DOQ

Complex anti­trombo­tisch beleid vereist evi­dence-based maatwerk

Paradoxaal genoeg neemt met het toenemende aantal publicaties over het antitrombotische beleid het aantal vragen en discussiepunten toe, in plaats van dat ze worden opgelost. Een recente analyse van het Nederlandse WOEST 2-register, gepubliceerd in het Netherlands Heart Journal, bevestigt de grote praktijkvariatie. In hetzelfde nummer schreef prof. dr. Ron Peters (Amsterdam UMC) een redactioneel commentaar.

De combinatie van een indicatie voor langdurige antistollingstherapie (zoals atriumfibrilleren of een hartklepprothese) en een indicatie voor een trombocytenaggregatieremmer (meestal bij coronaire hartziekte) vereist een zeer zorgvuldige keuze van het antitrombotische beleid.

Balans tussen bloedingen en trombose

De bloedingscomplicaties als gevolg van van overmatige behandeling –  met name intracraniële en gastro-intestinale bloedingen – zijn minstens zo schadelijk als de trombotische complicaties bij onvoldoende behandeling. Bijvoorbeeld stenttrombose en een recidief-myocardinfarct.
Bij de medicamenteuze behandeling bestaat de keuze uit verschillende medicijnen (duale of tripletherapie), medicijnsterkten en doseringen en een verschillende behandelduur.

Combinatietherapie

Bij de behandeling van atriumfibrilleren hebben de direct-werkende orale anticoagulantia (DOAC’s) inmiddels de vitamine K-antagonisten (VKA’s) grotendeels vervangen. Dit is gebaseerd op het lagere bloedingsrisico, waarbij de werkzaamheid vergelijkbaar is.
Er zijn weinig gegevens over het gebruik van DOAC’s in combinatie met een of twee plaatjesremmers. Dit is meestal het geval bij patiënten met coronaire hartziekte, in het bijzonder bij degenen die een percutane coronaire interventie (PCI) ondergaan. Omdat in de richtlijnen algemene adviezen staan, zoeken clinici aanvullende ondersteuning in overzichtsartikelen, position papers en consensusdocumenten. Daarin zijn de resultaten van gerandomiseerde gecontroleerde studies en observationele studies samengevat.  

WOEST 2-register

In registerstudies zijn grote variaties gevonden in de dagelijkse praktijk tussen centra en tussen landen. In het WOEST 2-register zijn de trends gevolgd bij het selecteren van specifieke anticoagulantia en antiplaatjesmiddelen. Het bloedingsrisico is opnieuw een belangrijk onderdeel van de uitkomsten van WOEST 2, met een zorgwekkende gemiddelde incidentie van 16%.
De bevindingen bij 758 patiënten wijzen erop dat de resultaten van duale therapie vergelijkbaar zijn met die van tripletherapie en ondersteunen het gebruik van zowel DOAC’s als VKA’s in deze combinaties. Registers, zoals WOEST 2, vergroten onze kennis van de praktijkpatronen en identificeren de impact van nieuwe publicaties.

Evidence-based maatwerk

Voordat de beste strategie gekozen kan worden, is meer onderzoek nodig. Naast deze zoektocht naar bewijs en de behoefte aan meer gedetailleerde richtlijnen moeten we volgens Peters accepteren dat een duidelijk, uniform antwoord misschien niet mogelijk is. Het is wellicht niet eens wenselijk. Gezien de grote variatie in patiënten, hun aandoeningen en comedicatie, hun coronaire anatomie, de uitkomsten van hun individuele percutane interventies, inclusief stenttype, en hun persoonlijke omstandigheden, is het onwaarschijnlijk dat een beslisboom ooit beter zal presteren dan een voorzichtige arts die zich bewust is van het beschikbare bewijs. Evidence-based maatwerk is waarschijnlijk een betere benadering dan geprotocolleerde geneeskunde.

Referenties:

  1. de Veer AJWM, Bennaghmouch N, Bor WL, et al. The WOEST 2 registry : A prospective registry on antithrombotic therapy in atrial fibrillation patients undergoing percutaneous coronary intervention. Neth Heart J. 2022;30:302-311.
  2. Peters RJG. Stacking of antithrombotic drugs in cardiology: evidence-based customisation. Neth Heart J. 2022;30:293-294.
Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: vrouw met hevige diarree en kortademigheid

Een vrouw klaagt over hevige diarree en kortademigheid. Daarnaast voelt zij zich zwak en is zij 10 kg afgevallen in de laatste 3 maanden. Wat is uw diagnose?

Videoconsult vs. fysiek consult: waar zitten de verschillen?

Broer en zus Martijn Stommel en Wyke Stommel onderzochten de verschillen tussen video- en fysieke consulten. Dit kan helpen bij goede implementatie van videoconsulten. “Patiënten moeten soms lang reizen. Dat is belastend, het kost tijd en meestal moet iemand mee.”

Zeven routes naar een veerkrachtig zorgsysteem

Ons zorgstelsel kan duurzamer en menselijker terwijl ook kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid geborgd zijn, meent Steven de Waal in zijn boek. “De zorginstelling verandert in een platform: minder managers en meer horizontaal management tussen zorgprofessionals.”

Wat als… jouw onderzoek plotseling is geasso­cieerd met de tabaks­industrie?

De farmaceut die het promotieonderzoek van Wytse van den Bosch financierde, werd plotseling overgenomen door een tabaksmultinational. Wat doe je dan als onderzoeker? “Door deze indirecte affiliatie ben je plotseling niet meer welkom op wetenschappelijke congressen.”

Meer rolmodel­len nodig in het medisch onderwijs

“De gezondheidszorg moet een afspiegeling zijn van de samenleving, dat is nu niet zo”, vindt Rashmi Kusurkar, hoogleraar inclusie en motivatie in medisch onderwijs. Er is behoefte aan meer inclusiviteit en diversiteit binnen het medisch onderwijs.

Zo deal je met de onzin van influencers in je spreekkamer

Patiënten vertrouwen influencers soms meer dan hun eigen arts. Jolanda van Boven en Annemie Galimont vertellen over hun ervaringen hiermee in de spreekkamer en hoe hiermee om te gaan. “Wees als arts alert dat je de patiënt goed voorlicht over de mogelijke gevolgen.”

‘Kunst kan de zorg transformeren’

Om de problemen van het overbelaste zorgsysteem het hoofd te bieden, moet kunst een structurele plaats krijgen, pleit Tineke Abma. “We willen duurzame programma’s van bewezen interventies vergoed door de zorgverzekeraar.”

Casus: jongen met gepig­menteerde huid­afwijking

Een tienjarige jongen heeft een opvallende laesie op de rechterbovenarm. Bij navraag blijkt deze laesie al jaren aanwezig. In de familie komen geen melanomen voor. De jongen heeft een blanco voorgeschiedenis. Wat is uw diagnose?

Casus: man met klachten van moeizaam plassen

Een man komt met een doorgemaakte blaasontsteking op uw spreekuur. Plassen gaat al een paar jaar langzaamaan moeilijker en moeilijker. De straal is zwak, nogal eens sproeiend en er wordt bijna altijd wat nagedruppeld. Persen helpt niet echt. Wat is uw diagnose?

Iedere arts moet zich voorbereiden op een leven lang leren

Welzijn is een voorwaarde voor professionele en persoonlijke ontwikkeling. En dat is in de medische sector meer dan ooit een punt van zorg, vindt Marjolein van de Pol. “De nieuwe bewegingen moet je gewoon volgen, in welke fase van je carrière je ook zit.”


0
Laat een reactie achterx