijfers uit deze landen zijn afkomstig uit nationale registers rondom knie-osteotomieën. De cijfers zijn completer dan de Nederlandse, in ons land ontbreekt een register waardoor de Utrechtse onderzoekers op een enquête aangewezen waren om de cijfers boven water te krijgen.
In hun discussie beschrijven de onderzoekers dat de leeftijd van de patiënten die voor de operatie in aanmerking komen steeds lager wordt. De patiënt met een (matige) unicompartimentele knieartrose is in het ideale geval jonger dan 60 jaar en heeft een BMI van maximaal 30. Interessant is dat zowel de leeftijdsgrens als de maximale BMI van Nederlandse patiënten per ziekenhuis varieert. Sommige chirurgen houden zelfs helemaal geen rekening met de BMI. Het is overigens wel zo dat onderzoek naar de invloed van leeftijd en BMI op het falen van de behandeling tegenstrijdige resultaten oplevert.

“Uit de enquêtes van de Utrechtse onderzoekers blijkt dat Nederlandse orthopeden minder oog hebben voor PROMs”

Follow-up

De follow-up van de patiënt lijkt een ondergeschoven kindje van de zorg voor mensen die een knie-osteotomie ondergingen. Hoewel er in de wetenschappelijke literatuur al geruime tijd aandacht is voor de follow-up, was het de UK Knee Osteotomy consensus Group die in 2021, als eerste, de follow-up meenam in haar registratie. Uit de enquêtes van de Utrechtse onderzoekers blijkt dat Nederlandse orthopeden minder oog hebben voor PROMs en in hun follow-up met name varen op radiologisch- en lichamelijk onderzoek.
Nguyen tot slot: “Ik pleit ervoor dat organisaties als de Nederlandse Orthopaedische Vereniging (NOV) en het Landelijke Registratie Orthopedische Implantaten samenwerken bij het starten van een register voor gewrichtssparende behandelingen.”

Referentie: Nguyen HC, Rietbroek JD, van Egmond N, et al. Current clinical practice of knee osteotomy in the Netherlands. Knee. 2023;41:292-301. 

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”

Casus: vrouw met veranderd defecatiepatroon

Een vrouw wordt naar de polikliniek gestuurd in verband met een veranderd defecatiepatroon. Ze heeft wat frequenter dan gebruikelijk ontlasting. Er zijn wat vage buikklachten in de zin van rommelingen en krampen. Ze gebruikt geen medicatie. Wat is uw diagnose?